16-bit SCSI-afsluiter op
de kabel
16-bits interne U160
68-pins SCSI-connector
16-bits SCSI-kabel met
drie 68-pins connectoren
Aansluiting voor 68-pins SCSI-connector
(twee schroeven) toegankelijk via de
achterkant van de pc
SCSI-kaart in PCI-sleuf
De juiste SCSI-
connectoren
gebruiken
OPMERKING
Voordat u een
SCSI-vaste schijf
installeert (alleen
geselecteerde
modellen)
Kabels en connectoren (SCSI-modellen)
Modellen met een SCSI-kaart kunnen worden aangesloten op maximaal drie
SCSI-apparaten.
Als alle geïntegreerde SCSI-connectoren in gebruik zijn, kunt u apparaten
extern toevoegen door deze rechtstreeks aan te sluiten op de SCSI-
connector aan de achterkant van de pc. Op de externe connector kunnen
maximaal tien externe apparaten worden aangesloten. Er kunnen dus
maximaal 13 (interne en externe) apparaten worden aangesloten.
De totale kabellengte van de externe SCSI-apparaten mag maximaal 3
meter bedragen.
Voordat u een extra SCSI-station installeert, dient u een ongebruikte
SCSI-ID voor het station te configureren. Geldige waarden voor SCSI-
ID's zijn 0 tot en met 15 voor Ultrawide 16-bits SCSI. SCSI-ID 0 wordt voor
de eerste SCSI-schijf gebruikt en SCSI-ID 7 is gereserveerd voor de
geïntegreerde SCSI-controller (de standaardwaarde voor SCSI-apparaten
van het type Narrow en Wide).
2 Componenten in het pc-werkstation installeren en vervangen
Primaire IDE-kabel
Primaire IDE-connector
Secundaire IDE-connector
Apparaten voor massaopslag installeren
Twee IDE-datakabels met
elk twee 40-pins
connectoren voor IDE-
stations
Secundaire IDE-kabel
Kabel met een 34-pins
connector voor een
3,5-inch diskettestation
Connector voor diskettestation
33