Inhoudsopgave
Advertenties
38
Als u het aantal patroontjes per groep ver-
andert, plaatst de computer het -patroon
weer automatisch in het midden van de ma-
chine en de nieuwe patroonpositie verschijnt
in het display.
Voor de tweede tot en met de zesde groep
geldt, dat zelfs als u het aantal patroontjes
per proep verandert, de patroonpositie toch
niet wordt gewijzigd.
Als u het patroonnummer corrigeert of het-
zelfde nummer weer aanslaat, dan warden de
gegevens van patroonkeuze (2) alle uitgewist
uit het
geheugen.
*
Togelijkertijd
wordt het patroonnummer
voor patroonkeuze ( 1) veranderd en plaatst
de computer het nieuwe patroon weer in
het midden van de machine.
Zelfs als u de gegevens van het programma
verandart, dan warden toch de gegevens van
het programma weer in het geheugen opge-
slagen, zodra u het patroonnummer uitwist
en weer opnieuw aanslaat.
I
(~~~~-B_E_D_IE_N_IN_G_S_P_A_N_E_E_L~~~)
r---
• Corrigeren -
1.
Druk de CE-toets in en wis zo het geheugen (als u nu meteen de
STEP-toets indrukt, verschijnt ehet getal weer in het display).
2. Sia het goede getal aan.
~
__J
•
0
I
N
"•I
J
lil
GQLJANTIT
Q
L
·~d
L!_J
Aantal patroontjes van groep 1.
(4) Druk de STEP-toets in.
• Corrigeren -
1.
Druk de CE-toets in en wis zo het geheugen (als u nu meteen de
STEP-toets indrukt, verschijnt het getal weer in het display).
2. Sia het goede getal aan.
1,----
•
o
~
0
o
~ATTERN
o~
0.
In het display verschijnt
het patroonnummer.
(3) Druk de STEP-toets in.
2
( 1)
Zorg ervoor, dat alle patroonvariatietoetsen goed zijn ingesteld.
(2) Druk patroonkeuze (2)
in.
•
Controleer het programma voor patroonkeuze
(2)
Advertenties
Inhoudsopgave
