INSTALLATEURSINSTELLINGEN
23. Digitale ruimtebediening FR30
De digitale ruimtebediening kan zowel als afstandsbedie-
ning, bv. bewaking op afstand in een bijhuis, als in de
woonruimte gebruikt worden (er is geen ruimtevoeler). Er kan maximaal één ruimtebediening per ketel of maximaal twee
ruimtebedieningen per verwarmingskringmodule aan de CAN-bus aangesloten worden. De bediening van de toetsen gebeurt
zoals aan de ketel. Het infoscherm en het standaard informatiescherm werden ingevoegd, de aan te passen verwarmings-
kringen kunnen geprogrammeerd en ook weer gewijzigd worden, er is de mogelijkheid bij aansluiting op een verwarmings-
kringmodule de uitgangen manueel te testen en er is de mogelijkheid de keuzeschakelaar een verwarmingskring toe te wij-
zen.
Modusschakelaar van de digitale ruimtebediening:
"HEIZEN" betekent "continue dagwerking" (dauernd Tagbetrieb )
"ABSENKEN" betekent "continue verlaagde temperatuur" (dauernd Absenkbetrieb )
"AUTO" betekent "automatische tijd" (Zeitautomatik )
"AUS" betekent "verwarmingskring is uitgeschakeld" (Heizkreis ist ausgeschalten ), met uitzondering van de vorstbeveiliging).
Let op: in het installateursscherm moet bij de toegewezen verwarmingskring de overeenkomstige ruimtebediening gepro-
grammeerd worden.
Plaats montage digitale ruimtebediening
Deze digitale ruimtebediening kan zowel in de stookplaats (bijhuis met verwarmingskringmodule) als in de woonruimte ge-
monteerd worden (er is geen ruimtevoeler).
24. Montage van de kringvoelers
Elke kringvoeler is gemonteerd en gespannen in een voelerhuls,
die op zijn beurt is bevestigd op een loodrecht stuk van de buizen
door middel van de bijgeleverde buisklem.
Het contactvet, meegeleverd in een, spuit, laat een goeie geleiding
toe en verbetert de precisie van de meting.
De voeler moet achter de verwarmingscirculator geplaatst worden
op een afstand van ongeveer 20cm tot max. 1m.
•
p. 7.19