Gedetailleerde instellingen – [FUNCTION]
Instelbereik:
Normale instelling:
• Grondtoon indicatie voorbeeld
(F )
gevolgd door een streep
bovenin bij een kruis
F3. Functies in de duale modus
U kunt verscheidene parameters instellen voor
de duale modus om zo de instellingen voor de
songs die u speelt te optimaliseren. Zo kunt u
bijvoorbeeld de volumebalans aanpassen
tussen twee voices.
Functie-instellingen voor de duale modus
worden voor elke voicecombinatie afzonderlijk
ingesteld.
1. Selecteer de voices in de duale modus,
activeer de functiemodus en selecteer
2. Druk op de knop [+/YES] om de submodus van
de functie in de duale modus te activeren en
gebruik vervolgens de knoppen [TEMPO/
FUNCTION ▼, ▲] om de gewenste submodus
te selecteren. Druk op de knop [–/NO] [+/YES]
om de waarden toe te wijzen.
Als de duale modus niet is geactiveerd, wordt
weergegeven in plaats van
duale modus niet selecteren. In dit geval kunt u naar de duale
modus schakelen door twee voices te selecteren.
Submodus
F3.1: Duale balans
Instelbereik:
Normale instelling: Anders voor elke voice
U kunt één voice instellen als de hoofdvoice en een
andere voice als een zachtere, bijgemengde voice.
46
Gebruikershandleiding
(G)
(A )
gevolgd door een streep
onderin bij een mol
OPMERKING
en kunt u de functies van de
0 – 20 (De instelling '10' produceert
een gelijke balans tussen de twee
voices in de duale modus.
Instellingen onder de '10' verhogen
het volume van de 2e voice ten
opzichte van de 1e voice, en
instellingen boven de '10' verhogen
het volume van de 1e voice ten
opzichte van de 2e voice.)
combinatie.
F3.2:
Ontstemming in de duale modus
Instelbereik:
Het beschikbare instellingsbereik is groter in het lagere lager bereik
(± 60 cents voor A-1), en kleiner in het hoge bereik (± 5 cents voor
C7). (100 cents komt overeen met één halve toon.)
Normale instelling: Anders voor elke voice
Ontstem voice 1 en voice 2 in de duale modus om een
voller geluid te creëren.
F3.3: Octaafverschuiving voice 1
F3.4: Octaafverschuiving voice 2
Instelbereik:
Normale instelling: Anders voor elke voice
.
U kunt afzonderlijk voor voice 1 en 2 de toonhoogte
verhogen en verlagen in stappen van een octaaf.
Afhankelijk van welke voices u combineert in de duale
modus, kan de combinatie beter klinken als een van de
voices een octaaf omhoog of omlaag wordt verschoven.
F3.5: Effectdiepte voice 1
F3.6: Effectdiepte voice 2
Instelbereik:
Normale instelling: Anders voor elke voice
Deze functies maken het mogelijk om de diepte van het
effect voor de 1e en de 2e voice in de duale modus
afzonderlijk in te stellen. (De instellingen voor de
effectdiepte kunnen alleen worden gewijzigd als
[EFFECT]
op AAN staat. De functiemodus moet worden
verlaten voordat
[EFFECT]
• 'Voice 1' en 'Voice 2' worden uitgelegd op pagina 25.
F3.7: Herstellen
Deze functie herstelt de standaardwaarden van alle
functies in de duale modus. Druk op de knop
de waarden te herstellen.
SNELLE MANIER:
U kunt direct naar de functies van de duale modus
door op de knop [TEMPO/FUNCTION] te drukken, terwijl u de twee
voiceknoppen voor de duale modus ingedrukt houdt.
Als u de functiemodus wilt verlaten, drukt u op de knop
[TEMPO/FUNCTION] zodat de indicator TEMPO oplicht.
-20 – 0 – 20 (Bij positieve waarden
wordt de toonhoogte van voice 1
verhoogd en de toonhoogte van
voice 2 verlaagd. Bij negatieve
waarden wordt de toonhoogte van
voice 1 verlaagd en de toonhoogte
van voice 2 verhoogd.)
OPMERKING
combinatie.
–1, 0, 1
combinatie.
0 – 20
combinatie.
kan worden aangezet.)
[+/YES]
OPMERKING
om
springen