Pagina
20
7) TRANSPONEREN
Met behulp van de transponeerfunctie kunt u de toonhoogte van het instrument in halve toonsafstanden
verhogen of verlagen. Dit is zeer praktisch bij het spelen in een andere toonsoort, bijv. om het stuk aan te
passen aan de stemomvang van een zanger. Daartoe moet u alleen de toonhoogte transponeren, zonder
daarvoor op andere toetsen te hoeven spelen.
Stap 1
Druk en houd de
of de toetsen van C3 tot C5 benutten om het transponeerbereik aan te geven.
2
De LED display toont u een nummer dat aangeeft hoeveel halve
tonen u hebt getransponeerd.
‚-5', bijv. betekent een transponering met 5 halve tonen omlaag.
‚0' is de normale waarde.
Iedere druk op de knop VALUE
knop VALUE
Het transponeerbereik bedraagt 12 halve tonen omhoog en 12 halve tonen omlaag.
Opnieuw indrukken van de TRANSPOSE knop schakelt de TRANSPOSE functie uit.
De TRANSPOSE functie behoudt haar laatste instelling zolang het instrument ingeschakeld is.
TRANSPOSE knop ingedrukt. Terwijl u deze ingedrukt houdt, kunt u de VALUE knoppen
verandert de toonhoogte met een halve toon omhoog en een druk op de
verandert de toonhoogte een halve toon omlaag.
Houd de knop ingedrukt.
De transponering is ingeschakeld wanneer de LED lampjes aangaan en de gespeelde noten worden met de waarde
getransponeerd die voorheen is ingegeven.
Wanneer u bijv. de waarde ‚-3' heeft ingesteld en de LED lampjes van de TRANSPOSE knop aangaan, dan klinken alle
gespeelde noten 3 halve tonen lager. Gaan de LED lampjes niet aan, wordt de transponering automatisch op ‚0' gezet (geen
transponering).
De LED lampjes gaan niet aan wanneer de waarde ‚0' is ingesteld.
Na opnieuw inschakelen staat de transpose instelling automatisch op ‚0' .
Gedetailleerde informaties over de functie ‚Song Transpose' vindt u op pagina 36.
Key Transpose
=
Houd de toets ingedrukt.
-12
0
C
0 C
Key Transpose
=
-5 G
De middelste ‚C' op de tas-
tatuur komt overeen met de
waarde 0.
+12