Inhoudsopgave
Advertenties
Technische Informatie
82
deze test om de paar minuten uit om de functionaliteit
ervan te controleren. Een input van het bewakingscir-
cuit voorkomt dat de motor werkt wanneer de tijd van
de controletimer is verstreken. De software controleert
deze functie tijdens de bewakingstest die hierboven is
beschreven.
Spanningsdetectorcircuit
Lage spanning wordt waargenomen door een gedeelte
van het bewakingscircuit en door de microprocessor
via software. Er worden drie niveaus van lage spanning
waargenomen. De eerste twee niveaus worden waarge-
nomen door software en het derde door hardware. Het
eerste niveau dat wordt bereikt is de drempel van de Low
Battery Warning (waarschuwing voor lage batterijspan-
ning). Deze waarschuwing treedt op als de spanning
nog maar 10% van de gebruiksduur toelaat. Met een in
de microprocessor ingebouwde analoog-digitaalom-
vormer (ADC) kan de microprocessor, via software,
de batterijspanning bewaken. Bij de drempel voor de
waarschuwing voor lage batterijspanning, activeert
de microprocessor een alarm (pieptoon of trillen) en
wordt de waarschuwing voor lage batterijspanning op
het scherm weergegeven. Als de batterijspanning daalt
tot een punt waarop deze te laag is om een correcte
werking van de motor te garanderen, stopt de micro-
processor de toediening via de software, activeert een
alarm (pieptoon of trillen) en het alarmbericht voor een
lege batte. Wanneer de batterijspanning daalt tot een
niveau waarop de werking van de microprocessor niet
kan worden gegarandeerd, wordt er een hardwarematig
resetcircuit geactiveerd dat de microprocessor reset. Dit
voorkomt een onduidelijke werking van de micropro-
cessor naarmate de batterijspanning verder daalt. De
hardwarematige reset houdt aan tot de batterij volledig
leeg is of wordt verwijderd. Wanneer de pompbesturing
wordt uitgeschakeld omdat de batterij bijna leeg is, kan
de situatie alleen worden opgelost door de lege batterij te
vervangen door een nieuwe.
Advertenties
Inhoudsopgave
