Gebruikershandleiding van thermografische handcamera
3. Druk op
om te verlaten.
4.3 Thermografieregel instellen
U kunt thermografieparameters instellen om de nauwkeurigheid van de temperatuurmeting te
verbeteren.
Stappen
1. Selecteer
in het hoofdmenu.
2. Stel de punt-, lijn- of gebiedsregels in.
4.3.1 Puntregel instellen
U kunt vier soorten puntthermografieregels instellen.
Pictogram
De instellingsmethode van middelpunt-, hoge- en lage-temperatuurpuntthermografie is voor
allemaal hetzelfde. Hier volgt een voorbeeld van het instellen van hoge
temperatuurpuntthermografie.
Voorbeeld
Tik op
op de interface, het toestel zoekt het punt met de hoogste temperatuur, en geeft Max:
XX weergeven.
Aangepaste puntthermografie
Het apparaat kan de temperatuur van een aangepast punt detecteren.
Stappen
1. Selecteer
.
2. Verplaats het punt met de navigatieknoppen of tik op het touchscreen om een punt te
selecteren.
De temperatuur van het aangepaste punt (bijv. P1) zal P1: XX weergeven.
temperatuurwaarde aan te passen.
Tabel 4-1 Pictogrambeschrijving
Middelpuntthermografie
Hoge temperatuurpuntthermografie
Lage temperatuurpuntthermografie
Aangepaste puntthermografie
23
Omschrijving