van de klemmenstrook
afb. 25
Ionisatiemeting
00.W4H.79.00064
12.2.4 Controle van de waterdruk
De waterdruk moet minimaal 0,8 bar bedragen. Geadviseerd wordt de installatie te vul-
len tot ca. 1,5 bar.
12.3 Onderhoud
Indien uit de verbrandingstechnische controle van het toestel blijkt dat de verbranding
of warmtewisseling niet optimaal meer is, dient onderhoud uitgevoerd te worden. Dit
onderhoud bestaat uit:
- de warmtewisselaar reinigen met een speciaal reinigingsgereedschap of met pers-
lucht, evt. doorspoelen met water.
- de ventilator reinigen.
- de sifon reinigen.
Naar aardeklem
in instrumentenpaneel
Naar klem 4
Meetbereik-
instelling
V (=)
Het meetbereik V (=)
komt overeen met µA
Maximale ionisatiestroom 9V ( µA)
Minimale ionisatiestroom 4V ( µA)
24V
X11
Boilervoeler
Buitenvoeler / (hoog-laag)
Aan/uit-thermostaat
+
Modulerende regelaar
74
Remeha Quinta 85
230V