VI. UIT DE AIRCONDITIONER KOMT WITTE
STOOM
• Als de luchtvochtigheid hoog is tijdens
het KOELEN. (In olieachtige of stoffige
ruimtes)
Indien de binnenkant van een binnenunit bij-
zonder vervuild is, wordt de temperatuurver-
spreiding in een kamer ongelijk.
Het is nodig de binnenkant van de binnenunit
te reinigen.
Vraag uw lokale dealer om gegevens over
het reinigen van de binnenunit.
Het reinigen moet door een erkend onder-
houdstechnicus worden gedaan.
Controleer de gebruiksomgeving.
• Wanneer de airconditioner na het ONT-
DOOIEN en tijdens het ONTDOOIEN naar
VERWARMEN wordt omgeschakeld.
Vocht dat ontstaat tijdens het ontdooien
wordt stoom en gaat rondzweven.
Als de symbolen "
ven op de display van de afstandsbediening,
staat de unit in de stand ONTDOOIEN.
VII. GELUID VAN AIRCONDITIONERS
• Nadat het apparaat is gestart, hoort u een
gonzend geluid.
Dit geluid wordt veroorzaakt door de motoren
die de horizontale kleppen aandrijven.
Na ongeveer een minuut verdwijnt het geluid.
• Als de airconditioner in de stand KOELEN
of ONTDOOIEN staat, is een continu laag
gesis hoorbaar, of als de airconditioner in
de stand ONTDOOIEN staat, een druppe-
lend geluid.
Dit is het geluid van koelgas dat door de bin-
nen- en buitenunits stroomt.
• Er is een sisgeluid te horen bij het starten
of onmiddellijk nadat de werking is
gestopt, of dat te horen is aan het begin of
onmiddellijk na het stoppen van het ONT-
DOOIEN.
Dit is het geluid van koelmiddel en wordt ver-
oorzaakt door het stoppen en veranderen
van de stroom.
Tijdens het VERWARMEN schakelt de air-
conditioner automatisch om naar de stand
ONTDOOIEN.
De afstandsbediening toont "
Na maximaal 10 minuten, keert de aircondi-
tioner terug naar zijn oorspronkelijke wer-
king.
15
" worden weergege-
".
• De airconditioner maakt een geluid dat
klinkt als "Shah" in de modus KOELEN of
terwijl hij uitgeschakeld is.
Dit geluid is te horen als de afvoerpomp
werkt.
Vocht dat uit de binnenlucht werd verwijderd
tijdens het KOELEN, wordt afgevoerd.
• Er is een piepgeluid te horen wanneer de
airconditioner in bedrijf is of nadat het
systeem is gestopt.
Dit geluid wordt veroorzaakt door het uitzet-
ten en krimpen van kunststof onderdelen.
VIII. STOF VAN DE BINNENUNITS
• Wanneer het systeem gestart wordt nadat
het langere tijd niet in gebruik is geweest,
kan er stof uit de unit worden geblazen.
Stof dat in de unit terecht is gekomen wordt
naar buiten geblazen.
IX. DE BINNENUNITS GEVEN EEN GEUR AF
• Tijdens de werking
De unit absorbeert geuren van kamers, meu-
bels, sigaretten, enz. en geeft die dan weer
af.
Als de geur hinderend is, kunt u de ventilator-
snelheid op nul zetten wanneer de binnen-
temperatuur de ingestelde waarde bereikt.
Raadpleeg uw lokale dealer voor details.
X. DE AIRCONDITIONER KOELT NIET GOED
• De airconditioner werkt in het PRO-
GRAMMA DROGEN.
Dit is omdat er met het programma drogen
wordt gewerkt zodat de binnentemperatuur
zo weinig mogelijk afneemt.
Verlaag de binnentemperatuur met de stand
KOELEN, en gebruik dan het PROGRAMMA
DROGEN.
(Zie "KENMERKEN VAN HET PRO-
GRAMMA DROGEN" op pagina 8.)
• Lees de kenmerken van de stand KOE-
LEN, de stand VERWARMEN, en van het
PROGRAMMA DROGEN op pagina 7-8.
9-2. FXUQ
Lees de bedieningshandleiding die is meegele-
verd met de buitenunit.
Nederlands