Samenvatting van Inhoud voor Siemens Motox BA 2010
Pagina 3
Algemene info en ___________________ BA 2010 veiligheidsinfo ___________________ Technische beschrijving ___________________ Goederenontvangst, transport en opslag MOTOX ___________________ Monteren Transmissie BA 2010 ___________________ Inbedrijfneming ___________________ Bedrijf Bedieningshandleiding ___________________ Storingen, oorzaken en verhelpen ___________________ Instandhouding en onderhoud ___________________ Verwijdering ___________________ Technische gegevens ___________________ Reserveonderdelen Verklaring van de fabrikant,...
De aanwijzingen in de bijhorende documentatie moeten in acht worden genomen. Waarmerk Alle benamingen die zijn voorzien van het symbool ®, zijn geregistreerde merken van de Siemens AG. De overige benamingen in dit document kunnen merken zijn waarvan het gebruik door derden voor eigen doeleinden de rechten van de eigenaar kan schenden.
Inhoudsopgave Algemene info en veiligheidsinfo ......................9 Algemene info ........................... 9 Auteursrecht ..........................11 Reglementair gebruik ......................12 Principiële plichten ........................12 Speciale gevarentypes......................14 Technische beschrijving ........................15 Algemene beschrijving ......................15 Asafdichtingen ........................15 Koeling ............................ 16 Terugloopblokkering ....................... 16 Kenplaatje ..........................
Pagina 6
Inhoudsopgave Transmissie met C-type behuizingsflens ................33 Monteer de ingaande of uitgaande elementen ..............36 Beschermkap demonteren en monteren ................38 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren ..............40 4.10.1 Algemene informatie voor de montage van de opsteektransmissie ........40 4.10.2 Holle as monteren en demonteren..................
Pagina 7
Inhoudsopgave Be- / ontluchtingsfilter reinigen ....................78 Ontluchtingsventiel vervangen ....................78 Oliestandsensor controleren (optioneel) ................. 78 Transmissie reinigen ....................... 79 Controleren of bevestigingsbouten goed vastzitten ..............79 8.10 Doorzicht van de transmissie resp. de transmissiemotor ............80 8.11 Onderhoud aan slipkoppeling ....................80 Verwijdering ............................
Pagina 8
Inhoudsopgave BA 2010 Bedieningshandleiding, 08/2015...
Instructies en maatregelen die in het bijzonder voor transmissies in ATEX- uitvoering gelden. Opmerking Siemens AG is niet aansprakelijk voor schade of storingen als gevolg van het niet in acht nemen van informatie in deze bedieningshandleiding. Deze bedieningshandleiding maakt deel uit van de levering van de transmissie. Bewaar deze bedieningshandleiding binnen handbereik in de buurt van de transmissie.
Pagina 10
Telefoon: +49 (0) 911 895 7222 Telefax: +49 (0) 911 895 7223 Amerika - VS Telefoon: +1 42 32 62 25 22 Azië - China Telefoon: +86 10 64 75 75 75 E-mail: support.automation@siemens.com Internet Duits: http://www.siemens.de/automation/support-request Internet Engels: http://www.siemens.com/automation/support-request BA 2010 Bedieningshandleiding, 08/2015...
Motoren LA/LG en LAI/LGI Auteursrecht Siemens AG behoudt het auteursrecht van deze bedieningshandleiding. De bedieningshandleiding mag zonder toestemming van Siemens AG noch volledig, noch gedeeltelijk voor doeleinden van de concurrentie onbevoegd worden gebruikt of ter beschikking van derden worden gesteld.
Algemene info en veiligheidsinfo 1.3 Reglementair gebruik Reglementair gebruik Transmissie in ATEX-uitvoering De ATEX-transmissie voldoet aan de vereisten van de richtlijn 94/9/EG inzake de bescherming tegen explosies. Neem bij de transmissie in ATEX-uitvoering de met dit symbool gemarkeerde informatie in acht. De in deze bedieningshandleiding behandelde MOTOX-transmissies zijn voor stationair gebruik in de algemene machinebouw ontwikkeld.
Pagina 13
Vervang onbruikbaar geworden schroeven door nieuwe met dezelfde stevigheidsklasse en in dezelfde uitvoering. Siemens AG is uitsluitend aansprakelijk voor originele reserveonderdelen. De fabrikant die de transmissiemotoren in een installatie inbouwt, moet de voorschriften in de bedieningshandleiding in zijn eigen bedieningshandleiding opnemen.
