5 Bediening
5.3
Overzicht vermogensniveaus
Vermogensni-
veau
L
1
2
3
4
5
6
7
8
9
P
Gaarprocedé
Smelten
Warmhouden
Smelten, voorzichtig
verwarmen
Wellen
Doorkoken,
inkoken, stoven
Doorkoken, smoren
Behoedzaam
braden
Braden, frituren
Sterk braden
Snel verhitten
Praktische toepassing
Boter, chocola, honing smelten
op ca. 40°C
Sauzen, bereide gerechten
op ca. 65°C
Boter, chocolade,
gelatine, sauzen
Rijst
Groente, aardappels, sauzen,
fruit, vis
Deegwaren, soepen, smoorvlees
Rösti, omeletten, gepaneerde
gerechten, braadworsten
Vlees, patates frites
Steaks
Water aan de kook brengen
19