Veiligheidsvoorzieningen
opsporen van defecten
Veiligheidsvoorzieningen van de apparatuur
De belangrijkste veiligheidskenmerken zijn een contro-
letimercircuit, bewakingscircuits voor de motoraandrij-
ving en de motor en een circuit voor de spanningsdetec-
tor. Elk veiligheidscircuit heeft een eigen functie om de
complete veiligheid van de gehele pomp te garanderen.
Controletimercircuit
De microprocessor moet minstens eenmaal per minuut
een juist signaal zenden naar het bewakingscircuit. Als
de microprocessor dit signaal niet verzendt, activeert het
circuit een time-out en schakelt de pompbesturing uit.
Het bewakingscircuit met timer dient om de status
van de microprocessor te controleren, de motor uit te
schakelen en de pomp een pieptoon te laten afgeven als
de microprocessor niet goed werkt. De microproces-
sor moet het bewakingscircuit minstens eenmaal per
minuut een flitssignaal geven om te voorkomen dat de
bewaking de resetfunctie uitvoert. Telkens wanneer
de pomp wordt aangezet, test de microprocessor het
bewakingscircuit.
Technische Informatie
81
De microprocessor kan de bewaking tijdelijk uitscha-
kelen (time out) door een markering in het geheugen te
plaatsen en het circuit geen flitssignaal te geven. Na een
reset controleert de microprocessor de statusmarkering
om te zien of het een time out-test betrof. Als dat het
geval is, gaat de microprocessor door met de normale
opstartprocedure. Als de reset zich voordeed wanneer de
microprocessor dat niet verwachtte, zal de microproces-
sor de gebeurtenis oppikken, er wordt een alarmsignaal
gegeven (pieptoon of trillen) en er verschijnt een fout-
melding op het beeldscherm.
Motoraandrijf-/motorbewakingscircuit
Het motoraandrijfcircuit bestaat uit een reeks FET-
transistors, passieve componenten, twee spannings-
vergelijkers en de tweede microprocessor. De tweede
microprocessor meet hoe lang de motor draait telkens
als deze wordt ingeschakeld. Als de motor langer draait
dan de eerste microprocessor aangeeft, volgt er een
time-out van het circuit en wordt de motor uitgescha-
keld. Een unieke eigenschap van dit circuit is dat de
microprocessor de complete functionele test van het
motoraandrijfcircuit uit kan voeren zonder de motor te
laten draaien dankzij de besturingslijnen naar en van het
circuit van de microprocessor. De microprocessor voert