5.1.1 Direkte en pulserende spanningsmeting, V DC enV (DC+AC)
Opmerking
Er dient op het volgende gelet te worden voor alle multimeters,
behalve voor de METRAHIT E
Zet de CL iP parameter op 0FF in de stroomtang setup menu.
Anders worden alle gemeten waarden aangeduid in Ampè-
res, en worden ze aangepast aan de geselecteerde transfor-
matieverhouding.
MEASURE
1nFo
SETUP
FUNC
1 / 10/100/1000 / 0ff
ENTER
➭ In overeenstemming met de te meten spanning, verplaats de
draaiknop naar V
of V .
➭ Sluit de meetsnoeren aan zoals aangeduid.
De "" aansluitklem dient met de aarde te worden verbonden.
Opmerking
Een ononderbroken akoestisch signaal verwittigt U wanneer de
gemeten waarde de eindwaarde in het 1000 V bereik wordt
overschreven.
Controleer dat geen enkel stroommeetbereik ("A") is geactiveerd
indien de multimeter is aangesloten voor spanningsmeting! Als de
stroomwaarde van de zekering wordt overschreden als gevolg
van een aansluitfout, dan zijn zowel de operator als het toestel in
gevaar!
De multimeter komt steeds in het 6V meetbereik na het omschak-
jelen van de draaiknop in de stand V. Van zodra de MAN / AUTO
GMC-I Messtechnik GmbH
:
BASE
FUNC
rAtE
SET
...
...
ENTER
FUNC
ENTER
toets wordt ingedrukt, en de gemeten spanning lager is dan 600
mV, schakelt de multimeter naar het mV meetbereik.
V
CL IP
V
Temp
Waarschuwingen ivm gevaarlijke spanningen:
> 55 V AC of > 70 V DC :
> 1000 V:
V/Hz, , Temperatuur,
020.00
V
V
FUNC
ENTER
020.00
V
Meetbereiken:
COM
V= : 600 mV1000 V
V : 600 mV1000 V
Max. 1000 V (< 10 kHz)
Max. 100 V (> 10 kHz)
P
= 6 x 10
– (+)
max
voor U > 100 V
+ (–)
230 . 0
en A/Hz Metingen
V
DC
V
DC
AC
TRMS
6
V x Hz
27