Pagina 1
IBER ECURITY ETWORK NBRAAKALARMSYSTEEM MET GLASVEZELDETECTIE EBRUIKERSHANDLEIDING Fiber SenSys, LLC 2925 NW Aloclek Drive, Suite 130 Hillsboro, Oregon 97124, VS Tel: +1.503.692.4430 Fax: +1.503.692.4410 E-mail: info@fi bersensys.com www.fi bersensys.com 998-51127 Herz. B 06/08...
Pagina 2
Fiber SenSys LLC geen enkele uitdrukkelijke of impliciete garantie met betrekking tot de hierin verstrekte documentatie. Fiber SenSys LLC behoudt zich het recht voor om deze publicatie te herzien en om van tijd tot tijd wijzigingen in de inhoud aan te brengen, zonder dat hieruit enige verplichting voor Fiber SenSys LLC voortvloeit om welke persoon of organisatie dan ook te informeren over deze herzieningen of wijzigingen.
Pagina 5
9.10c Op afstand een relais uitschakelen op een FCA-284 ......74 9.10d Relaisrespons in- of uitschakelen op een FCA-282 of FD-208N ....74 9.11 Dialoogterminal .
1.0 Inleiding Het Fiber Security Network (FSN) is een glasvezelnetwerk dat communicatie tussen een groot aantal beveiligingsapparaten mogelijk maakt. Het FSN bestaat uit een hostmodule en tot 127 invoer-/uitvoer (I/O)-modules. Glasvezelkabel wordt gebruikt als gegevensverbinding tussen alle modules. Informatie wordt als licht doorgestuurd op een glasvezel in plaats van als elektriciteit op een koperen draad of coaxiale kabel.
Pagina 7
Figuur 1.1: Het Fiber Security Network kan voorzien worden van diverse sensors en bewakingssystemen...
200 en 300 van de Fiber Defender Alarm Processors met volledige afstandsbediening en alarm-, fout- en sabotagebewaking. Hieronder volgt een lijst van alle FSN-onderdelen. Tabel 2.1 Netwerkonderdelen Modulenaam Toepassing Ingang/uitgang voor Fiber SenSys Serie FCA-282 Serie 200 module 200 perimetersensors Perimetersensor/ Geïntegreerde alarmprocessor/...
2.2 Geïntegreerde/Netwerksensor-APU's De FD-208N/FD-208RN bestaat uit één enkel schakelbord dat de elementen van de FCA-282 en de FD-208 APU bevat. Bovendien is de FD-208N uitgerust met een RS-232C-poort voor het programmeren van de alarmsensorparameters onafhankelijk van de HOST-module op het netwerk, de FCA-285.
Pagina 11
Uitgangspoort gegevensoverdracht Ingangspoort gegevensoverdracht Figuur 2.4: De FD-33xFSN APU De FD-33x serie APU's zijn ook volledig compatibel met het FSN. Net als de FD-208 serie, zijn ze uitgerust met een RS-232C-poort en kunnen ze allemaal gebruikt worden in combinatie met een windmeter.
2.3 FCA-284 universele invoer-/uitvoermodule De universele I/O-module levert een interface die tot vier door de gebruiker ingestelde zones kan bedienen en die om het even waar op de ring kan worden geplaatst. Beschermde ingangen detecteren wanneer externe contacten sluiten en rapporteren vervolgens hun toestand aan het netwerk.
De computer kan ook worden gebruikt om op afstand sensorsystemen van Fiber SenSys te programmeren. Wanneer een FCA-286 relaisuitgangbord wordt gebruikt, kan het FSN informatie weergeven op een alarmpaneel, alarmen, lichten, enz. inschakelen of oproepen...
2.5 FCA-286 relaisuitgangbord Het FCA-286 is een uitbreiding op de HOST-module met relaiscontactsluitingen die overeenstemmen met elke op afstand gelegen zone van de ring. Elke kaart ondersteunt tot 16 zones. Het is mogelijk om tot 8 borden in serie te schakelen, zodat maximaal 128 zones of relaissignaaluitgangen van apparaten op het netwerk kunnen worden ondersteund.
2.6 FCA-287 ASCII-convertermodule De FCA-287 converter leest binnenkomende ASCII-strings van de FCA-285 en vergelijkt deze vervolgens met een reeks opgeslagen, geldige berichten die overeenstemmen met alarmsignalen van de invoersensorapparaten. De FCA-285 genereert een berichtstring die de aard van het bericht toont (zoals een alarm of een gebeurtenis) en de eenheid-id van de sensor of het FSN- invoerapparaat.
