Pagina 2
a ≥10 mm a ≥50 mm a ≥200 mm b ≥300 mm b ≥100 mm b ≥300 mm (mm) c ≥10 mm c ≥50 mm d ≥500 mm d ≥500 mm a ≥10 mm a ≥50 mm a ≥200 mm b ≥300 mm b ≥100 mm b ≥300 mm...
Pagina 3
F2 Q1 Q2 A B C A B C 400 V C/H SELECTOR TO IN/D UNIT TO OUT/D UNIT TO MULTI UNIT 16 V 230 V 230 V F1 F2 230 V F1 F2 F1 F2 F1 F2 TO IN/D UNIT F1 F2 P1 P2...
Deze montagehandleiding heeft betrekking op VRV-inverters van de 11.2. Voorzorgsmaatregelen bij het vullen met R410A ....... 17 11.3. Bedieningsprocedure afsluiter............ 17 Daikin RXYRQ-P7-reeks. Deze units zijn ontworpen voor buiten- 11.4. Extra koelmiddel bijvullen............18 montage en om te koelen en voor werking met warmtepomp. De 11.5.
1.1. Combinatie 1.3. Accessoires in optie De binnenunits kunnen worden gemonteerd in het volgende product- Voor het monteren van de bovengenoemde buitenunits zijn ook de assortiment. volgende optionele onderdelen vereist. ■ Gebruik altijd geschikte binnenunits die compatibel zijn met Koelmiddelaftakset (alleen voor R410A: Gebruik altijd de gepaste set R410A.
11 De apparatuur is niet bedoeld voor gebruik in een omgeving met EUZE VAN DE MONTAGEPLAATS ontploffingsgevaar. Deze units, binnen- en buitenunit, zijn zowel geschikt voor ■ De in deze handleiding beschreven uitrusting kan commerciële als kleinindustriële toepassingen. Bij huishoudelijk elektronische ruis veroorzaken...
ONTROLE EN BEHANDELING VAN DE Type UNIT RXYRQ8~12 RXYRQ14~18 1240 1102 Bij de levering moet de verpakking worden gecontroleerd. Eventuele schadeclaims moeten onmiddellijk worden doorgegeven aan de ■ Ondersteun de unit met een fundering van 67 mm breed of bevoegde expeditie-agent. meer.
6.1. Installatiegereedschap 6.3. Leidingen verbinden Gebruik uitsluitend installatiegereedschap (meetinstrumenten, Blaas stikstof in de leiding bij het solderen en lees eerst het hoofd- verdeelstukken, vulslangen, enz.) dat voor installaties met R410A stuk "Voorzorgsmaatregelen hardsolderen bestemd is, tegen hogere druk bestand is en verontreiniging van het koelmiddelleidingen"...
Pagina 11
Dichtgeknepen leidingen verwijderen (Zie afbeelding 7) Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van lokale leidingen. Verwijder de afgeklemde leiding nooit door te ■ solderen. Soldeer eerst aan de gasafsluiter, en dan pas aan de vloeistofafsluiter. Door gas of olie in de afsluiter kan de afgeklemde leiding ■...
■ Gaszijdige accessoireleiding aanleggen (2) Alleen bij aansluiting op de zijkant, de gaszijdige accessoire- leiding (2) snijden zoals afgebeeld in afbeelding Gaszijdige accessoireleiding Punt om te snijden Leidingen aan gaszijde (lokale levering) Basis Unittype 8 pk (mm) 10 pk (mm) 12 pk (mm) 14~18 pk...
■ Vacuümdrogen: Gebruik een vacuümpomp die het systeem tot EKKAGETEST EN ONTLUCHTEN –100,7 kPa (5 Torr, –755 mm Hg) kan leegpompen. De units zijn in de fabriek gecontroleerd op lekken. Pomp het systeem met een vacuümpomp via de vloeistof- en gasleidingen langer dan 2 uur vacuüm en breng het systeem op Voer de volgende inspecties uit nadat de lokale leidingen zijn een onderdruk van –100,7 kPa.
8.1. Interne bedrading – Tabel met onderdelen L1,L2,L3....Stroomvoerend N ......Spanningsvrij Raadpleeg de sticker met het elektrisch schema bevestigd op de unit..... Lokale bedrading De gebruikte afkortingen hebben de volgende betekenis: A1P~A7P .....Printplaat ....Klemmenstrook BS1~BS5 .....Druktoets (werking, instelling, terugkeren, ......
■ 8.3. Normen voor het voedingscircuit en de kabels Aangezien deze unit is uitgerust met een inverter kan de montage van een blindvermogencondensator niet alleen de Er moet een voedingscircuit (zie onderstaande tabel) worden vergroting van de energiefactor belemmeren maar ook voorzien voor aansluiting van de unit.
8.5. Systeemvoorbeelden ■ Gebruik een stroomdraadleiding voor de voedings- (Zie afbeelding 17) draden. ■ Zorg ervoor dat buiten de unit de laagspannings- Lokale voeding draden (nl. die voor afstandsbediening, tussen de Hoofdschakelaar units enz.) en de hoogspanningsdraden niet dichtbij Aardlekschakelaar elkaar lopen, d.w.z.
