INLEIDING
Gebruiken van de zelfontspanner .............................. 68
Specificeren van de beeldgrootte .............................. 71
Specificeren van de beeldkwaliteit ............................ 72
74
OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
Selecteren van de scherpstelfunctie ......................... 74
Gebruik van autofocus
Gebruik van de macrofunctie
Het gebruik van panfocus
Gebruik van de oneindig-functie
Gebruik van handmatig scherpstellen
Gebruik van de scherpstelvergrendeling
Belichtingscompensatie (EV verschuiving) ............... 83
Bijstellen van de witbalans ......................................... 84
Handmatig configureren van de witbalans
Gebruik van de doorlopende sluiter .......................... 87
Doorlopende sluiter met normale snelheid
Doorlopende sluiter bij hoge snelheid
Doorlopende sluiter met flits
Voorzorgsmaatregelen voor de doorlopende sluiter
Gebruiken van de BEST SHOT functie ..................... 90
Afzonderlijk tonen van de voorbeelddecors
Creëren van uw eigen BEST SHOT instelling
Wissen van een BEST SHOT functie
gebruikersinstelling
Verminderen van de effecten van het bewegen
van uw hand of het bewegen van het onderwerp ..... 95
Opnemen met een hogere gevoeligheid ................... 96
Opnemen van beelden van naamkaartjes en
documenten (Business Shot) ..................................... 97
Voordat u met Business Shot gaat opnemen
Gebruiken van de Business Shot instelling
Herstellen van een oude foto ..................................... 99
Voordat u probeert een oude foto te herstellen
Opnemen van een oude foto
75
Opnemen van foto's in een layout met
78
meerdere beelden (layout foto's) ............................. 102
79
80
Automatisch traceren van een bewegend
80
onderwerp (automatisch kaderen) ........................... 104
82
Opnemen van een film ............................................. 105
Specificeren van de kwaliteit van het filmbeeld
Opnemen van een film
86
Opnemen van audio ................................................. 108
Toevoegen van geluid aan een snapshot
Opnemen van spraak
88
88
Gebruiken van het histogram .................................... 112
89
Camera instellingen van de
89
REC (opname) functie .............................................. 114
Toewijzen van functies aan de [ ] en [ ] toetsen
92
In- en uitschakelen van het in-beeld raster
93
In- en uitschakelen van beeldcontrole
Gebruik van icoonhulp
94
Specificeren van de default instellingen bij
inschakelen van de spanning
Specificeren van de ISO gevoeligheid
Selecteren van de meetfunctie
4
98
98
99
100
105
106
108
110
115
116
116
117
118
120
121