FCA-285 Mimic-paneel Data in Data uit HOST- module Data uit Data in FD220P/ FD3xxFSN FD-208N Alarm RS-232 Glasvezelkabel FCA-282 Geïntegreerde APU Processing Unit en netwerkknooppunt (alarmver- werking- seenheid) Data in Data uit FCA-284 Uni- versele Data uit Data in...
DE FCA-MODULES BEVATTEN CMOS-APPARATEN DIE BESCHADIGD KUNNEN WORDEN DOOR STATISCHE ONTLADINGEN. RAAK VOOR HET VERPLAATSEN VAN DERGELIJKE APPARATEN EERST EEN GEAARDE DRAAD OF ANDER GEAARD APPARAAT AAN OM STATISCHE ONTLADINGEN AAN DE MODULE TE VOORKOMEN. Figuur 3.1: FD-208 APU verbonden met FCA-282...
3.1 Vereiste uitrusting Voor de eigenlijke installatie en confi guratie van het netwerk moeten vier onderdelen van het systeem in beschouwing worden genomen: Hoeveel sensors zullen worden verbonden met het netwerk en om welk type Systeemingangen sensors gaat het? Systeemuitgangen Welke soort uitgangen heeft het systeem nodig? Hoeveel glasvezelkabel en hoeveel connectors zullen nodig zijn om het Kabels en connectors...
Pagina 19
WINDOWS HYPERTERMINAL, PROCOMM PLUS of KERMIT op een computer. Neem contact op met Fiber SenSys voor meer informatie over leveranciers van compatibele software met grafi sche gebruikersinterfaces voor de bediening van een geïntegreerd subsysteem voor grote gebouwencomplexen of zwaar beveiligde locaties.
1,0 amp @ 5 volt gelijkstroom (vermogen per bord) FCA-287 12 volt gelijkstroom AANDACHT! SLUIT GEEN VOEDING VAN 12 VOLT GELIJKSTROOM AAN OP DE FCA-282. DIT ZOU DE ELEKTRONICAKAART BESCHADIGEN. 3.2 Installatie Het Fiber Security Network mag worden gebruikt op bestaande locaties om de voorzieningen voor afstandsbediening en alarmbewaking te verbeteren of het mag in het oorspronkelijke ontwerp van de locatie worden gebruikt.
FCA-286 16 relaisuitgangen per kaart Sensor A B C D E F G Zone 1 2 3 4 5 6 7 Zone 7 FD-208N Zone1 FCA-282 FD-220P Sensor A Sensor G Sensor G Zone 1 Zone 7 Sensor A Zone 2 3 4 5...
Pagina 22
Bijvoorbeeld, indien de module die verbonden is met de IN-poort een FCA-284 is, dan zal het FSN de zones 1-4 aan die module toekennen. Indien de volgende module een FCA-282 is, dan zal deze zone 5 toegekend krijgen. Dit gaat door tot de laatste module (verbonden met de “OUT”-poort op de HOST) aan bod is gekomen.
Data uit Data in zonetoekenningen van de HOST FCA-285 Data uit Data in FD-208N Eenheid 2 Data in FCA-282 RS-232 Data uit Zone 5 FD-220P Geïntegreerde Eenheid 3 Zone 6 Opmerking: Bij het gebruik van het RK-208-systeem (APU voor rekmontage) zullen acht (8) knooppunt-id’s worden opgenomen in de lus.
De FCA-284 is een zelfstandige module voor het Fiber Security Network die tot 4 ingangen voor relaiscontactsluitingen kan bevatten en één relaisuitgang van de C-vorm voor de bediening van apparaten op afstand. De glasvezelinterface is identiek aan de FCA-282. Het ingangsvermogen dat de module nodig heeft, is 12-24 volt gelijkstroom met een maximale stroomsterkte van 250 mA.
Zoals hierboven uitgelegd: 1. Zonenummers en eenheidnummers starten bij de IN-poort van de FCA-285 2. Elke FCA-282- en FD-208N-module wordt geteld als één zone 3. Elke FCA-284-module wordt geteld als vier zones (ongeacht of er vier ingangen worden gebruikt) 4.