Buiten de unit ■ Zorg ervoor dat de voedingskabel en de transmissie- ■ Neem de volgende limieten in acht. Als de kabels kabel van elkaar gescheiden blijven. tussen de units langer zijn kan er een storing optreden ■ Houd rekening met de polariteit van de transmissie- in de transmissie.
8.9. Bedradingsvoorbeeld voor bedrading in de unit ■ Voorzie een afstand van 50 mm of meer van de Raadpleeg afbeelding stroomdraden van de compressor. Anders kunnen andere units die op dezelfde aarding zijn aangesloten Elektrische bedrading slecht werken. Bedrading tussen units ■...
10. C Het ingevulde label moet aan de binnenkant van het product en in de ONTROLE VAN DE UNIT EN buurt van de vulpoort van het product worden aangebracht (bijv. op VOORWAARDEN VOOR INSTALLATIE de binnenkant van het servicedeksel). Controleer altijd de volgende punten: hoeveelheid koelmiddel van het product gevuld in Leidingen aanleggen...
Afmetingen van afsluiters Waarschuwing voor elektrische schokken In de onderstaande tabel vindt u de afmetingen van de afsluiters die ■ Sluit het deksel van de elektriciteitskast voordat u de op het systeem zijn aangesloten. hoofdvoeding inschakelt. Type ■ Voer de instelling op de printplaat (A1P) van de Afsluiter vloeistofleiding Ø9,5 Ø12,7...
Pagina 24
■ Bijvullen in de verwarmingsstand ■ Sluit klep C zodra de vereiste hoeveelheid koelmiddel vol- ledig is bijgevuld. Schrijf de bijgevulde hoeveelheid op het Opstarten label van de bijgevulde hoeveelheid koelmiddel dat bij de unit Wacht terwijl de unit zich klaarmaakt om bij te vullen in de is geleverd en kleef het op de achterkant van het voorpaneel.
■ Bijvullen in de koelstand Weergave van storingscodes op de afstandsbediening Opstarten Wacht terwijl de unit zich klaarmaakt om bij te vullen in de Storingscodes op de afstandsbediening in de verwarmings- koelstand. stand Storingscode H1P H2P H3P H4P H5P H6P H7P Sluit klep A onmiddellijk en druk op één keer op de TEST Drukcontrole x c x x x x w...
12. V 12.2. Controle voor het opstarten OOR HET OPSTARTEN LET OP Vergeet niet dat wanneer de unit voor het eerst wordt gebruikt, ze meer stroom kan verbruiken dan aange- 12.1. Voorzorgsmaatregelen bij onderhoud geven op het naamplaatje van de unit. Dit is te verklaren door het feit dat de compressor een inlooptijd van 50 uur heeft alvorens hij vlot draait en een stabiel stroomverbruik bereikt.
Pagina 27
Procedure van de controlewerking Zorg ervoor dat alle buitenpanelen, behalve dat van de LET OP elektriciteitskast, dicht zijn terwijl u werkzaamheden Schakel de voeding naar de buitenunit en de binnenunit in. uitvoert. Schakel de voeding ten minste 6 uur vóór het begin van de Sluit het deksel van de elektriciteitskast goed voordat u werking in om de carterverwarming van stroom te voorzien.
Instelstand 2 Ingestelde stand bevestigen De H1P-led brandt. In instelstand 1 kunt u de volgende punten bevestigen (H1P-led is uit) Instelprocedure Druk op de -knop voor de vereiste functie (A~F). In het veld BS2 SET Controleer de led-aanduiding in het veld hieronder ziet u de led-aanduiding voor de vereiste functie: Aanduiding van de actuele werking Mogelijke functies...
12.4. Testwerking Wanneer koelmiddel is bijgevuld (voorafgaandelijk vullen, bijvullen in verwarmingsstand) Steek geen vingers, stokken of andere voorwerpen in ■ Bij de controlewerking worden de volgende controles en de luchtinlaat of -uitlaat. Wanneer de ventilator met bepalingen uitgevoerd: hoge snelheid draait, zou dit letsels veroorzaken. ■...
Correctie na abnormaal beëindigen van de testwerking Verwijder het koelmiddel met een koelmiddelverwijdersysteem. Zie de gebruiksaanwijzing van het koelmiddelverwijdersysteem De testwerking is alleen voltooid als er geen storingscode op de voor meer informatie. afstandsbediening staat. Wanneer er wel een storingscode op staat, voert u de volgende stappen uit om de storing te corrigeren: ■...
LET OP één enkel koelmiddelsysteem 2 volledig onafhankelijke koelsystemen is opgedeeld, dient u de hoeveelheid koelmiddel te gebruiken waarmee elk afzonderlijk systeem is gevuld. Bereken het volume van de kleinste ruimte (in m Bereken in de volgende gevallen het volume van (A), (B) als een enkele ruimte of als de kleinste ruimte.