echter geen geluid ontvangen van de
middenluidspreker als een geluidsveld
(Pro Logic, enz.) is geselecteerd. Als de
middenluidspreker niet is aangesloten,
zullen alleen de linker- en
rechtervoorluidsprekers geluid
voortbrengen.
Er wordt geen geluid weergegeven van
analoge 2-kanaals geluidsbronnen.
• Controleer of de geselecteerde (digitale)
audioingang niet is toegewezen aan andere
ingangsbronnen in "Input Assign" in het
Input-menu (zie blz. 109).
Er klinkt geen geluid bij afspelen van
digitale geluidsbronnen (via de
COAXIAL of OPTICAL-
ingangsaansluiting).
• Controleer de INPUT MODE! (zie
blz. 108)
• Controleer of de functie "2ch Analog
Direct" niet wordt gebruikt.
• Controleer of de geselecteerde (digitale)
audioingang niet is toegewezen aan andere
ingangsbronnen in "Input Assign" in het
Input-menu (zie blz. 109).
Het audio-ingangssignaal van de HDMI
IN-aansluiting wordt niet uitgevoerd
door de versterker of de
televisieluidspreker die op deze
receiver is aangesloten.
• Controleer de HDMI IN-verbinding van
het apparaat.
• Het weergaveapparaat moet eventueel nog
ingesteld worden. Zie tevens de
gebruiksaanwijzing die bijgeleverd is met
elk apparaat.
• Zorg dat u voor de HDMI-aansluiting een
aansluitkabel gebruikt van het type High
Speed HDMI-kabel wanneer u beelden
bekijkt of geluid beluistert tijdens een
1080p-, Deep Color- of 3D-transmissie.
• De receiver produceert mogelijk geluid
terwijl de GUI wordt weergegeven op het
televisiescherm. Druk op GUI MODE om
"GUI MODE" uit te schakelen.
De weergave van links en rechts klinkt
onevenwichtig of de kanalen zijn
verwisseld.
• Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten juist en stevig zijn aangesloten.
• Stel de weergave evenwichtig in met de
parameters van het Auto Calibration-
instelmenu.
Er is veel brom of ruis.
• Controleer of alle luidsprekers en andere
apparaten stevig zijn aangesloten.
• Houd de aansluitkabels uit de buurt van
een transformator of een motor en
tenminste 3 meter van een televisietoestel
of tl-verlichting.
• Plaats de geluidsapparatuur niet te dicht in
de buurt van een ingeschakeld
televisietoestel.
• Sluit een aardingsdraad aan op de
U SIGNAL GND-aardaansluiting (alleen
als een platenspeler is aangesloten).
• Wellicht zijn de stekkers en aansluitingen
vuil. Veeg ze schoon met een doekje met
wat spiritus of zuivere alcohol.
De middenluidsprekers/
achterluidsprekers/
middenachterluidsprekers brengen
niet of nauwelijks geluid voort.
• Controleer of de luidsprekerinstellingen
geschikt zijn aan de hand van het Auto
Calibration-instelmenu of "Speaker
Pattern" in het Speaker-instelmenu.
Controleer ook of elke luidspreker correct
geluid produceert aan de hand van "Test
Tone" in het Speaker-instelmenu.
• Selecteer het geluidsveld "HD-D.C.S."
(zie blz. 79).
• Stel het niveau van de luidspreker(s) wat
hoger in (zie blz. 122).
• Zorg dat de middenluidspreker/
achterluidspreker is ingesteld op
"SMALL" of "LARGE".
wordt vervolgd
169
NL