Het FSN zal alarm-, sabotage- en foutberichten van Fiber SenSys-perimetersensors herkennen indien ze verbonden zijn met FD-208N/RN en FD-3xxFSN APU's of FCA-282-modules. Al deze berichten worden getoond op het computerscherm. Sabotage, storing, fout of andere uitgangen van sensors van andere fabrikanten kunnen worden verbonden met contacten van een FCA- 284-module.
Figuur 3.5: Resetten van de FCA-285 3.5b Resetten van de FD-3xx APU's Om de FD-3xx serie processors te resetten met behulp van de Terminal-modus van HyperTerminal ® of SpectraView ® , maakt u een verbinding met de processor. Ga door de menu's: SETUP>CALIBRATE [4]>RESET [RS].
3.5c Resetten van de FCA-282 Onderbreek eerst de voeding van de FCA-282. Dan verwijdert u het deksel door de schroeven en moeren los te maken aan beide kanten van de RS-232-poort. Zodra het deksel is verwijderd, zoekt u de JP-2-jumper en plaatst u deze over beide pennen (fi guur 3.7). Wanneer u de eenheid weer onder spanning zet, zal het lampje eerst rood en dan groen knipperen.
4.0 Geïntegreerde netwerk-APU's De FD-208N/RN en FD-3xxFSN APU's vormen zowel een interface tussen het netwerk en de sensoralarmverwerkingsfunctie in de enkelvoudige elektronicamodule. 4.1 Gebruiksmodi Gewoonlijk zorgen de FD-208N/RN en FD-3xxFSN APU's voor alarmrapportering van de perimetersensor naar het netwerk. Tijdens de kalibratie mogen twee andere modi worden gebruikt. Met lokale kalibratie kan een installateur een Hyperion handkalibrator rechtstreeks aansluiten op de FD-208N/RN en FD-3xxFSN en communiceren met de APU.
4.1b Lokale kalibratiemodus Indien een handkalibrator wordt aangesloten op de RS-232-poort in een netwerkknooppunt, zullen de FD-208N/RN en FD-3xxFSN APU's automatisch naar Local Calibration-modus gaan. In deze modus kan een lokale kalibratie van de zone worden doorgevoerd zonder de werking van het netwerk te beïnvloeden.
APU’s voor lokale kalibratie van de APU. De pinout wordt geleverd voor een directe verbinding met behulp van de Fiber SenSys Hyperion handkalibrator. Een draagbare computer of een andere terminal kan ook worden gebruikt. Een interfacekabel moet als volgt worden geconfi gureerd: Tabel 4.1...
OPMERKING: Pin 1 wordt gewoonlijk gebruikt voor Carrier Detect (CD) op normale RS-232-interfaces. Als u deze pen aangesloten laat op CD op de hostcomputer zou dit geen problemen mogen veroorzaken. Deze connector levert Data Communications Equipment (DCE)-signalen conform de EIA- specifi...
9 - NC OPMERKING: Indien de FCA-282 wordt gebruikt om een verbinding met de FD-3xx serie APU tot stand te brengen, dan wordt deze niet door de APU gevoed, maar moet u een voeding van +5 volt gelijkstroom voorzien van een externe bron.
6.0 FCA-284 universele module De FCA-284 kan tot 4 relaisingangen accepteren van andere apparaten op elke kaart. Een logische 1 toestand wordt beschouwd als een relaiscontactsluiting van de ingangspennen (0 V). Een logische 0 toestand wordt beschouwd als een open ingang die zal toenemen tot ongeveer 12 volt door een interne pull-up weerstand.
Om de ingangen te gebruiken met gecontroleerde bekabeling, installeert u de JP8-jumper in de behuizing. De installatie van deze jumper geeft de eenheid de opdracht om de bronimpedantie van de externe kabels te bewaken. Bekabeling met een bronimpedantie van 2,0 k ohm zal een logische FALSE-toestand veroorzaken.
Pagina 36
Figuur 6.1 - Het interne bord van de FCA-284 De relaisuitgangsindex die met 'A', 'B', 'C' en 'D' is aangeduid, zoals getoond in fi guur 6.1, stemt overeen met de weergave in de ASCII-modus van de FCA-285. Figuur 6.2 toont het verband tussen het/de actieve relais en de uitgangsindex.
