I
NSTALLATIE
nl
nl-26
3. Verwijder de beugel 5 uit het gat in de achterwand van de
behuizing: draai de schroeven 6 los en schuif de beugel uit
de behuizing.
4. Geleid de capillairbuis 7 door het gat 8 in de behuizing
van de elektronica. De tule in het gat is hiervoor voorzien
van een opening. Draai, indien nodig, de tule met de ope-
ning naar boven.
5. Geleid de voeler 9 met de capillairbuis door de
opening 0 in de beugel.
6. Klik de voeler 9 in de klem op de beugel.
7. Plaats de beugel terug in de achterwand van de behuizing
en draai de schroeven vast.
Waarschuwing:
w
De capillairbuis mag geen contact maken met
spanningsvoerende elementen. Houdt eventu-
ele extra lengte van de capillairbuis buiten de
behuizing van de elektronica.
8. Stel het regelelement in op de gewenste temperatuur.
Opmerking:
n
Sluit de behuizing van de elektronica pas na het aan-
sluiten van de netvoeding en de bedieningseenheid
en eventuele externe regelingen.
Zie ook:
1.3.5 "Toepassingsbereik", pagina 8
2.8.3 Vorstbeveiliging
Bij modellen met automatische CHIPS-regeling (type
Auto)
In de elektronische regeling is een vorstbeveiliging
geïntegreerd. Deze werkt in twee trappen:
1. Als de temperatuur van de uitgeblazen lucht lager wordt
dan 5 ºC en van de aangezogen lucht lager dan 8 ºC:
-
wordt het ventiel van de ingebouwde waterzijdige rege-
ling volledig geopend;
L
UCHTVERWARMER