Algemene info en veiligheidsinfo 1.5 Speciale gevarentypes Speciale gevarentypes WAARSCHUWING Extreme oppervlaktetemperaturen Bij hete oppervlakken van meer dan +55 °C bestaat gevaar voor brandwonden. Bij koude oppervlakken onder 0 °C bestaat het gevaar van schade door koude. Transmissies en transmissiemotoren niet onbeschermd aanraken. WAARSCHUWING Hete uittredende olie Vóór alle werkzaamheden wachten, tot de olie tot onder +30 °C is afgekoeld.
Technische beschrijving Algemene beschrijving De transmissies worden met één, twee en drie reductietrappen geleverd. De transmissie is voor verschillende inbouwposities geschikt. Controleer het juiste oliepeil. Behuizingen De transmissiebehuizing van de bouwgrootten 18 en 28 zijn uit spuitgegoten aluminium. De behuizing van de bouwgrootten 38 tot 208 zijn uit ruwijzer. Vertande delen De vertande delen van de transmissie zijn gehard.
Technische beschrijving 2.3 Koeling Gecombineerde asafdichtingsring (optioneel) De gecombineerde asafdichtingsring biedt een betere oliedichtheit, extra afdichtstrippen voorkomen bijvoorbeeld dat vuil binnendringt. Het afgekoppelde afdichtsysteem verhindert het inlopen van de as door corrosie of vuil. Het vetkussen voorkomt dat de afdichtstrippen uitdrogen.
Pagina 17
Technische beschrijving 2.4 Terugloopblokkering LET OP Beschadigingen of onherstelbare schade aan de teruglooprem Start de motor niet tegen de teruglooprem. Let op de pijl voor de draairichting op de transmissie. De transmissie kan met een mechanische teruglooprem uitgerust zijn. Ze kan in de koppelingslantaarn of in de 2de trap van de kegeltransmissie met rechte tandwielen ingebouwd zijn.
Technische beschrijving 2.5 Kenplaatje Kenplaatje Het kenplaatje van de transmissie of van de transmissiemotor bestaat uit gecoate aluminiumfolie. Ze zijn met een speciale afdekfolie beplakt die een permanente bestendigheid tegen UV-bestraling en allerlei soorten media (olie, vet, zout water, schoonmaakmiddelen, enz.) garandeert . De lijm en het materiaal waarborgen een stevige hechting en een duurzame leesbaarheid in het temperatuurbereik van -40°C tot +155°C.
Technische beschrijving 2.6 Oppervlaktebehandeling LET OP Falen van de buitenste bescherming Elke beschadiging van de verf leidt tot het falen van de buitenste bescherming en tot corrosie. Verflaag niet beschadigen. Opmerking De gegevens over overlakbaarheid vormen geen vrijgave in de zin van een garantie voor de kwaliteit van de door uw leverancier geleverde verf.
Pagina 20
Technische beschrijving 2.6 Oppervlaktebehandeling Laksysteem Beschrijving Corrosiviteitscategorie C3 laklaag voor normale milieubelasting Dompellaag Binnen- en buitenopstelling • 2-componenten-polyurethaan deklaag Productieruimten met hoge vochtigheid en • 2-componenten-polyurethaan deklak wat luchtverontreiniging, bijv. installaties voor de productie van levensmiddelen, melkerijen, brouwerijen en wasserijen Stedelijke en industriële atmosferen, matige •...
Technische beschrijving 2.6 Oppervlaktebehandeling 2.6.3 Gegronde uitvoering Tabel 2- 3 Grondverf volgens corrosiviteitscategorieën Laksysteem Overlakbaar met Ongelakt (corrosiviteitscategorie C1G) Ruwijzer, met dompeling van grondlaag voorzien, Kunststoflak, kunstharslak, olieverf • staaldelen in grondverf of verzinkt, 2-componenten-polyurethaan verflaag • aluminiumdelen en kunststofdelen onbehandeld 2-componenten-epoxide verflaag •...
Pagina 22
Technische beschrijving 2.6 Oppervlaktebehandeling Lakbeschermingsfilm eraftrekken De verf moet vóór het aftrekken van de lakbeschermfolie uitgehard zijn (minimaal "volkomen droog"). ① Firmalogo ② Afdekfolie ③ Kenplaatje ④ Lakbeschermfolie ⑤ Aftreklipje Beeld 2-1 Kenplaatje met lakbeschermfolie Procedure ⑤ 1. Til het aftreklipje ④...