7.0 FCA-286 relaisuitgangmodule 7.1 FCA-286 elektrisch Relaisterminals LET OP Normaal open Connector voor lintkabel JP1 moet worden verwijderd Normaal gesloten naar volgende FCA-286 indien meer dan één Relaispaar voor elke relaisuitgangsbord wordt gebruikt zone op de perimeter Connector voor kabel naar HOST FCA-285 Wisselstroomvoeding Figuur 7.1: FCA-286 relaisuitgangbord...
Neem bijvoorbeeld een netwerk dat een FD-208N heeft op knooppunt 1, een FCA-284 op knooppunt 2 en een FCA-282 op knooppunten 3 en 4. Er zijn in totaal vijf knooppunten op de ring met de FCA-285-hosteenheid inbegrepen.
8.0 FCA-287 ASCII-convertermodule 8.1 Inleidende bedieningsinstructies De FCA-287 ASCII-convertermodule is een zelfstandig apparaat dat geldige ASCII-alarmberichten van de FCA-285-module op het Fiber Security Network (FSN) omzet in andere door de gebruiker gekozen ASCII-strings. Met de module kan de gebruiker een uniek ASCII-bericht defi niëren dat overeenstemt met een alarmbericht van het FSN.
FSN standaard ASCII-alarmberichten Ontvangen Beschrijving gegevens Alarm Unit nnn* Alarm van FCA-282, FD-208N of FD-3x1N AlarmA Unit nnna** Alarm van kanaal A, processor 1 op FD-3x1 en FD-3x2 AlarmA Unit nnnb** Alarm van kanaal A, processor 2 op FD-3x1 en FD-3x2...
8.4 Programmeren van de ASCII-convertermodule 8.4a Poortinstellingen Figuur 8.2: Kabelverbindingen van de FCA-285 De eerste stap is het verbinden van de computer die het terminalemulatieprogramma (bv. HyperTerminal) draait met de confi guratiepoort van de ASCII-converter via een RS-232-kabel van 9600 bits per seconde en het verbinden van de converter met de FCA-285, zoals getoond in fi...
Pagina 42
Figuur 8.3: Openen van de poort en aanroepen van het Esc + m proces om toegang te krijgen tot het menu Confi guration (confi guratie) Zodra de Com-poort klaar is voor gebruik, kan de gebruiker naar het menu Main Confi guration (hoofdconfi...
Figuur 8.5: Menu RS-232 port setting (poortinstellingen) Om de poort te wijzigen, voert u het poortnummer in en wijzigt u de nodige parameters. Opmerking: Als de gebruiker op Esc of de Return / Enter-toets onderaan het menu drukt, keert hij terug naar het vorige menu tot het menu Main Confi...
Pagina 44
Figuur 8.6: Opties in het menu Message (bericht) Als u View node messages (knooppuntberichten bekijken) selecteert, 1, kunt u een willekeurig knooppunt 001-128 kiezen en de eigenschappen ervan bekijken of kunt u alle knooppunten selecteren, zoals in fi guur 8.7. Figuur 8.7: Het scherm View node messages...
Pagina 45
Indien u alle knooppunten wilt bekijken, hebt u de mogelijkheid om ze in een bestand op te slaan in plaats van ze snel over het scherm te laten lopen. Met de HyperTerminal software kan de gebruiker kiezen om ze in een bestand op te slaan, zoals in fi guur 8, door de optie Capture Text (tekst vastleggen) te kiezen in de keuzelijst Transfer (overdracht).
Pagina 46
De knooppuntberichten worden dan “vastgelegd” in een bestand, zoals in fi guur 8.9. Figuur 8.9: De lijst met knooppuntberichten...
Pagina 47
Als u 2, Program node messages (Knooppuntberichten programmeren) selecteert, verschijnen de knooppunt-id's, zoals in fi guur 8.10. Via dit menu voert de gebruiker de knooppunt-id in en het kanaal in waar alle uitgangen op het apparaat kunnen worden geprogrammeerd. Uitgangen voor A zullen van poort A komen en B-uitgangen uit poort B.
Pagina 48
Figuur 8.11: Programmeren van een bericht in een bepaald knooppunt OPMERKING: Wij raden aan om een andere terminalemulator te gebruiken dan HyperTerminal met functie om te knippen en te plakken om het programmeerproces te versnellen. Als de gebruiker een uitgang selecteert, wordt er gevraagd om een bericht voor de poort in te voeren.
