4.4 Adres voor buscommunicatie
De IO 113 kan met besturingsystemen communice-
ren via een busverbinding. Ten behoeve van bus-
communicatie is de IO 113 slave. Aangezien een
besturingsysteem in staat moet zijn om de slave-
units waarmee gecommuniceerd wordt te identifice-
ren, moeten de IO 113 modules unieke adressen
bezitten. Een adres kan worden geselecteerd tussen
32 en 231. Standaard wordt het adres op 231 inge-
steld.
Wanneer een SM 113 met een IO 113 als paar wordt
gebruikt, is de SM 113 slave. Binnen één regelsy-
steem kunnen maximaal 7 paren worden gebruikt.
Elke IO 113 moet worden geïdentificeerd door een
uniek adres, geconfigureerd door middel van DIP-
schakelaars 3, 4 en 5. Zie de tabel hieronder.
Een andere manier om het unieke adres van een SM
113 in het regelsysteem in te stellen is via bus. In dit
geval moeten DIP-schakelaars 3, 4 en 5 op OFF
worden ingesteld.
Adres
40
41
42
43
44
45
Adres ingesteld met
GENIbus
10
ON
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
3 4 5
3 4 5
3 4 5
3 4 5
3 4 5
3 4 5
3 4 5
DIP
Beschrijving
IO 113 adres 1
IO 113 adres 2
IO 113 adres 3
IO 113 adres 4
IO 113 adres 5
IO 113 adres 6
Uniek adres voor IO 113 ingesteld in het regel-
systeem van bus.
Standaard adres: 231.