Faxinstellingen
Uitgebreide Handleiding
>
De apparaatinstellingen wijzigen
Faxinstellingen
Faxinstellingen
In dit gedeelte worden de instellingen in Gebruikersinstellingen (User settings), TX-instellingen
(Transmission settings) en RX-instellingen (Reception settings) in het menu Faxinstellingen (FAX
settings) beschreven.
Gebruikersinstellingen
Verzendinstellingen (TX-instellingen)
Ontvangstinstellingen (RX-instellingen)
Opmerking
Voordat u deze instellingen wijzigt, kunt u de huidige instellingen controleren door de Lijst
gebruikersgegevens af te drukken. Raadpleeg
Gebruikersinstellingen
Automatisch afdrukken (Autom. Afdrukken)
Hiermee kunt u instellen of het apparaat ontvangen faxen automatisch afdrukt. Wanneer deze
optie is ingesteld op UIT (OFF), worden ontvangen faxen in het geheugen opgeslagen.
Document opgeslagen in geheugen
Opmerking
Wanneer deze optie is ingesteld op UIT (OFF), worden de volgende rapporten ook niet
automatisch afgedrukt.
Activiteitenrapport
TX rapport (verzendrapport)
RX rapport (ontvangstrapport)
MULTI TX-rapport (verzendrapport)
Afdrukken als inkt op (Print when out of ink):
Hiermee kunt u instellen of het apparaat ontvangen faxen moeten blijven afdrukken
zonder deze op te slaan in het geheugen wanneer de inkt op is. Als deze optie is
ingesteld op AAN (ON), drukt het apparaat de ontvangen faxen geforceerd af, zelfs als
de inkt op is.
Het kan echter zijn dat de fax deels of in zijn geheel niet wordt afgedrukt omdat de inkt
op is.
Instelling datum/tijd
Hiermee kunt u de huidige datum en tijd instellen.
Basisinstellingen opgeven voor het apparaat
Datumweergave
Hiermee selecteert u de notatie van datums die worden weergegeven op het LCD-scherm en
die worden afgedrukt op verzonden faxen.
Basisinstellingen opgeven voor het apparaat
Er zijn drie datumnotaties beschikbaar: JJJJ/MM/DD (YYYY/MM/DD), MM/DD/JJJJ (MM/DD/
YYYY) en DD/MM/JJJJ (DD/MM/YYYY).
>
De apparaatinstellingen wijzigen op het LCD-scherm
Lijst gebruikersgegevens
voor meer informatie.
Pagina 831 van 1043 pagina's
>