Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Menu 1.9.4 Instellingen Ruimtesensor - Metro Therm SHK 20-200/6 Installatie- En Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

ADVIES
Wacht 24 uur voordat u de instellingen wijzigt om
de kamertemperatuur te stabiliseren.
Als het buiten koud is en de kamertemperatuur te
laag, verhoog dan de helling van de curve met één
waarde.
Als het buiten koud is en de kamertemperatuur te
hoog, verminder dan de helling van de curve met
één waarde.
Als de buitenkant warm is en de kamertempera-
tuur te laag, verhoog dan de curveverschuiving
met één waarde.
Als het buiten warm is en de kamertemperatuur
te hoog, verminder dan de curveverschuiving met
één waarde.
Menu 1.9.2 - externe instelling
Het aansluiten van een extern signaal, bijv. een ruimtesen-
sor of programmeerapparaat, zal de kamertemperatuur
tijdens het verwarmen tijdelijk of periodiek verhogen of
verlagen. Wanneer het signaal wordt geactiveerd, verand-
ert de offset van de verwarmingscurve met het aantal in
het menu geselecteerde graden. Nadat de ruimtesensor is
geïnstalleerd en ingeschakeld, wordt de gewenste kamer-
temperatuur (°C) ingesteld.
Bij meerdere verwarmingssystemen kunnen voor elk sys-
teem afzonderlijke instellingen worden gemaakt. Voor meer
informatie selecteert u " ? ".
Fabrieksinstelling:
verwarming
verwarmingssysteem 1: 0
koeling (indien geactiveerd)
verwarmingssysteem 1: 0
Menu 1.9.3 - min. aanvoertemp.
Selecteer in Menu 1.9.3 de verwarming of koeling (als deze
geactiveerd is) en stel in het volgende menu de minimum
aanvoertemperatuur van het verwarmingssysteem in
(min. aanvoertemperatuur van de verwarming/koeling). Dit
betekent dat de SHK 20-200 nooit een lagere temperatuur
berekent dan de hier ingestelde temperatuur.
Bij meerdere verwarmingssystemen kunnen voor elk sys-
teem afzonderlijke instellingen worden gemaakt.
56
Hoofdstuk 9 | Controle
Fabrieksinstelling:
verwarming
verwarmingssysteem 1: 20
koeling (indien geactiveerd)
verwarmingssysteem 1: 18
BELANGRIJK
Voor actieve koeling moet de minimumtempera-
tuur worden bepaald op basis van de temperatu-
ur van het verwarmingssysteem.
ADVIES
De waarde kan worden verhoogd als er bijvoor-
beeld een kelder is die altijd verwarmd moet wor-
den, zelfs in de zomer.
U kunt de waarden ook verhogen in het menu
"Verwarming uitschakelen" 4.9.2 "Auto modus inst.".

Menu 1.9.4 Instellingen ruimtesensor

Hier kunt u de ruimtesensoren activeren die de kamertem-
peratuur regelen.
Hier kunt u de factor (numerieke waarde) instellen die het
effect van de kamertemperatuur (verschil tussen de actue-
le en de gewenste kamertemperatuur) op de aanvoertem-
peratuur van het verwarmingssysteem bepaalt, die te hoog
of te laag is. Een hogere waarde betekent een hogere en
snellere verandering in de verschuiving van de verwarm-
ingscurve. Voor meer informatie selecteert u " ? ".
BELANGRIJK
Een te hoge vooringestelde waarde voor de "sys-
teemfactor" kan (afhankelijk van het verwarmin-
gssysteem) leiden tot een onstabiele kamertem-
peratuur.
Fabrieksinstelling: uit
SHK 20-200

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Shk 20-200/12

Inhoudsopgave