Lettertype
Superscript/subscript
Door superscript wordt een teken enigszins hoger en door subscript wordt een
teken enigszins lager geplaatst dan de lijn van de tekst. Tevens wordt het super-
of subscript-teken enigszins kleiner weergegeven dan de rest van de tekst. De
functies superscript en subscript bevinden zich op het cijferpaneel. Wanneer u op
de toets Superscript of Subscript drukt, wordt de betreffende opmaak toegepast
op het volgende teken dat u typt. Onmiddellijk na het typen van het teken wordt
de functie uitgeschakeld en keert de gewone tekst terug.
Ga als volgt te werk om superscript of subscript toe te passen:
1. Plaats de cursor in de regel tekst waar het superscript- of subscript-teken
moet worden weergegeven.
2. Druk op Sup
of Sub
.
3. Typ het teken dat in superscript of subscript moet worden weergegeven.
Alleen het teken dat u typt onmiddellijk na het drukken op de toets Superscript of
Subscript, wordt in super- of subscript weergegeven.
Meerdere tekens
Om een aantal tekens tegelijkertijd in superscript of subscript te zetten, voert u
eerst de tekst in, en markeert u vervolgens de tekens die in super- of subcript
moeten staan.
Figuur 3-3. Subscript toepassen op meerdere tekens
®
3-6
BMP
61 Labelprinter Gebruiksaanwijzing