INSTELLING VAN DE GEWENSTE TEMPERATUUR
WARM WATER
17-2
Gebruik Verwarmingssysteem
De temperatuur kan worden ingesteld tussen +5°C en
+30°C, met intervallen van 0,5°C.
Voor warm water is het nodig dat het verwarmingssysteem
in bedrijf is (met flessengas of elektrisch).
In de zomer wil men wel warm water hebben maar niet
het woongedeelte verwarmen. Als u de temperatuur instelt
op een waarde lager dan de binnentemperatuur, zal de
circulatiepomp niet starten (en het woongedeelte niet
worden verwarmd).
De temperatuur van het warme water kan tijdelijk worden
verhoogd van 50ºC naar 65ºC. Op die manier beschikt
u over een grotere hoeveelheid water van de gewenste
temperatuur.
Na ca 30 minuten keert de instelling automatisch terug
naar normaal warm water.
In de tijd waarin extra warm water wordt geproduceerd, is
de circulatiepomp uitgeschakeld (het woongedeelte wordt
niet verwarmd).
WAARSCHUWING!
Risico van brandwonden.
De verhoogde temperatuur van het warme
water kan brandwonden veroorzaken.
Wees voorzichtig met extra warm water.
Laat uw omgeving weten dat het warme
water tijdelijk heter is dan normaal.
3-21