▶ Wijs erop, dat herstelling alleen door een erkend in- stallateur mag worden uitgevoerd. ▶ Wijs op de noodzaak tot inspectie en onderhoud voor een veilig en milieuvriendelijk bedrijf ▶ Geef de installatie- en bedieningshandleidingen aan de eigenaar in bewaring. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Dit product voldoet qua constructie en werking aan de Euro- van de warmtepomp, die 10–28 kW bedraagt. pese richtlijnen evenals aan de bijkomende nationale vereis- ten. De conformiteit wordt aangetoond door het CE- kenmerk. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Onder bepaalde omstandigheden kan de elektrische bijverwarming wor- den ingeschakeld, om een volledige ontdooifunctie te waarborgen. Wan- Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Tabel 3 Binneneenheid met menger voor externe bijverwarming 1) 1N Wisselstroom, 50 Hz, 2) Zekeringkarakteristiek gL/C 3) Wanneer de minimale volumestroom in het systeem niet kan worden gewaarborgd, is een buffervat noodzakelijk. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Door deze maatregelen bespaart u kosten en voorkomt u, dat het grote volume van de ketel alleen voor de thermische desinfectie op tempera- tuur wordt gebracht. Wanneer een verswaterstation wordt geïnstalleerd, moet deze over een eigen regeling beschikken. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Varianten (in totaal maximaal 4 verwarmings-/koelcircuits) Een bypassleiding/evenwichtsfles respectievelijk een buffervat voor de externe bijverwarming zijn alleen no- dig, wanneer de bijverwarming een gering waterdebiet gebruikt of over een ingebouwde debietbewaking be- schikt. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 9
6 720 821 752-01.2I Afb. 3 Installatieconfiguratie met warmtepomp en binneneenheid (IDU) met elektrisch verwarmingselement Op warmte-/koudeproducent In het station of aan de wand Aan de wand Varianten (in totaal maximaal 4 verwarmings-/koelcircuits) Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
• Nationale bouwverordening vat in hoeveelheden van 5 ton CO2-equivalent of meer ervoor zorgen dat • EN 1717 de apparatuur op lekken wordt gecontroleerd. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Houd bovendien rekening met de leidingtrajecten en den geïnstalleerd. aansluitingen onder de binneneenheid. Opstellen ▶ Voer de verpakking af overeenkomstig de instructies daarop ver- meld. ▶ Pak de meegeleverde toebehoren uit. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
2. Lekwaterleiding van overstortventiel van de binneneenheid monte- Vinylchloride 0,50 μg/l ren. Tabel 10 3. Aansluiting tussen buiteneenheid en de binneneenheid maken (handleiding van de buiteneenheid). 4. Binneneenheid op de cv-installatie aansluiten (hoofdstuk 9.2.2 of hoofdstuk 10.2). Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Maximale last aan de relaisuitgang van de circulatiepomp Afb. 7 Bypass detailaanzicht ( [1] [AWES/AWBS] afb. 5 en 6) PC1: 2 A, cos> 0,4. Bij hogere belasting montage van een tussenrelais. Minimale bypass-lengte Doorlaat Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
50 m. cv-installatie vullen, ontluchten en de juiste druk ac- tiveren. Een buiten geïnstalleerde temperatuursensorkabel moet minimaal aan de volgende eisen voldoen: Kabeldiameter: 0,5 mm Weerstand: max. 50 Ohm/km Aantal aders: 2 Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
100 mm hebben. ▶ Wanneer meerdere BUS-eenheden zijn geïnstalleerd, moeten deze parallel of stervormig worden aangesloten. ▶ Gebruik kabel met een minimale doorsnede van 0,5 mm Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Anders blijft de buiteneenheid uitgescha- keld. Fotovoltaica Omdat er slechts twee ingangen voor EVU en PV zijn, kunnen deze niet tegelijkertijd worden gebruikt. PV-aansluiting op externe ingang 1 of 4. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
