2.5
Relaisbedrading
Instrumenten met relaisoptie hebben een extra afgeschermde 6-draadskabel vanaf de onderzijde van
het instrument. Deze kabel is 3 m lang en is ook permanent op het instrument aangesloten.
De afgeschermde 6-draadskabel wordt gebruikt voor relaisbedrading. Hij biedt een paar aansluitingen
voor elk van de 3 interne relais voor het activeren van visuele of hoorbare externe alarmen.
Relaiscontacten
1
wit
Alarm 1 relais
1
bruin
Alarm 1 relais
2
groen
Alarm 2 relais
2
geel
Alarm 2 relais
3
grijs
Foutrelais
3
roze
Foutrelais
S
afscherming
kabelafscherming
Aansluitdoos 1 knooppunt, R-versie voor instrumenten met relaisoptie.
! Opmerking:
Alle bedrading voor de Satellite XT en bijhorende apparatuur moet voldoen aan
de lokale voorschriften voor elektriciteit en brandveiligheid. De bedrading van de
Satellite XT moet op een afstand worden gehouden van hoogspanningskabels.
Alle afschermingen voor de bedrading moeten met elkaar zijn verbonden.
Ze mogen slechts op een punt binnen het systeem geaard zijn.
Satellite XT FTT Versies
165
120
P+
P+
P-
P-
N+
N+
N-
N-
S
S
P+
P+
P-
P-
N+
N+
N-
N-
S
S
180
Installatie en opstarten - Hoofdstuk 2
D
D
1/A1 1/A1 2/A2 2/A2
3
F /
3
F /
D
D
1/A1 1/A1 2/A2 2/A2
3
F /
3
F /
2-6