Inhoudsopgave
Advertenties
Het volgende schema illustreert het formaat van het Poll Response-pakket:
Syn
0x00
0x50
7
Zone 3
Wanneer Poll-modus wordt gebruikt, worden de alarm- en probleemstatussen in een
wachtrij geplaatst en gerapporteerd wanneer het volgende Poll-commando wordt uitgevoerd.
Alarmsituaties worden in een wachtrij geplaatst wanneer ze optreden. Continuous Trouble-
storingen zullen om de zes seconden in een wachtrij worden geplaatst. Alarmsituaties die worden
gemaskeerd, worden niet in een wachtrij geplaatst en ook niet gerapporteerd. Het masker kan
worden ingesteld of gewist door het sturen van het Mask-commando. Het versturen van een
"Poll"-commando zal alle asynchrone rapporteringen van Alarm en Trouble beletten. Zonemaskers
hebben geen invloed op de werking van relais voor alarm- of probleemtoestanden.
9.7b Instellen van zonealarmmaskers
De status van om het even welke zone kan indien gewenst worden gemaskeerd. Het maskeren
belet dat alarmsituaties worden gerapporteerd voor de zone tijdens het pollen. Dit is handig voor
het uitschakelen van bepaalde zones wanneer bijvoorbeeld arbeiders een hek repareren of op
een andere manier ongewenste alarmen doen afgaan. Zonemaskers kunnen het opvragen van
alarmen in Poll-modus beletten, maar hebben geen invloed op de werking van alarmrelais.
Het is de verantwoordelijkheid van de hostcomputer om het masker later te verwijderen, zodat het
netwerk opnieuw alarmen rapporteert in de gemaskeerde zone. Zonemaskers worden uitsluitend
toegepast in Polling-modus. Het instellen van een masker zal het rapporteren van alarmen in de
asynchrone statusrapporteringsmodus niet beletten. Zonemaskers zijn niet van toepassing op
probleemtoestanden.
0x20
Zones 0 - 3
Zones 4 - 7
Bitpositie
6
5
4
3
2
1
Zone 2
Zone 1 Zone 0
Figuur 9.2: Poll response-formaat
Zones 8 - 11
00 = Veilig
01 = Alarm of sabotage
10 = Storing (dataglasvezel of sensor
gaan open of APU-fout)
11 = Onbekend
0
64
128
Zones 125-127
Checksum
Advertenties
Inhoudsopgave
