Doorschakeling instellen (voorbeeld):
Meestal wordt bij het doorschakelen
opgegeven:
Onbeantw opr.
Onbeantw opr.
I
(bevat de voorwaarde
dien
Indien bezet
staand)
Indrukken.
§Kies§
Instellen
Selecteren.
Invoer van het telefoon-
nummer waar naartoe
J
moet worden omgeleid
(als dat nog niet is ge-
beurd).
of
Selecteer dit telefoon-
·
nummer uit het t elefoon-
boekof via de §Mailbox§.
Bevestiging. Na een korte
§OK§
onderbreking wordt de
instelling vanuit het net
bevestigd.
Alle oproepen
Alle oproepen worden doorgescha-
keld.
In de stand-by stand ver-
n
schijnt dit in de bovenste
displayregel.
Indien onber.
Een oproep wordt doorgeschakeld
als de telefoon uit staat of zich bui-
ten bereik van het mobiele netwerk
bevindt.
selecteren.
onber.,
Geen
antwoord,
zie onder-
Geen antwoord
Een oproep wordt pas doorgescha-
keld na een wachttijd die per mobiel
netwerk kan variëren. Dat kan maxi-
b
maal 30 seconden duren (kan in stap-
pen van 5 sec. worden ingesteld).
In-
Indien bezet
Als u al telefonisch in gesprek bent,
wordt de nieuwe oproep doorge-
schakeld. Als de functie
ingeschakeld (pag. 64), hoort u tij-
dens een telefoongesprek het wis-
selgesprek-signaal ten teken dat er
een tweede oproep binnenkomt.
Ontvangt fax
Faxberichten worden doorgestuurd
naar een faxnummer.
Ontvangt data
Gegevens worden doorverzonden
naar het telefoonnummer van een
pc.
Statuscontr.
Hiermee controleert u de huidige
doorschakelstatus bij alle mogelijke
b
situaties.
Na korte tijd geeft het mobiele net-
werk de actuele instellingen door die
dan op het display verschijnen.
p
o
s
Instellingen
Aankloppen
Conditie is ingesteld.
Niet ingesteld.
Dit verschijnt als de status
onbekend is (bijv. bij een
nieuwe SIM-kaart).
65
is
b
b