APPARATUUR TYPE 'B11'
• Monteer boven apparatuur van het type 'B11' een geschikt
rookkanaal, dat kan worden besteld bij de fabrikant van de
apparatuur. Volg de bij het rookkanaal geleverde montage-
instructies op.
• Verbind een buis met een diameter van 150/155 mm, be-
stand tegen een temperatuur van 300°C, met het rookkanaal.
• Leid deze naar buiten of naar een schoorsteen waarvan u
zeker weet dat hij goed functioneert. De buis mag niet langer
zijn dan 3 meter.
11 AANSLUITINGEN
De positie en de afmeting van de aansluitingen worden vermeld
in het installatieschema aan het begin van deze handleiding.
VERBINDING MET DE GASLEIDING
Controleer of het apparaat geschikt is voor het type gas waar-
mee het zal worden gevoed. Controleer wat er wordt
aange-geven op de labels op de verpakking en op het
apparaat.Pas het apparaat indien nodig aan het gebruikte
type gas aan. Volg de instructies in de paragraaf 'Aanpassing
aan een ander type gas' verderop in deze handleiding op.
• Installeer bovenstrooms van het apparaat, op een gemakke-
lijk te bereiken plaats, een kraan om het gas snel te kunnen
afsluiten.
• Gebruik geen aansluitleidingen met een kleinere diameter
dan die van de gasaansluiting van het apparaat.
• Controleer na de aansluiting of er geen lekken zijn op de ver-
bindingspunten.
12 AANPASSING AAN EEN ANDER TYPE GAS
In de tabel T1 worden, per land van bestemming,
weergege-ven:
• de gastypen die kunnen worden gebruikt om het apparaat te
laten werken.
• de inspuiters en de instellingen voorelk gastype dat kan wor-
den gebruikt.Bij de inspuiters is het getal dat wordt vermeld
in de tabel T1 in het lichaam van de inspuiter zelf gestanst.
Om het apparaat aan te passenaan het type gas waarmee het
zal worden gevoed, moeten de aanwijzingen van de tabel T1
worden opgevolgd enmoeten de volgende handelingen wor-
den verricht:
• De inspuiter van de hoofdbrander (UM) vervangen.
• De beluchter van de hoofdbrander op de afstand A plaatsen.
• De inspuiter van de waakvlambrander (UP) vervangen.
• De lucht van de waakvlambrander regelen (indien nodig).
• De minimum-inspuiter van de gaskraan (Um) vervangen.
• De sticker van het nieuwe gastype op het apparaat
aanbrengen.De inspuiters en stickers worden bij het appa-
raat geleverd.
GASKOOKPLAAT
VERVANGING VAN DE INSPUITER VAN DE HOOFDBRAN-
DER
• Verwijder de pannenroosters en de bakken.
• Demonteer de inspuiter UM en vervang hem door de
inspui-ter die wordt aangegeven in tabel T1.
• Draai de inspuiter UM helemaal vast.
• Monteer alle onderdelen weer.Doe dit door de
werkzaamhe-den voor de demontage omgekeerd uit te
voeren.
6
VERVANGING VAN DE MINIMUMSTELSCHROEF
• Demonteer de inspuiter Um en vervang hem door de
inspui-ter die wordt aangegeven in tabel T1.
• Draai de inspuiter Um helemaal vast.
• Monteer alle onderdelen weer. Doe dit door de
werkzaamhe-den voor de demontage omgekeerd uit te
voeren.
VERVANGING VAN DE INSPUITER VAN DE WAAKVLAM-
BRANDER
• Verwijder de pannenroosters en de bakken.
• Draai het verbindingsstuk R los.
• Demonteer de inspuiter UP en vervang hem door de inspuiter
die wordt aangegeven in de tabel T1.
• Schroef het verbindingsstuk R helemaal vast. Monteer alle
andere onderdelen weer.
• Doe dit door de werkzaamheden voor de demontage
omgekeerd uit te voeren.
13 INBEDRIJFSTELLING
Zie het hoofdstuk 'INSTRUCTIES VOOR HET ONDERHOUD'.
INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK
AANWIJZINGEN VOOR DE GEBRUIKER
De fabrikant van het apparaat kan niet
verantwoordelijk worden geacht voor
eventuele schade die veroorzaakt wordt
door het niet naleven van de hieronder
vermelde verplichtingen.
• Lees deze handleiding aandachtig door.
Hierin vindt u belangrijke informatie over
de veiligheid bij de installatie, het gebruik
en het onderhoud van het apparaat.
• Bewaar deze handleiding op een veili-
ge, bekende plaats zodat u deze te allen
tijde kunt raadplegen zolang het apparaat
meegaat.
• De installatie, aanpassing aan een ander
gastype en het onderhoud van het apparaat
moeten worden uitgevoerd door gekwalifi-
ceerd personeel dat hiertoe geautoriseerd
is door de fabrikant, in overeenstemming
met de geldende veiligheidsvoorschriften
en de instructies in deze handleiding.
• Maak voor assistentie uitsluitend gebruik
van door de fabrikant erkende technische
centra en vraag om het gebruik van origi-
nele onderdelen.