4.1.4
Meerdere buitenunits: Mogelijke layouts
▪ De leidingen tussen de buitenunits moeten waterpas of licht
oplopend worden aangelegd om te voorkomen dat olie in de
leidingen blijft staan.
Patroon 1
a
b
a
b
a
b
a
Naar binnenunit
b
Leiding tussen buitenunits
X
Niet toegelaten
O
Toegelaten
▪ Sluit de afsluiter en de leiding tussen buitenunits altijd aan zoals in
de 4 juiste mogelijkheden van de onderstaande afbeelding om te
voorkomen dat olie bij de verstgelegen buitenunit blijft staan.
a
b
b
b
a
b
b
b
a
a
b
b
a
a
a
Naar binnenunit
b
Olie hoopt zich op bij de verstgelegen buitenunit wanneer
het systeem stopt
X
Niet toegelaten
O
Toegelaten
▪ Als de leidinglengte tussen de buitenunits langer dan 2 m is, moet
de gasleiding 200 mm of meer oplopen binnen een lengte van 2 m
vanaf de set.
Als
≤2 m
a
RYYQ+RYMQ+RXYQ8~20T7Y1B
VRV IVsysteem airconditioner
4P3704731 – 2014.02
Patroon 2
a
b
a
b
a
b
a
b
a
Dan
b
≤2 m
Als
>2 m
a
≤2 m
a
Naar binnenunit
b
Leiding tussen buitenunits
OPMERKING
Bij een systeem met meerdere buitenunits gelden voor de
installatie beperkingen op de volgorde van de
aansluitingen van de koelmiddelleiding tussen buitenunits.
Installeer volgens de volgende beperkingen. De capaciteit
van buitenunits A, B, en C moet voldoen aan de volgende
beperkingen: A≥B≥C.
A
B
a b
c
a Naar binnenunits
b Leidingset voor aansluiting van meerdere buitenunits
(eerste aftakking)
c Leidingset voor aansluiting van meerdere buitenunits
(tweede aftakking)
4.2
De elektrische bedrading
voorbereiden
4.2.1
Vereisten voor beveiligingen
De voeding moet worden beveiligd met behulp van de vereiste
beveiligingen, met name een hoofdschakelaar, een trage zekering
op elke fase en een aardlekbeveiliging volgens de geldende
wetgeving.
Voor standaardcombinaties
De keuze en maat van de bedrading moet gebeuren conform de
geldende wetgeving op basis van de informatie in de onderstaande
tabel.
Model
RYYQ8/RYMQ8/RXYQ8
RYYQ10/RYMQ10/RXYQ10
RYYQ12/RYMQ12/RXYQ12
RYYQ14/RYMQ14/RXYQ14
RYYQ16/RYMQ16/RXYQ16
RYYQ18/RYMQ18/RXYQ18
RYYQ20/RYMQ20/RXYQ20
Voor alle modellen:
▪ Fase en frequentie: 3N~ 50 Hz
▪ Spanning: 380415 V
▪ Doorsnede transmissiekabels: 0,75~1,25 mm
1000 m. Als de totale transmissiebedrading buiten deze waarden
valt, kan het een communicatiestoring veroorzaken.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
4 Voorbereiding
Dan
>2 m
>2 m
b
≤2 m
C
Minimum
Aanbevolen
circuitampère
zekeringen
16,1 A
20 A
22,0 A
25 A
24,0 A
32 A
27,0 A
32 A
31,0 A
40 A
35,0 A
40 A
39,0 A
50 A
2
, maximumlengte is
9