I
NLEIDING
A
B
ANDUIDING
ETEKENIS
U
aansluitspanning
I
maximale stroomsterkte
max
P
maximaal opgenomen vermogen door ventilatoren
motor
Omgevingscondities
Aansluitspanning
Vermogen
Maximale uitblaastempera-
tuur
Maximale werkdruk
nl
TYPE TOESTEL
NOZ
25
H2
2
H3
H6
C6
HC6
nl-8
Temperatuur
Relatieve luchtvochtigheid
NOZ
25
2
NOZ
50
2
MAXIMUM
MAXIMAAL
TOEGESTANE
VERMOGEN
UITBLAAS
TEMPERATUUR
10V
45 °C
8V
60 °C
10V
45 °C
8V
60 °C
10V
45 °C
8V
60 °C
1.3.5 Toepassingsbereik
De luchtverwarmer wordt toegepast in grote, open ruimtes.
Hierbij moeten de volgende grenzen in acht worden genomen:
Toepassingsgrenzen bij alle modellen
5 °C tot 40°C
20% - 95%, niet condenserend
zie typeplaatje
zie typeplaatje
45 °C
60 °C in lagere standen
40 °C
60 °C in lagere standen
zie typeplaatje
Maximale watertrajecten
M
AXIMAAL WATERTRA
-
(
JECT
ONGEREGELD
90/70 °C
70/50 °C
60/40 °C
60/40 °C
60/40 °C
L
UCHTVERWARMER
M
AXIMALE WATERTEM
-
PERATUUR OF WATER
)
(
TRAJECT
GEREGELD
125 °C/16 bar*
125 °C/16 bar*
125 °C/16 bar*
60/40 °C
60/40 °C
-
-
)