Meld de transportschade onmiddellijk bij de transportonderneming, aangezien anders geen kosteloos verhelpen van schade mogelijk is. Bij reclamaties achteraf wegens ontbrekende delen aanvaardt Siemens AG geen aansprakelijkheid. De transmissie of de transmissiemotor wordt in gemonteerde toestand geleverd. Extra uitrustingen worden eventueel apart verpakt geleverd.
Goederenontvangst, transport en opslag 3.2 Transport Transport 3.2.1 Algemene informatie voor het transport LET OP Geweld veroorzaakt schade aan de transmissie of de transmissiemotor Transporteer de transmissie of de transmissiemotor voorzichtig, voorkom stoten. Verwijder eventueel aanwezige transportbeveiligingen pas vóór de inbedrijfstelling en bewaar ze of stel ze buiten werking.
Goederenontvangst, transport en opslag 3.2 Transport 3.2.2 Bevestiging voor hangend transport WAARSCHUWING Transmissies of transmissiemotoren met onvoldoende bevestiging ③ De maximale belasting van het hijsoog van de kegeltransmissie met rechte tandwielen ④ of van de oogboutas respecteren. ③ Voor het transport van de transmissie of de transmissiemotor alleen het hijsoog of de ④...
Pagina 26
Goederenontvangst, transport en opslag 3.2 Transport De maximale belasting m in kg door de aan te hangen transmissiemotor bij trek ↑ in richting F staat in de volgende tabellen vermeld: Tabel 3- 1 Maximale belasting van het draagoog aan de kegeltransmissie met rechte tandwielen Bouwgrootte Bouwgrootte [kg]...
Goederenontvangst, transport en opslag 3.3 Opslag Opslag 3.3.1 Algemene informatie voor de opslag WAARSCHUWING Gevaar voor zwaar lichamelijk letsel als gevolg van vallende voorwerpen Gevaar voor beschadiging van de transmissie bij het stapelen Transmissies of transmissiemotoren niet op elkaar stapelen. LET OP Falen van de buitenste bescherming Mechanische, chemische of thermische beschadigingen zoals krassen, zuren, logen,...
Goederenontvangst, transport en opslag 3.3 Opslag 3.3.2 Opslag tot 36 maanden met conservering voor lange tijd (optioneel) 3.3.2.1 Algemene aanwijzingen voor een opslag tot 36 maanden De transmissie of de transmissiemotor in droge, stofvrije en ruimten zonder grote temperatuurschommelingen bewaren. Een speciale verpakking is dan niet noodzakelijk. Indien dergelijke opslagruimte niet aanwezig is, moet de transmissie of transmissiemotor in kunststoffolie of luchtdicht gelaste folie en stoffen verpakt zijn.
Monteren Uitpakken LET OP Transportschade heeft negatieve invloed op de functionaliteit van de transmissie Neem geen beschadigde transmissies of transmissiemotoren in gebruik. Controleer de transmissie of de transmissiemotor op volledigheid en schade. Meld ontbrekende delen of beschadigingen onmiddellijk. Verwijder het verpakkingsmateriaal en transportvoorzieningen volgens de voorschriften. Algemene informatie voor de montage Transmissie in ATEX-uitvoering Beïnvloeding van lagers door zwervende elektrische stromen van elektrische...
Pagina 30
Monteren 4.2 Algemene informatie voor de montage LET OP Oververhitting van de transmissie door sterk zonlicht Overeenkomstige beschermvoorzieningen zoals afdekking of afdek voorzien. Warmtestuwing vermijden. LET OP Functionele storing door vreemde voorwerpen De exploitant moet ervoor zorgen dat er geen vreemde voorwerpen zijn die de werking van de transmissie beïnvloeden.
Monteren 4.3 Aantrekmoment voor bevestigingsschroeven van de transmissie Aantrekmoment voor bevestigingsschroeven van de transmissie De algemene tolerantie voor het aanhaalmoment in NM bedraagt 10%. Het aanhaalmoment is bepaald met een wrijvingswaarde van μ = 0,14. Tabel 4- 1 Aanhaalmoment voor bevestigingsbout Schroefdraadgrootte Aanhaalmoment voor sterkteklasse 10.9...
