INTERLACE
PROGRESSIVE Selecteer deze optie als de
UIT
z Tip
De PROGRESSIVE indicator gaat branden als de
speler progressieve signalen uitvoert.
Informatie over de COMPONENT VIDEO
OUT/SCAN SELECT schakelaar
Met de COMPONENT VIDEO OUT/SCAN
SELECT schakelaar op het achterpaneel van de
speler wordt het uitvoersignaal voor de
COMPONENT VIDEO OUT aansluitingen
geselecteerd: interlace, progressive of selectable.
De schakelaar heeft prioriteit op de instelling bij
"COMPONENT OUT".
Het videosignaalformaat wijzigen
Als u "PROGRESSIVE" hebt geselecteerd
voor een TV die geen progressieve signalen
accepteert of als de videosignalen van de
software niet geschikt zijn voor het
converteren van progressieve videosignalen,
geeft u het beeld weer met het interlace-
formaat.
1
Zet de COMPONENT VIDEO OUT/
SCAN SELECT schakelaar aan de
achterkant van de speler op
"INTERLACE".
2
Zet "COMPONENT OUT" op
"INTERLACE".
3
Zet de COMPONENT VIDEO OUT/
SCAN SELECT schakelaar weer op
"SELECTABLE".
Gewoonlijk kunt u de schakelaar in deze
positie laten staan als u de
COMPONENT VIDEO OUT
aansluitingen gebruikt.
Opmerkingen
• Als u de speler alleen via de COMPONENT
VIDEO OUT aansluitingen op een monitor of
projector wilt aansluiten, moet u "UIT" niet
selecteren. Als u in dit geval wel "UIT" selecteert,
wordt het beeld wellicht niet weergegeven.
74
Selecteer deze optie als de
speler is aangesloten op
een standaardtelevisie
(interlace-formaat).
TV progressieve signalen
kan ontvangen.
De speler voert geen
componentvideosignalen
uit.
• Wanneer u videosoftware met progressieve
signalen afspeelt, worden gedeelten van bepaalde
beeldsoorten wellicht onnatuurlijk weergegeven
wegens het conversieproces dat plaatsvindt
tijdens uitvoer via de COMPONENT VIDEO
OUT aansluitingen. Beelden via de S VIDEO
OUT en LINE OUT (VIDEO) aansluitingen
worden hierdoor niet beïnvloed, omdat deze met
een normaal formaat (interlace) worden
uitgevoerd.
Als "PROGRESSIVE" is
geselecteerd bij "COMPONENT
OUT"
U kunt de uitvoer van het progressieve 525p/
625p-videosignaal nauwkeurig afstemmen
als u "PROGRESSIVE" selecteert bij
"COMPONENT OUT" bij
"SCHERMINSTELLING" en de speler
aansluit op een TV die het videosignaal met
progressief formaat accepteert.
STAND (Conversiestanden)
Er bestaan twee soorten DVD-software:
filmsoftware en videosoftware.
Videosoftware is afgeleid van TV, zoals
drama en comedies. Hiermee worden beelden
met 30 frames/60 velden (25 frames/50
velden) per seconde weergegeven.
Filmsoftware is afgeleid van film. Hierbij
worden beelden met 24 frames per seconde
weergegeven. Bepaalde DVD-software is
geschikt voor zowel video als film.
Het progressieve videosignaal moet worden
geconverteerd om het geschikt te maken voor
de DVD-software die u gebruikt, zodat de
beelden natuurlijk worden weergegeven op
het scherm als deze worden uitgevoerd in de
PROGRESSIVE stand (50 of 60 frames per
seconde).
AUTO
Hiermee wordt automatisch
vastgesteld of u film- of
videosoftware gebruikt en
wordt het signaal naar de juiste
conversiestand geconverteerd.
Selecteer normaal deze
instelling.
VIDEO
Hiermee stelt u de
conversiestand voor
videosoftware in, ongeacht het
type software dat u gebruikt.