Pagina 49
Tabel 8.2 Tabel met speciale besturingstekens Beschrijving Start of Header (begin hoofding) Start of Text (begin tekst) End of Text (einde tekst) End of Transmission (einde overdracht) Enquiry (aanvraag) Acknowledgement (bevestiging) Bell (sirene) Horizontal Tab (horizontale tab) Line feed (nieuwe regel) Carriage return Data Link Escape (ontsnappingsteken voor gegevensverbinding)
Pagina 50
Figuur 8.12: Het menu Clear Node Messages (knooppuntberichten wissen) Menuoptie 3, Clear node messages (knooppuntberichten wissen), die u ziet in fi guur 8.12, geeft de gebruiker de mogelijkheid om berichten op drie manieren te wissen: Clear Single Node Messages (Knooppuntberichten afzonderlijk wissen) Clear Node Messages Range (Knooppuntberichten in bereik wissen) Clear All Node Messages (Alle knooppuntberichten wissen)
Pagina 51
Figuur 8.13: De bewerking Clear Single Node Messages (knooppuntberichten afzonderlijk wissen) selecteren Figuur 8.13, het menu Clear Single Node Messages (knooppuntberichten afzonderlijk wissen) geeft de gebruiker de mogelijkheid om alle berichten van een geselecteerd knooppunt te wissen. Zodra het knooppunt wordt weergegeven, verschijnt een ander menu, het menu Clear (wissen), met de volgende opties: A.
Pagina 52
Figuur 8.14: De optie Clear Node Messages Range (knooppuntberichten in bereik wissen) Figuur 8.14, het menu Clear Node Messages Range (knooppuntberichten in bereik wissen) geeft de gebruiker de mogelijkheid om berichten binnen een bereik van knooppunten te wissen, bv. de knooppunten met id's 25 tot 50 zoals hierboven wordt getoond.
Pagina 53
Figuur 8.15: Het menu Clear All Node Messages (alle knooppuntberichten wissen) Wanneer optie 3, Clear All Node Messages (alle knooppuntberichten wissen) is geselecteerd, zie fi guur 8.15, dan heeft de gebruiker opnieuw de mogelijkheid om één van drie opties te selecteren: A.
9.0 HOST-computerinterface Dit hoofdstuk is bedoeld voor klanten die hun eigen besturingssoftware voor een pc of een equivalente computer schrijven. In wat volgt wordt het protocol beschreven tussen de HOST FCA (FCA-285) en de computer. 9.1 Algemene beschrijving De HOST FCA converteert de seriële gegevens van de RS-232-poort van de besturingscomputer automatisch naar het glasvezelnetwerk en vice versa.
Pagina 55
<Esc> gevolgd door een ‘V’ en vervolgens een eenheidadres van één, twee of drie cijfers invoert, zal de module antwoorden met de versiegegevens. De computer ontvangt deze gegevens als ASCII-tekst. Bijvoorbeeld: “FCA-282 Vers.. 2.00-10/04/01”. Modelnummer Om te bepalen welk type FCA zich in een bepaald knooppunt bevindt, drukt u op de <Esc>-toets en op ‘Q’.
Pagina 56
Alarm van een FCA-282- of FD-208-model Status aangevraagd of ongevraagd Alarm Unit nnna Alarm van processor 1 op FCA-282/FD-208-model Status aangevraagd of ongevraagd Alarm Unit nnnb Alarm van processor 2 op FCA-282/FD-208-model Status aangevraagd of ongevraagd Alarm van processor 1 op kanaal A van een FD-...
Pagina 57
Test op afstand Om een alarm te genereren in een eenheid van de lus, drukt u op <Esc> en ‘T’ gevolgd door het eenheidnummer van het knooppunt. De FCA-282 en FD-208N zullen antwoorden met een “Acknowledge nnn”-bericht, gevolgd door een alarmsignaal van twee seconden. De FCA-284 zal antwoorden met een “Acknowledge nnn”-bericht, gevolgd door 4 signalen van twee...
Pagina 58
Unit # (eenheid #) Aanvragen typestring “Unit Type FCA-xxx” Aanvragen status van eenheid <Esc> Unit # (eenheid #) Willekeurige statuscode(s) “nnn” Testen alarm FCA-282/FD-200, <Esc> Unit # (eenheid #) “Alarm(s) Unit nnn” FCA-284 en FD-208N Uitgangrelais activeren, FCA- <Esc> Unit # (eenheid #) “Acknowledge nnn”...
