7. Druk op Stoppen/Wissen (
gereedmodus.
Gegevens terugzetten
1. Steek de USB-geheugenstick met de gegevensback-up in de USB-
geheugenpoort.
2. Druk op Menu (
) tot Systeeminst. op de onderste regel van het
display verschijnt en druk vervolgens op OK.
3. Druk op OK zodra Apparaatinst. verschijnt.
4. Druk op de pijltoetsen tot Inst. import. verschijnt en druk op OK.
5. Druk op de pijltoetsen tot de instellingsoptie verschijnt en druk
vervolgens op OK.
6. Druk op de pijltoetsen tot het bestand met de gegevens die u wilt
terugzetten verschijnt en druk op OK.
7. Druk op OK wanneer Ja verschijnt om het back-upbestand terug te
zetten op het apparaat.
8. Druk op Stoppen/Wissen (
gereedmodus.
USB-GEHEUGEN BEHEREN
U kunt afbeeldingsbestanden op het USB-geheugenapparaat één voor één
of allemaal tegelijk verwijderen door het apparaat opnieuw te formatteren.
Bestanden kunnen niet meer worden teruggezet zodra u ze hebt
verwijderd of het USB-geheugenapparaat opnieuw hebt
geformatteerd. Voordat u ze verwijdert, dient u dan ook te bevestigen
dat u de bestanden niet meer nodig hebt.
Een afbeeldingsbestand verwijderen
1. Steek een USB-geheugenapparaat in de USB-geheugenpoort aan
de voorkant van het apparaat.
2. Druk op Scan/Email.
3. Druk op OK wanneer Naar USB scan. op de onderste regel van het
display verschijnt.
4. Druk op de pijltoetsen tot Bestandsbeheer verschijnt en druk op OK.
5. Druk op OK als Verwijderen verschijnt.
6. Druk op de pijltoetsen tot de instellingsoptie verschijnt en druk vervolgens
op OK.
Indien u D voor een mapnaam ziet, staan er één of meer bestanden
of mappen in de geselecteerde map.
Als u een bestand hebt geselecteerd, toont het display ongeveer
2 seconden lang de bestandsgrootte. Ga door met de volgende stap.
Als u een map hebt geselecteerd, drukt u op de pijltoetsen tot het bestand
dat u wilt verwijderen verschijnt en drukt u op OK.
7. Druk op OK wanneer Ja verschijnt om uw keuze te bevestigen.
8. Druk op Stoppen/Wissen (
gereedmodus.
USB-geheugenapparaat formatteren
1. Steek een USB-geheugenapparaat in de USB-geheugenpoort aan
de voorkant van het apparaat.
2. Druk op Scan/Email.
3. Druk op OK wanneer Naar USB scan. op de onderste regel van het
display verschijnt.
4. Druk op de pijltoetsen tot Bestandsbeheer verschijnt en druk op OK.
5. Druk op de pijltoetsen tot Indeling verschijnt en druk op OK.
56
Gebruik van een USB-flashgeheugen
|
) om terug te keren naar de
) om terug te keren naar de
) om terug te keren naar de
6. Druk op OK wanneer Ja verschijnt om uw keuze te bevestigen.
7. Druk op Stoppen/Wissen (
gereedmodus.
De USB-geheugenstatus weergeven
U kunt controleren hoeveel geheugenruimte nog beschikbaar is voor het
scannen en opslaan van documenten.
1. Steek een USB-geheugenapparaat in de USB-geheugenpoort aan
de voorkant van het apparaat.
2. Druk op Scan/Email.
3. Druk op OK wanneer Naar USB scan. op de onderste regel van het
display verschijnt.
4. Druk op de pijltoetsen tot Contr. ruimte verschijnt en druk op OK.
In het display wordt de beschikbare geheugenruimte weergegeven.
5. Druk op Stoppen/Wissen (
) om terug te keren naar de
) om terug te keren naar gereedmodus.