5 - 4
i
·
Fig.
5.3
Fig. 5.4
Fig.
5.5
5.2
5-5
HYDRAULl
~
CH
E
SCHUIVENBEDI
ENING
Ter voorkoming van beschadigingen aan de strooier, mag de druk in de
traktor-hydraulische installatie, 180 Bar niet overschrijden.
De aansluiting van hydraulische slangen gaat op enkelwerkende stuurventielen van de
traktor. Voor het aansluiten van de
doseerschuiven, het
stuu rventiel van de traktor op
"heffen"
en voor het
"openen"
op zakken
,
stellen.
De betreffende doorlaat-openingen worden door schuiven (fig.5.3/1) met behulp van een
hydraulische cilinder (fig.5.3/2)
,
gesloten en door de veer (fig.5.3/3) weer geopend.
Voor
"eenzijdig"
strooien
,
b.v. links-zijdig perceel rand strooien met kantstrooischerm (extra
uitvoering).
Schuiven sluiten
Overeenkomende stelhendel (hier links) op schaalwaarde "O" stellen. Hierdoor wordt bij
volgende keer openen de schuif alleen nog van de rechtse schuiver geopend (zie hiertoe
ook Kap .7.2).
Bij niet goed afsluitend stuurventiel, en voor langere
pauzes,
b.v. voor
transportritten
,
voorkomt het sluiten van de blokkranen, het zelfstandig
opengaan van gesloten schuiven.
Fig. 5.4. Blokkraan gesloten
Fig. 5.5. Blokkraan geopend
.