Pagina 59
Naast de ongevraagde statusberichten die zijn vermeld in tabel 8.1, wordt hieronder een lijst van ongevraagde berichten gegeven die kunnen worden teruggestuurd van het Fiber Security Network naar een besturingscomputer. Tabel 9.3 Mogelijke ongevraagde ASCII-statusberichten op de HOST-computer Ontvangen tekststring Beschrijving Unknown Value xx Hex Received Ongeldige NACK-code ontvangen van de HOST-eenheid...
Om te helpen bij het schrijven van software die compatibel is met het Fiber Security Network, levert Fiber SenSys een protocoldocument dat codes defi nieert die worden gebruikt in het protocol. Wij bevelen aan om de programmeur het meest recente protocoldocument te laten gebruiken om te garanderen dat de software werkt met de recentste netwerkonderdelen.
9.4 Modusselectiecommando's Modusselectiecommando's worden gebruikt om over te schakelen tussen de ASCII- commandomodus en de binaire protocolmodus. OPMERKING: Een programmeur die van plan is uitsluitend een interface te schrijven voor het Fiber Security Network in binaire pakketten hoeft geen rekening te houden met deze commando's. 9.4a Naar de ASCII Command-modus gaan De ASCII-commandomodus wordt bijgeleverd zodat de installateur kan communiceren met het netwerk om de functionaliteit te controleren en problemen op te lossen tijdens de installatie van...
9.5 Diverse ongevraagde pakketten 9.5a Loopstatuspakketten Elke zes seconden vraagt de HOST-eenheid de modules op de ring naar hun eenheidnummers. De antwoordenlijst wordt dan onderzocht door de HOST en vergeleken met de opgeslagen lijst ter controle. Indien zich onregelmatigheden voordoen, zullen deze naar de HOST-computer worden gestuurd.
3. Eén of meerdere van de volgende problemen bestaan met de lus: a. Dubbele eenheidnummers zijn gedetecteerd in de lus b. Eén of meerdere onbekende eenheden zijn gedetecteerd in de lus Het aantal getelde eenheden in de lus met eenheidnummer is niet gelijk aan het aantal gedefi...
De volgende Nack-codes worden in het protocoldocument gedefi nieerd op het ogenblik van deze uitgave: In Nack-pakket verstuurde Nack-codes Nack-code Gegevens Beschrijving ERR_NACK_CMD 0x48 Ongeldig commando van de HOST-computer ERR_NACK_INVNBR 0x4A Eenheidnummer buiten bereik Checksumfout gedetecteerd in pakket van de ERR_NACK_HOST_CKSM 0x4B HOST-computer...
0 wordt gezet, dan wordt de fi rmwareversie van de host FCA teruggegeven. De fi rmwareversie is permanent gecodeerd in elke FCA bij de productie en het technisch personeel van Fiber SenSys heeft deze nodig om technische ondersteuning te kunnen geven.
FD-220P serie of wanneer FCA-284s worden gebruikt in het netwerk in combinatie met andere eenheden. Mogelijk eenheidtypen op afstand zijn FD-208N, FCA-282 (M200 serie interface) en FCA- 284 (andere uitrusting). Indien de eenheid-id op nul is ingesteld, dan zal de host FCA-285 zijn typecode teruggeven.
9.6d Two Alarm-modus De FCA-282/FD-200 en FD-208N kunnen twee afzonderlijke alarmen rapporteren dankzij hun dubbele inbraakdetectieprocessors. Alarm ‘a’ verwijst naar een alarmsituatie op kanaal a van de APU-processor. Alarm ‘b’ verwijst naar een alarmsituatie op kanaal b van de APU. Het antwoord van de HOST-eenheid wordt dan “Acknowledge 000”.
9.7a Overgaan op Polling-modus en pollen van het netwerk Het antwoord op het Poll-commando is een gecomprimeerd datarecord waarin de status van elke zone in het netwerk wordt aangegeven. De lengte van dit record is 32 bytes. Elke byte bevat de status van 4 opeenvolgende zones.
Het volgende schema illustreert het formaat van het Poll Response-pakket: 0x00 0x50 0x20 Zones 0 - 3 Zones 4 - 7 Zones 8 - 11 Zones 125-127 Checksum 00 = Veilig 01 = Alarm of sabotage Bitpositie 10 = Storing (dataglasvezel of sensor gaan open of APU-fout) 11 = Onbekend Zone 3...
