Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Uitstorten Van De Basisplaat; Leidingssysteem - Wilo CronoNorm-NL Inbouw- En Bedieningsvoorschriften

Inhoudsopgave

Advertenties

Nederlands

7.3.3 Uitstorten van de basisplaat

7.4

Leidingssysteem

Afb. 10: Pomp spanningsvrij aansluiten
20
• Als de trillingen tot een minimum moeten worden gereduceerd, kan
de basisplaat na de bevestiging via zijn openingen met contractievrij
specie worden uitgestort (specie moet geschikt zijn voor fundament-
constructie). Hierbij holle ruimten vermijden. Het oppervlak van het
beton dient eerst vochtig gemaakt te worden.
• Het fundament resp. de basisplaat moet van een betimmering worden
voorzien.
• Na het uitharden moet worden gecontroleerd of de ankerschroeven
stevig vastzitten.
• De onbeschermde oppervlakken van het fundament dienen van een
geschikte laklaag te worden voorzien ter bescherming tegen vocht.
VOORZICHTIG! Gevaar voor materiële schade!
Ondeskundig leidingwerk/ondeskundige installatie kan materiële
schade veroorzaken.
• De leidingaansluitingen van de pomp dienen van beschermkappen
te worden voorzien om te vermijden dat tijdens het transport en de
installatie vreemde deeltjes kunnen binnendringen. Deze kappen
moeten worden verwijderd, voordat de leidingen worden aange-
sloten.
• Zweetdruppels, hamerslag en andere verontreinigingen kunnen de
pomp beschadigen.
• Bij de dimensionering van de leidingen moet de toevoerdruk van de
pomp in acht worden genomen.
• De verbinding van pomp en leidingen dient door middel van
geschikte afdichtingen met inachtneming van druk, temperatuur
en vloeistof uitgevoerd te worden. Let erop dat de afdichtingen
goed vastzitten.
• De leidingen mogen geen krachten overbrengen op de pomp. Deze
dienen direct vóór de pomp ondersteund en spanningsvrij aange-
sloten te worden (zie afb. 10).
• De toegestane krachten en momenten bij de pompaansluiting die-
nen in acht genomen te worden (zie hoofdstuk 6.4 "Toegestane
krachten en momenten aan de pompflenzen" op pagina 15).
• De uitzetting van de leidingen bij temperatuurstijgingen dient door
middel van geschikte maatregelen te worden gecompenseerd (zie
afb. 10). Ingesloten lucht in de leidingen dient door middel van des-
betreffende installaties te worden voorkomen.
AANWIJZING:
Het wordt geadviseerd terugstroomkleppen en afsluitkranen in te
bouwen. Hierdoor kan de pomp worden geleegd en onderhouden
zonder de complete installatie te moeten legen.
AANWIJZING:
Voor en na de pomp moet een instellingssegment worden aange-
bracht, in de vorm van een rechte leiding. De lengte van dit instel-
lingssegment moet minstens 5 x DN van de pompflens zijn. Dit is een
maatregel om doorstromingscavitatie tegen te gaan.
• Leidingen en pomp vrij van mechanische spanningen monteren. De
leidingen moeten zo bevestigd worden dat het gewicht van de leiding
niet door de pomp wordt gedragen.
• Voordat de leidingen worden aangesloten, moet de installatie worden
gereinigd, gespoeld en doorgeblazen.
• De afdekkingen aan het zuig- en drukstuk moeten worden
verwijderd.
• Indien nodig, dient vóór de pomp in de leiding aan de zuigzijde een
vuilfilter te worden aangebracht.
• Vervolgens de leidingen op de pompaansluiting aansluiten.
WILO SE 07/2013

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Crononorm-nlg

Inhoudsopgave