Lijn het apparaat met behulp van een waterpas en
het afstellen van de stelvoeten (5e inbussleutel) op
de standplaats uit.
Afb. 13
Sluit de elektrische toevoerleiding en optionele
randapparatuur (buitenvoeler/afstandsbediening)
op locatie op de overeenkomstige aansluitblokken
aan. Neem daartoe het kabelschema in acht.
Afb. 14
Afb. 15
Plaats evt. de waterklop op de positie van de
plaatshouder voor de veiligheidsklep.
Afb. 16
Sluit de hydraulica bijv. met behulp van de pantser-
slangen op de kogelkraanrail in de warmtepomp
en de wandaansluitingen aan.
Gebruik de handmatige ontluchter op de aanslui-
tingen van de bron (VL/RL) en het verwarmingscir-
cuit (VL/RL)
Afb. 17
27