▶ Afsluiting van de schakelkast afnemen. ▶ Aansluitkabel door de kabeldoorvoeren in de schakelkast leiden. ▶ Sluit de kabel aan conform het aansluitschema. ▶ Slot van de schakelkast en de frontbekleding van de binneneenheid weer monteren. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Bij een externe bijverwarming zonder geïntegreerde pomp moet extern een pomp worden gemonteerd. Voor informatie over de besturing van deze pomp kunt u contact opne- men met de fabrikant van de externe bijverwarming. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
2. Activeer de automatische ontluchting van VL1, door de schroef een paar slagen los te draaien, zonder deze volledig te verwijderen. 3. Slang met de aftapkraan VC2 van het verwarmingssysteem verbin- den. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Het magneetventiel moet zodanig worden geïnstalleerd, dat: • de start van de circulatiepomp van de ketel het ventiel opent • het stoppen van de circulatiepomp van de ketel het ventiel sluit Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Opmerking over [2], [3] en [9]: de codeerschakelaars A EMS-module (toebehoren) en P mogen niet worden versteld! Anders treden fouten IP-module (toebehoren) en storing op! Belangrijk: codering bij vervanging contro- Buiteneenheid leren! CAN-interfacekaart [10] Verbindingsklemmen Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Externe bijverwarming EM0 in-/uitschakelen Maximale belasting voor relaisuitgangen: 2 A, cos>0,4. Bij ho- gere belastingen of wanneer de externe bijverwarming potenti- aalvrij wordt geactiveerd, moet een tussenrelais worden geïnstalleerd, afb. b). Externe bijverwarming stookolie Elektrisch Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 29
▶ kabel tussen klem 61 en 64 verwijderen. Brug niet verwijderen wanneer de melding van een alarmsignaal door een externe warmtebron niet mogelijk ▶ 230 V-alarmsignaal (AC) van de externe warmtebron conform [1a] op klem 64 aansluiten. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 30
[I1] Externe ingang 1 (EVU) 13, 14 en 49, 50 van de installatiemodule wordt aange- [I4] Externe ingang 4 (Smart Grid) sloten, moet voor 5 V en 1 mA zijn gedimensioneerd. Binneneenheid Fabrieksaansluiting Aansluiting bij installatie/toebehoren Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
** Het schakelcontact van het relais, die op de aansluitingen 13, 14 en 49, 50 van de installatiemodule wordt aangesloten, moet voor 5 V en 1 mA zijn gedimensioneerd. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
▶ Voer de elektrische aansluitingen van de installatie uit conform hoofdstuk 9.4. ▶ Neem de installatie in bedrijf conform de handleiding van de bedieningseenheid. ▶ Ontlucht de installatie conform hoofdstuk 11. ▶ Deeltjesfilter conform hoofdstuk 14.1 reinigen. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 35
Eventueel moeten extra maatregelen worden genomen, om het cv- systeem te ontluchten. 7. Aftapkraan VC2 sluiten. 8. Verder vullen, tot de drukweergave GC1 2 bar aangeeft. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 37
Opmerking over [2], [3] en [9]: de codeerschakelaars A Installatiemodule en P mogen niet worden versteld! Anders treden fouten Kamertemperatuurgestuurde regelaar (toebehoren) en storing op! Belangrijk: codering bij vervanging contro- EMS-module (toebehoren) leren! IP-module (toebehoren) Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 38
Wanneer de compressor in bedrijf is, staan alleen de ni- veaus 2000 W, 4000 W of 6000 W ter beschikking. Al- leen bij uitgeschakelde compressor kan de elektrische verwarming met 9000 W vermogen worden ingescha- keld. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
EVU-bedrijf: brug tussen L3-2L3 verwijderen (zie afb. 42). De installatiemodule wordt continu met 230 V gevoed. De 400 V-voedingsspanning van de binneneen- heid met geïntegreerde elektrische bijverwarming wordt door het energiebedrijf geschakeld. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 43
Aansluiting bij installatie/toebehoren [10] Aansluitklemmen binneneenheid [11] 400 V~ 3N voedingsspanning [12] 230 V ~ 1N voedingsspanning voor installatiemodule [13] 230 V~ 1N voedingsspanning voor verwarmingskabel [14] 230 V~ 1N voedingsspanning voor toebehoren Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 44
