8.0
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10.
s
-P
.
BIJZONDERE ADVIEZEN VOOR HET GEBRUIK
Maximum nuttige last in acht nemen! (Zie hiertoe Kap.3.0, -pnt.29).
De aftakas uitsluitend inschakelen bij laag
traktor-motor
toerental.
Bij herhaald afbreken van de breekbout, de standaard aftakas uitwisselen voor
een aftakas met slipkoppeling
(extra
uitvoering)
(Zie
hiertoe Kap.10.13).
De aanhang-inrichting dient voor het aankoppelen van werktuigen en twee-assige
aanhangers, wanneer:
de rijsnelheid van
25 km/uur
niet wordt overschreden.
de aanhanger een oploop-rem heeft, of een rem-installatie, die door de bestuurder,
vanaf de traktor
zitplaats
bedient
kan
worden.
het toelaatbare totaal gewicht van de aanhanger, niet meer is dan 1
,25
maal
het,
toelaatbare, totaal gewicht van de traktor, maar nooit meer dan 5 ton bedraagt.
Bij het oplichten v~n de werpstrooier, wordt de vooras van de traktor, afhankelijk van
de grootte verschillend, ontlast. Op het aanhouden van de vooras belasting
letten
(20% van het traktor gewicht als minimum).
Niet
in
de omgeving komen van de draaiende strooischotel, wegens het gevaar
voor
verongelukken! Gevaar
voor
rondvliegende kunstmestkorrels!! Personen
uit de gevaren zone verwijderen!
Na
3 a 4
trechter vullingen de bouten op vastzitten kontroleren, eventueel natrekken.
Bij sommige stroois_~offen, zoals Kieserit, Exello-Granulaat en Magnesium Sulfaat,
treedt verhoogde sl!Jtage op van de strooischoepen.
Bij niet go_ed afsluit~nde stuurventielen na langere pauze~ of b.v gedurende lange
transportntten, verhindert het afsluiten door een blokkraan het zelfstandig opengaan
van de gesloten doseer-schuiven (zie hiertoe ook Kap.5.2).
Doseer-schuiven eerst, bij voorgeschreven aftakas toerental (540 omw./min), openen.
Bij enkele kunstmestsoorten
is
een ander aftakas toerental gewenst. De
opgaven uit de strooitabel
in
acht nemen.
Konstant aftakas toerental en -rijsnelheid aanhouden.
11.
12.
13.
14.
8 -
1
Wordt
de machine over een
langere
strook,
met volle
voorraad-trechter,
gesloten doseerschuiven en
in uitgeschakelde
stand gereden (transportritten
voor
gebruik
in het land),
dan
voor het beginnen met
strooien, d.w.z.
voor het
inschakelen van
de aftakas, de doseerschuiven
kortstondig
openen. Aansluitend
de aftakas
langzaam inschakelen
en
kortstondig, niet rijdend, laten
strooien!
Eerst
na het instellen van
de gewenste strooi-hoeveelheid,
met het
strooiwerk
beginnen!
Bij
het strooien van
Superphosfaat,
Kalkmergel en vochtige en korrelige kunstmest
(niet
in zakken
opgeslagen), na elk leegstrooien, de in de trechterspitsen eventueel
aanklevende kunstmest, verwijderen. Kunstmest aangroeiingen aan de strooischoepen
en de geleide platen, eveneens verwijderen!
Bij
klevende- of vochtige kunstmest kan de opvoerwerking van de uitwerpers
eventueel verbetert worden, indien de
inbouw-set
van de roerderkop
,
verandert wordt
(zie hiertoe Kap.7.5).
Wordt ondanks gelijke doseer-schuiven afstelling, ongelijk liggen van de beide
trechterpunten
voorrad vastgesteld, dan de doseer-schuiven
"basis-instelling"
kontroleren (zie hiertoe Kap. 9.0,pnt.6).