Bij minder hevige terugslag en wanneer de
terugslagrisico-sector van de motorkettingzaag zich
dichter bij de gebruiker bevindt, wordt de kettingrem
manueel geactiveerd met de linkerhand.
•
Met de motorkettingzaag in de velpositie grijpt de
linkerhand het voorste handvat zo beet dat manueel
activeren van kettingrem onmogelijk wordt. Bij deze
greep, d.w.z. wanneer de linkerhand zo geplaatst is dat ze
de beweging van de terugslagbeveiliging niet kan
beïnvloeden, kan de kettingrem uitsluitend geactiveerd
worden via het traagheidsmechanisme.
•
Het traagheidsmechanisme biedt een groot aantal
voordelen, maar er zijn wel bepaalde voorwaarden van
toepassing (zie punt hierboven).
Gashendelvergrendeling
De gashendelvergrendeling is geconstrueerd om
onopzettelijke activering van de gashendel te voorkomen.
Wanneer de vergrendeling (A) in het handvat wordt gedrukt (=
wanneer men het handvat vasthoudt) wordt de gashendel
ontkoppeld (B). Wanneer men het handvat loslaat, gaan
zowel de gashendel als de gashendelvergrendeling terug
naar hun respectievelijke beginposities. Dit gebeurt via twee
van elkaar onafhankelijke terugspringveersystemen. Deze
positie houdt in dat de gashendel automatisch vergrendeld
wordt op stationair draaien.
Kettingvanger
De kettingvanger is geconstrueerd om een losgeraakte of
gebarsten ketting op te vangen. Dit kan meestal voorkomen
worden door de ketting juist aan te spannen (zie instructies in
6 –
Dutch
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
het hoofdstuk Monteren) en voor goed onderhoud en service
van het zaagblad en de ketting te zorgen (zie de instructies in
het hoofdstuk Algemene werkinstructies).
Rechterhandbescherming
De rechterhandbescherming moet er behalve de hand
beschermen wanneer de ketting losraakt of breekt, ook voor
zorgen dat de takken en twijgen de grip op het achterste
handvat niet beïnvloeden.
Trillingdempingssysteem
Uw machine is uitgerust met een trillingdempingssysteem dat
geconstrueerd is om zo trillingvrij en comfortabel mogelijk met
de zaag te kunnen werken.
De trillingen waaraan u wordt blootgesteld wanneer u een
motorkettingzaag gebruikt, worden veroorzaakt door het
"ongelijkmatige" contact dat tijdens het zagen ontstaat tussen
de ketting en de boom.
Zagen in een harde houtsoort (de meeste loofbomen)
veroorzaakt meer trillingen dan zagen in een zachte
houtsoort (de meeste naaldbomen). Zagen met een botte of
verkeerde snijuitrusting (verkeerd type of verkeerd geslepen)
verhoogt het trillingniveau. Zie instructies in het hoofdstuk
Snijuitrusting.
Het trillingdempingssysteem van de machine reduceert het
overbrengen van de trillingen van de motoreenheid/
snijuitrusting op de handvateenheid van de machine, Het