*!* )
"
Instellen en uitvoeren test 5:
1.
Sluit het meetsysteem conform het aansluitschema in bijlage 2 aan op het testobject.
2.
Draai de draaiknop in de stand ALS test/ Uc/ Rs (½ I N )
3.
Kies met de [Selectie] toets RCDt.
4.
Stel met de [ IDN ] toets de op de aardlekschakelaar aangegeven lekstroom in.
5.
Stel met de [ IDN
6.
Door de [S] toets te gebruiken kiest u voor een normale of selectieve aardlekschakelaar
(Het symbool [S] staat voor een selectief type).
7.
De toelaatbare waarde van de aanraakspanning is reeds in paragraaf 5.2.2.1 ingesteld.
8.
Druk op de [START] toets en leest het resultaat af.
9.
De fase van de startstroom kan worden gewijzigd door tweemaal kort na elkaar op de [START]
toets te drukken In dit geval wordt 180° getoond op het display. Als een selectief type
geselecteerd is, moet 30 seconden worden gewacht.
Het aflopen van 30
10.
Sla, indien gewenst, het resultaat op (paragraaf 5.3) en noteer eventueel de geheugencodes.
11.
Maak het testobject los of voer opnieuw een test uit.
DISPLAY
Tabel 5: Toelaatbare grenzen uitschakeltijden volgens IEC 1008-1 standaard.
Type
aardlekschakelaar
Normaal
Selectief
5.2.6 Test 6: Automatische test van normale of selectieve ALS
Instellen en uitvoeren test 6:
1.
Sluit het meetsysteem conform het aansluitschema in bijlage 2 aan op het testobject.
2.
Draai de draaiknop in de stand ALS test/ Uc/ Rs (½ I N )
3.
Kies met de [Selectie] toets AUTO.
4.
Stel met de [ IDN ] toets de op de aardlekschakelaar aangegeven lekstroom in.
5.
Door de [S] toets te gebruiken kiest u voor een normale of selectieve aardlekschakelaar
(Het symbool [S] staat voor een selectief type).
6.
De toelaatbare waarde van de aanraakspanning is reeds in paragraaf 5.2.2.1 ingesteld.
7.
Druk op de [START] toets en reset de aardlekschakelaar elke keer dat deze aanspreekt.
8.
Als een selectief type geselecteerd is, moet 30 seconden worden gewacht.
Het aflopen van 30
9.
Sla, indien gewenst, het resultaat op (paragraaf 5.3) en noteer eventueel de geheugencodes.
10. Maak het testobject los of voer opnieuw een test uit.
> - .
x
] toets de juiste vermenigvuldigsfactor in.
0 wordt op het display getoond.
ms
mA
Figuur 7: Voorbeeld testresultaat aanspreektijd.
I
2I
0,3
0,15
0,5
0,2
0,13
0,06
0 wordt op het display getoond.
%
"
.
Aanspreektijd. (Als het resultaat niet overeenstemt met
de waarden uit tabel 5, verschijnt ook het
gevarensymbool onder in het display).
Ingestelde aanspreekstroom waarbij de getoonde
aanspreektijd is gemeten.
5I
0,04
0,15
0,05
.
!+
Opmerking
Max. aanspreektijd (s)
Max. aanspreektijd (s)
Min. vertraagde
aanspreektijd (s)
#
''