Monteren 4.4 Bevestiging bij hoge stootbelasting Bevestiging bij hoge stootbelasting Breng bij hoge stootbelasting aanvullende, geschikte, vormgesloten verbindingen zoals bijv. cilindrische kerfstiften of spanstiften aan. LET OP Gebruik geen veerringen, waaierringen, veer- of tandschijven, schotelveren of tandveerringen als vervanging voor de genoemde vormgesloten verbindingen Zet tijdens het vastdraaien van de bevestigingsschroeven geen spanning op het huis van de transmissie.
Monteren 4.6 Transmissie in voet- / flensuitvoering Transmissie in voet- / flensuitvoering LET OP Span het transmissiehuis niet door de aanbouwelementen aan de voet of de flens Aanbouwelementen mogen geen krachten, koppels en trillingen op de transmissies overbrengen. Om spanningen van het transmissiehuis te vermijden, mag de bevestiging van de transmissie voor de overbrenging van de kracht en het draaimoment noch aan de flens, noch aan de voetbevestiging gebeuren, zie Transmissies met voetbevestiging (Pagina 32).
Pagina 34
Monteren 4.7 Transmissie met C-type behuizingsflens LET OP Let op de maximale boordiepte (A-A) Spanstiften, zware uitvoering, volgens DIN 1481: Gebruik de aanwezige pengaten in de behuizingsflens. Cilinderkerfstift met fase volgens DIN EN 28740 / ISO 8740: Boor het aansluitonderdeel samen met de behuizing. Beeld 4-1 Behuizingsflens van het C-type transmissie met rechte tandwielen BA 2010...
Pagina 35
Monteren 4.7 Transmissie met C-type behuizingsflens LET OP Let op de maximale boordiepte (A-A) Spanstiften, zware uitvoering, volgens DIN 1481: Gebruik de aanwezige pengaten in de behuizingsflens. Cilinderkerfstift met fase volgens DIN EN 28740 / ISO 8740: Boor het aansluitonderdeel samen met de behuizing. Beeld 4-2 Behuizingsflens van het C-type vlakke transmissie en kegeltransmissie met rechte tandwielen...
Monteren 4.8 Monteer de ingaande of uitgaande elementen Monteer de ingaande of uitgaande elementen WAARSCHUWING Gevaar voor brandwonden door hete delen Transmissies niet onbeschermd aanraken LET OP Beschadiging van de asafdichtingsringen door oplosmiddel of wasbenzine Contact absoluut vermijden. LET OP Beschadiging van de asafdichtingsringen door verhitting boven 100 °C Asafdichtringen door hitteschilden tegen stralingswarmte tegen verhitting beschermen.
Pagina 37
Monteren 4.8 Monteer de ingaande of uitgaande elementen Monteer de ingaande en uitgaande elementen met een opspaninrichting. Beeld 4-3 Voorbeeld van een opspaninrichting Let op de juiste montagevolgorde, zodat de as- en lagerbelasting door de dwarskrachten zo klein mogelijk wordt gehouden. Juist Fout Naaf...
Monteren 4.9 Beschermkap demonteren en monteren Beschermkap demonteren en monteren Transmissies in ATEX-uitvoering met krimpring Door beschadigde beschermkap kunnen vonken ontstaan. Beschadigde beschermkap onmiddellijk vervangen. De stalen beschermkap wordt gereed gemonteerd op de transmissieflens geleverd. Voor het monteren van de uitgaande as moet de beschermkap worden gedemonteerd. Beschermkap voor holle as Beschermkap voor holle as met krimpring ①...
Pagina 39
Monteren 4.9 Beschermkap demonteren en monteren Procedure ① ② 1. Draai de bouten pos. los en neem de beschermkap pos. weg. 2. Monteer de uitgaande as. ② 3. Reinig het steunvlak van de beschermkap pos. op de transmissie met een geschikt schoonmaakmiddel.
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren 4.10.1 Algemene informatie voor de montage van de opsteektransmissie LET OP Beschadiging van de asafdichtingsringen door oplosmiddel of wasbenzine Contact absoluut vermijden. LET OP Kantelen en spannen van de holle as kan tot een te hoge belasting en daardoor tot het uitvallen van de lagers leiden De holle as moet met de machine-as in één lijn liggen, zodat kantelen uitgesloten is.