Pagina 70
COMMANDO: Maskeren Veld Gegevens Lengte (bits) Sync 0x81 Unit ID (Eenheid-id) 0x00 Command (Commando) 0x4D Rec Length (Rec lengte) 0x20 Record Data RecLength 8 x RecLength (Recordgegevens) Checksum Zie sec 8.3a RESPONS: Maskeren Veld Gegevens Lengte (bits) Sync 0x81 Unit ID (Eenheid-id) 0x00 Command (Commando) 0x41...
9.8 Het netwerk gebruiken in Non-polled (unsolicited status)-modus Een hostcomputer kan het Fiber Security Network ook bewaken in Non-polled-modus. In deze modus worden alarmen, sabotage- en probleemsignalen onmiddellijk gerapporteerd wanneer ze optreden (vandaar de naam “Unsolicited Messages”). Dit is de standaard gebruiksmodus van de host FCA-285.
STS_SENSORFAULT 0xEA Sensorglasvezelkabel is open STS_TAMPER 0xED Tamper-schakelaar geactiveerd Kalibrator verbonden met STS_BUSY 0xEC FD-208N STS_ALARM 0xEF FCA-282 of FD-208N STS_ALARM1 0xE6 FCA-alarmkanaal A STS_ALARM2 0xE7 FCA-alarmkanaal B STS_ALARM_A 0xF0 FCA-284 - Ingang A alarm STS_ALARM_B 0xF1 FCA-284 - Ingang B alarm...
Pagina 73
Ontvangt geen APU-status STS_SENSORFAULT 0xEA Sensorglasvezelkabel is open STS_TAMPER 0xED Tamper-schakelaar geactiveerd STS_BUSY 0xEC Kalibrator verbonden met FD-208N STS_ALARM 0xEF FCA-282 of FD-208N STS_ALARM1 0xE6 FCA-alarmkanaal A STS_ALARM2 0xE7 FCA-alarmkanaal B STS_ALARM_A 0xF0 FCA-284 - Ingang A alarm STS_ALARM_B 0xF1...
9.9 Gegevens uitwisselen met een apparaat in een knooppunt Gegevens kunnen transparant en bidirectioneel worden uitgewisseld tussen de HOST-computer en een apparaat in één van de knooppunten. Het doel van deze functie is om op afstand toegang te krijgen tot de instellingenmenu's en andere functies van de FD-220P, FD-208N/RN en FD-3xxFSN serie apparaten.
Om gegevens te sturen naar het geselecteerde apparaat op afstand, moet u als volgt een pakket voor gegevensoverdracht vormen: COMMANDO: 0 -Data Packet (gegevenspakket) Veld Gegevens Lengte (bits) Sync 0x81 Unit ID (Eenheid-id) 0xnn Command (Commando) 0x30 Rec Length (Rec lengte) RecLength 8xRecLengte Record Data...
Pagina 76
COMMANDO: Sluit overdracht (close transfer) Veld Gegevens Lengte (bits) Sync 0x81 Unit ID (Eenheid-id) 0x00 Command (Commando) 0x43 Rec Length (Rec lengte) 0x00 Checksum 0xFF3C RESPONS: Bevestiging Veld Gegevens Lengte (bits) Sync 0x81 Unit ID (Eenheid-id) 0xnn Command (Commando) 0x41 Rec Length (Rec lengte) 0x00 Checksum...
Indien een apparaat van de serie FCA-282 of FD-220P, FD-208N/RN en FD-3xxFSN is geselecteerd voor gegevensoverdracht en er zijn gedurende 25 seconden geen gegevens doorgestuurd vanuit de HOST, dan zal een time-out optreden in het knooppunt. Bovendien zal een Close Transfer-pakket worden gestuurd naar de HOST-eenheid en vervolgens naar de HOST- computer.
9.10b Op afstand een relais activeren op een FCA-284 Het relais op een FCA-284 kan op afstand worden in- of uitgeschakeld als gevolg van een commando van de hostcomputer. Deze contacten op afstand kunnen worden gebruikt om een deurslot te activeren of andere acties uit te voeren op het knooppunt op afstand. Het relais zal actief blijven tot een Drop relay-commando (relais uitschakelen) wordt verstuurd.
Checksum Zie sec 8.3a 9.10d Relaisrespons in- of uitschakelen op een FCA-282 of FD-208N Indien het Activate Relay- of Drop Relay-commando wordt gestuurd naar de FCA-282 of FD208N, dan zal de respons een Nack-pakket zijn met nack-code ERR_NACK_NO_RELAY. RESPONS: Nack...
