Inhoudsopgave
Advertenties
NOZ2 H
ANDLEIDING
2.9
Condensafvoer installeren
Handleiding versie 7.1 (22-10-2019)
-
geeft de uitgang op het toestel een signaal t.b.v. de CV-
installatie, mits functie
bedieningspaneel ingesteld is op
2. Als de temperatuur van de uitgeblazen lucht lager wordt
dan 2 ºC en van de aangezogen lucht lager dan 8 ºC:
-
geeft het bedieningspaneel foutmelding E6 weer;
-
worden de ventilatoren uitgeschakeld, maar blijft het
ventiel van de waterzijdige regeling open.
Let op:
c
De vorstbeveiliging reduceert de kans op bevriezing,
maar garandeert géén volledige beveiliging.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen indien u
het toestel installeert in een ruimte waar vorst kan
optreden:
- Zorg voor een constante circulatie van het water op
de juiste temperatuur;
- Voeg bij stilstand in de winterperiode maximaal 50%
glycol aan het water toe;
- Of tap het systeem en het toestel af.
Bij ventilatiemodellen met basisregeling (type NOZ2
V-Basic)
Het toestel is voorzien van een vorstthermostaat die schakelt
als de temperatuur van de uitgeblazen lucht lager wordt dan
6 ºC (43 ºF). Deze kan worden geïntegreerd in een eigen
regeling.
2.8.4 Het toestel aansluiten
1. Sluit het toestel aan op de CV-installatie.
2. Controleer de aansluitingen op lekkage.
Alleen voor toestellen gebruikt voor koeling (type C6 en HC6)
Het afkoelen van lucht kan condens veroorzaken. Het toestel
is voorzien van een opvangbak voor condenswaterafvoer. Het
water kan op twee manier worden afgevoerd:
•
via natuurlijke afloop;
•
via een condenspomp (accessoire).
I
NSTALLATIE
61. Functie van uitgangen
op het
Kans op
bevriezing.
nl
nl-27
Advertenties
Inhoudsopgave
