INSTELLEN VAN DE OVENBRANDER
INSTELLEN VAN PRIMAIRE LUCHTSTROOM:
Het instellen van de primaire luchtstroom (mengsel lucht/gas) gebeurt door het instellen van de
luchtring. Het mengsel is correct indien de vlam stabiel is en blauwe kegels vertoont.
Een zwakke en gele vlam is het gevolg van luchtgebrek.
Indien de onderkant van de vlam zich losmaakt van de gaten van het branderdeksel, komt dit door
een te grote luchttoevoer.
LET OP: Bij het instellen van de luchtring moet de brander uitstaan.
Controleer of alle onderdelen die vastgepakt kunnen worden (roosters, bodem, enz.) en
interventiegebieden niet te heet zijn, om elk gevaar van verbranding te voorkomen.
Open de ovendeur.
1
Verwijder de bodemplaat
1
van de oven.
Via de twee openingen die zich vóór de brander bevinden kunt u bij
3
de luchtring komen.
Voer de instelling uit.
4
► Verhoog de luchttoevoer door de luchtring naar voren te trekken.
► Verlaag de luchttoevoer door de luchtring naar achteren te duwen.
INSTELLEN VAN DE VLAMBEVEILIGING DOOR MIDDEL VAN DE
THERMOKOPPEL:
Gaat, tijdens het aansteken en na de instelling, de brander uit nadat u
de knop tien seconden ingedrukt hebt gehouden, controleer dan of:
- De vlam goed aan de punt van de thermokoppel raakt, zonder contact
te maken met de brander.
De afstand tussen de thermokoppel en de brander bedraagt 1 mm. De
twee onderdelen mogen zich niet raken.
Indien het ingestelde tempo lager ligt dan de waarde van de
fabrieksinstelling, kan het nodig zijn om die te verminderen.
Controleer ook of:
- De thermokoppels en magneetkoppen schoon zijn en in goede staat
verkeren.
- De magneetkop goed (matig vast) op de kraan is vastgedraaid.
INSTALLATIEHANDLEIDING
19
1 mm