9.11a PASSWORD (wachtwoord) Wanneer de dialoogterminal is verbonden met de FCA-285, dan zal de gebruiker om een wachtwoord worden gevraagd. Het oorspronkelijk wachtwoord waarmee het systeem wordt geleverd is PASSWORD (in hoofdletters). Toets dit wachtwoord in gevolgd door <Enter>. Merk op dat de ingetoetste wachtwoordtekens niet worden weergegeven.
De invoer van het nieuwe wachtwoord moet worden herhaald. Indien dit exact overeenstemt, zal het nieuwe wachtwoord geldig worden en zal het hoofdmenu verschijnen. U kunt het bovenstaande proces voor het intoetsen van een nieuw wachtwoord gewoon annuleren door de backspace toets te gebruiken tot er minder dan 3 tekens overblijven en dan op <Enter> te drukken.
Eenheid Jumper op PCB FD-208N FCA-282 FCA-284 FCA-285 De jumper is duidelijk aangeduid op de PCB van de eenheid. 2. Schakel de eenheid in. Hierdoor wordt een speciaal programma uitgevoerd dat het EEPROM vult met 0xFF's.
In deze toestand zal de software alle EEPROM's op 0xFF's zetten en de correcte sleutel van 4 bytes instellen. Wat daarna gebeurt, is niet hetzelfde bij een HOST- eenheid (FCA-285) als bij een eenheid in de ring (FCA-282, FD-208N of FCA-284) Voor een FCA-285: 1.
Pagina 84
INIT "INITIALIZE" POSITION "OPERATE" POSITION (INITIALISATIESTAND) (WERKSTAND) INIT Figuur 9.1 Initialiseren van een nieuw systeem De HOST FCA-285 kent opeenvolgend eenheidnummers toe, te beginnen met de IN-poort van de glasvezelcommunicatielus (zie het etiket op het chassis van de HOST FCA-285 om te zien waar de poort zich bevindt).
10.3 Een knooppunt toevoegen in de ring De uitbreiding van het netwerk met extra eenheden in de ring of andere sensors via een FCA-284 is eenvoudig. Indien twee of meer eenheden aan het netwerk moeten worden toegevoegd, voeg deze dan één voor één toe aan de hand van de onderstaande stappen. OPMERKING: Indien wordt geprobeerd om twee of meer geïnitialiseerde eenheden tegelijkertijd aan de ring toe te voegen, zal de HOST ze geen eenheid- of zonenummers toekennen.
10.5 Een FCA-285-module vervangen De HOST-module is een uniek knooppunt op het netwerk. Ga als volgt te werk om dit te vervangen door een andere HOST-module met fi rmware versie 2.11 of ouder: 1. Controleer of de ring intact is en of alle modules buiten de FCA-285 zijn ingeschakeld en correct functioneren.
11.0 Begrippen en afkortingen De volgende begrippen en afkortingen worden gebruikt in dit document. Alarm Een signaal van of een situatie in een APU die aangeeft dat de perimeter lijkt te zijn geschonden. Apparaat In deze specifi catie, is een apparaat de uitrusting op afstand zoals een FS LLC APU of een ander sensorsysteem die is verbonden met een eenheid en die als interface dient met het FCA-netwerk.
Pagina 88
Eenheid De Fiber Communication Adapter (FCA). Elke FCA is verbonden met een apparaat. Eén FCA is de HOST-eenheid. Eenheidnummer Een uniek nummer dat wordt toegekend door de HOST-eenheid aan elk knooppunt (eenheid) in de ring. Elektromagnetische interferentie. De Fiber Communications Adapter voorziet in een gegevenscommunicatieknooppunt voor het Fiber Security Network.
Pagina 89
HOST-eenheid Eenheid 0 in de ring start en ontvangt ringgegevens. Controleert de FCA-186 relaisfunctie en zorgt voor de RS-232-interface voor een hostcomputer. Knooppunt Elke eenheid op de FCA-netwerkring stelt een knooppunt voor. Lampje (LED) Lichtemitterende diode. Dit is een zichtbaar indicatorlampje of een onzichtbare lichtbron waarmee gegevens over een glasvezelkabel worden gestuurd.
Fiber SenSys, of een toepassing of installatie die niet conform de gepubliceerde gebruiksaanwijzing is of een reparatie die niet door Fiber SenSys is goedgekeurd.