2.2 Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
- Voordat u met werkzaamheden aan het
product begint, dient u er zeker van te
zijn dat de elektriciteitstoevoer is uitge-
schakeld en niet per ongeluk kan wor-
den ingeschakeld.
- Sluit de pomp aan op een externe net-
schakelaar die dicht bij de pomp is
geplaatst en op een motorbeveiliging of
een CUE-frequentieomvormer. Zorg
ervoor dat u de hoofdschakelaar in de
stand UIT (geïsoleerd) kunt zetten. Type
en eisen zoals gespecificeerd in EN
60204-1, 5.3.2.
De voedingsspanning en -frequentie staan vermeld
op het typeplaatje van de pomp. Controleer of de
motor geschikt is voor de te gebruiken voedings-
spanning.
Eenfasemotoren van Grundfos zijn voorzien van een
thermische schakelaar; een extra motorbeveiliging is
niet nodig.
Driefasenmotoren moeten op een motorstarter wor-
den aangesloten.
De klemmenkast kan in vier posities worden gezet,
in stappen van 90 °, zie afb. 3.
Ga als volgt te werk:
1. Verwijder de koppelingsbeschermers. Verwijder
de koppeling niet.
2. Verwijder de vier bouten waarmee de motor aan
de motorstoel is bevestigd.
3. Draai de motor in de gewenste positie.
4. Plaats de vier bouten terug en draai deze vast.
5. Breng de koppelingsbeschermers weer aan.
De elektrische motor dient op de voeding te worden
aangesloten overeenkomstig het aansluitschema
aan de binnenzijde van het deksel van de klemmen-
kast.
270˚
180˚
Afb. 3
4
0˚
90˚
3. Het product in bedrijf nemen
WAARSCHUWING
Te hoge druk en lekkage
Dood of ernstig persoonlijk letsel
- Laat de pomp niet langer dan ongeveer
5 minuten werken tegen een gesloten
klep.
Controleer het volgende voordat u de pomp
inschakelt:
•
of alle leidingaansluitingen goed sluitend zijn
geïnstalleerd.
•
of de pomp gedeeltelijk gevuld is met vloeistof
(gedeeltelijk ondergedompeld).
•
of de zeef niet wordt geblokkeerd door verontrei-
nigingen.
Schakel de pomp als volgt in:
1. Sluit de afsluiter aan de perszijde van de pomp.
2. Als de pomp is uitgerust met een ontluchtings-
ventiel, moet dit ventiel worden geopend. Zie afb.
4.
Afb. 4
3. Zie de correcte draairichting van de pomp op het
ventilatordeksel van de motor. Gezien vanaf de
bovenzijde, moet de pomp tegen de klok in
draaien.
4. Schakel de pomp in en controleer de draairich-
ting.
5. Open de persafsluiter een eindje.
6. Als de pomp is uitgerust met een ontluchtings-
ventiel, moet dit ventiel worden gesloten wanneer
er een gelijkmatige vloeistofstroom uit loopt.
7. Open de persafsluiter in zijn geheel.
De pomp is nu ontlucht en bedrijfsklaar.
Ontluchtingsventiel