Deze functie dwingt iedere spoel in een reeks spoelen naar AAN of UIT. In geval van een broadcast dwingt de functie alle aangesloten slaves om dezelfde
spoelreferenties te schrijven.
Het querybericht specificeert dat de spoelen 17 tot 32 (instelpunt voor snelheid) geforceerd moeten worden.
NB!
Spoeladressen beginnen bij nul, d.w.z. dat spoel 17 adres 16 heeft.
Veldnaam
Slave-adres
Functie
Spoeladres HI
Spoeladres LO
Aantal spoelen HI
Aantal spoelen LO
Byteteller
Data HI forceren
7
(spoel 8-1)
Data LO forceren
(spoel 10-9)
Foutcontrole (CRC)
Antwoord
Het normale antwoord zendt het slave-adres, de functiecode, het startadres en het aantal geforceerde spoelen terug.