Afb.44
Afstand tussen de ontstekingselektroden
7.6
Lijst met instellingen na ingebruikname
7.7
Inbedrijfstelling afronden
7611914 - v02 - 24112016
7.5.3
Positie van de ontstekingselektroden afstellen
1. Controleer de positie van de ontstekingselektroden.
Eenheid
Aantal ringen
mm
maal hun dikte
(B)
X
mm
Y
mm
Sproeier
1. Stel de specifiek bij de installatie behorende parameters in
2. Pas de stooklijn aan.
1. Breng het voorpaneel / de voorpanelen weer aan.
2. Voer de CV-installatietemperatuur op tot ongeveer 50°C.
3. Schakel de ketel uit.
4. Ontlucht de cv-installatie na circa 10 minuten.
5. Controleer de hydraulische druk. Vul zo nodig water bij in de verwar
mingsinstallatie (aanbevolen waterdruk tussen 0,15 en 0,18 MPa
(1,5 en 1,8 bar)).
6. Instrueer de gebruiker over de werking van de installatie, ketel en
regelaar.
7. Informeer de gebruiker over het noodzakelijke periodieke onder
houd.
8. Overhandig alle handleidingen aan de gebruiker.
De ketel is nu bedrijfsklaar.
MW-5000218-1
EFU 36
1x1
23
6
Danfoss
0,75--45° SR
7 Inbedrijfstelling
EFU 46
1x1
22
6
Danfoss
1,00--60° S
EFU
43