[10] Aansluitklemmen binneneenheid Aansluiting bij installatie/toebehoren [11] 400 V~ 3N voedingsspanning [12] 230 V~ 1N voedingsspanning voor installatiemodule [13] 230 V~ 1N voedingsspanning voor verwarmingskabel [14] 230 V~ 1N voedingsspanning voor toebehoren Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Het schakelcontact van de relais, die op de aansluitingen [I4] Externe ingang 4 (Smart Grid) 13, 14 en 49, 50 van de installatiemodule wordt aange- Binneneenheid sloten, moet voor 5 V en 1 mA zijn gedimensioneerd. Fabrieksaansluiting Aansluiting bij installatie/toebehoren Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Tijdens de blokkeertijd wordt in het display het blokkeer- tijdsymbool getoond. ** Het schakelcontact van het relais, die op de aansluitingen 13, 14 en 49, 50 van de installatiemodule wordt aangesloten, moet voor 5 V en 1 mA zijn gedimensioneerd. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
** Het schakelcontact van het relais, die op de aansluitingen 13, 14 en 49, 50 van de installatiemodule wordt aangesloten, moet voor 5 V en 1 mA zijn gedimensioneerd. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
** Het schakelcontact van het relais, die op de aansluitingen 13, 14 en 49, 50 van de installatiemodule wordt aangesloten, moet voor 5 V en 1 mA zijn gedimensioneerd. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
8. Controleer, of de warmtepomp draait en geen alarmen worden gege- ven. 9. Druk na een tijdje controleren en met het vulventiel VW2 bijvullen, wanneer de druk onder de benodigde druk ligt. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 51
7. Controleer de druk op de manometer GC1 en, indien nodig, bijvullen via het vulventiel VW2. De druk moet 0,3–0,7 bar boven de in het ex- pansievat vastgelegde druk liggen. 8. Controleer, of de warmtepomp draait en geen alarmen worden gege- ven. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Ter bescherming van het milieu gebruiken wij, rekening houdend met Het activeren van de drukbewaking blokkeert alleen de bedrijfseconomische gezichtspunten, de best mogelijke techniek en ma- elektrische bijverwarming. De circulatiepomp PC0 en de terialen. buiteneenheid kunnen bij vorstgevaar verder werken. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Bij de eerste keer starten van de app wordt u gevraagd, de af fabriek vooringestelde loginnaam en het wachtwoord in te voeren. De login- gegevens zijn op de typeplaat van de IP-module afgedrukt. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
▶ De benodigde instellingen voor het zwembad-bedrijf uitvoeren ( installatiehandleidingen bedieningseenheid). 17.2.1 Tapwatertemperatuursensor TW1 Wanneer een boiler is aangesloten en de warmwatertemperatuursensor TW1 (meegeleverd met AWES/AWBS) met de installatie is verbonden, wordt deze bij de start automatisch bevestigd. Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Zijn de aansluitingen en leidingen correct geïsoleerd? Minimale afstanden binneneenheid: Ja | Nee Zijn de opgegeven minimale afstandsmaten aangehouden? Minimale wandafstand? …… mm Minimale afstand voor de binneneenheid? …… mm CV-installatie: Tabel 18 Inbedrijfnameprotocol Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 58
Zijn de temperatuurwaarde in het menu gecontroleerd en gedocumenteerd? ________ °C ________ °C ________ °C ________ °C ________ °C Instellingen warmtepomp: Ingestelde warmwatertemperatuur:_________________________________ °C Temperatuurverschil voor circulatiepomp PC0 ingesteld op_________________________ °C Instellingen voor de bijverwarming: Startvertraging (min): Tabel 18 Inbedrijfnameprotocol Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)
Pagina 59
Ja | Nee Is de inbedrijfname correct uitgevoerd? Ja | Nee Zijn aanvullende maatregelen door de installateur nodig? Opmerkingen: Handtekening van de installateur: Handtekening van de klant: Tabel 18 Inbedrijfnameprotocol Compress 3000 – 6 720 822 308 (2017/11)