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren 4.10.2 Holle as monteren en demonteren 4.10.2.1 Holle as monteren Beeld 4-6 Holle as met inlegspie monteren Beeld 4-7 Holle as met veelspievertanding monteren ingevet absoluut vetvrij Beeld 4-8 Holle as en krimpring monteren niet meegeleverd ①...
Pagina 42
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren ③ Zeskantmoer ④ Draadstang ⑤ Schijf ⑥ Borgring ⑦ Inlegspie ⑧ Bronzen bus In plaats van de ingetekende moer en draadstang kan ook een hydraulisch hefapparaat worden gebruikt. Procedure 1. Verwijder de roestwerende laag van de aseinden en flenzen met wasbenzine of een oplosmiddel.
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren 4.10.2.2 Holle as met inlegspie demonteren WAARSCHUWING Ontoereikend bevestigde transmissies of transmissiemotoren kunnen losraken en vallen Bevestig vóór het uitdrijven van de machine-as hijsgereedschap, dat groot genoeg is, op de transmissie. Zet het hijsgereedschap onder een geringe voorspanning, zodat de transmissie bij het loskomen van de insteekas niet in het hijsgereedschap valt.
Pagina 44
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren Voorstel voor de vormgeving voor draadstukken en ringen Bouwgrootte [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] 19,9 22,5 24,9 29,9 34,9 39,9 39,9 48,5 44,9 49,9 59,9 59,9 74,5 69,9 69,9 79,9 79,9 89,9 99,9 109,9 119,9...
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren 4.10.3 Krimpschijf 4.10.3.1 Krimpschijf monteren WAARSCHUWING Gevaar van verwondingen door vrij roterende delen Afdekkap of beschermkap monteren. LET OP Smeermiddelen rond de krimpringpassing beïnvloeden de overbrenging van het draaimoment negatief Boring van de holle as en machine-as absoluut vetvrij houden. Gebruik geen verontreinigde oplosmiddelen en poetsdoeken.
Pagina 46
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren Opmerking De zit van de krimpring op de holle as lichtjes invetten. Opmerking Om bij de klant roestvorming op de contactvlakken van de machineas in de buurt van de bronzen bus te vermijden, moet u een geschikt smeermiddel aanbrengen. Bouwgrootte 28, 208 versterkt Bouwgrootten 38 - 208 ingevet...
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren Tabel 4- 4 Smeermiddelen voor reiniging van de krimpschijf Smeermiddel Handelsvorm Producent Molykote 321 R (glijlak) Spray DOW Corning Molykote Spray (poederspray) Molykote G Rapid Spray of pasta Molykombin UMFT 1 Spray Klüber Lubrication Unimily P5 Poeder Aemasol MO 19 P...
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren 4.10.4.2 Monteer de draaimomentsteun op de platte transmissie Het is aan te bevelen om voorgespannen, dempende rubberen elementen te gebruiken. Bevestigingselementen zoals hoek, bout, moer etc. zijn niet in de leveringsomvang inbegrepen. Beeld 4-11 Montagevoorstel voor draaimomentsteunen op F.28, 38B - 188B Bouwgrootte 108B...
Monteren 4.10 Opsteektransmissie monteren en demonteren 4.10.4.3 Monteer de draaimomentsteun op de kegelwormtransmissie en wormtransmissie met rechte tandwielen Opmerking De bus voor de draaimomentsteunen moet aan beide zijden gelagerd zijn. Beeld 4-13 Montagevoorstel voor draaimomentsteunen aan de voet Beeld 4-14 Montagevoorstel voor draaimomentsteunen aan de flens Overeenkomstig de gatenkransdeling kan de draaimomentsteun in verschillende standen worden gemonteerd.
Inbedrijfneming Algemene informatie voor de inbedrijfstelling WAARSCHUWING Gevaar op zwaar lichamelijk letsel als gevolg van onbedoeld aanlopen van het aandrijfaggregaat Aandrijfaggregaat tegen onopzettelijke opstart beveiligen. Waarschuwingsbord op het inschakelpunt aanbrengen. WAARSCHUWING Ondeskundige verwijdering van afgewerkte olie is een gevaar voor het milieu en de gezondheid Eventueel gemorste olie onmiddellijk met oliebindmiddel verwijderen.
Inbedrijfneming 5.4 Transmissie met terugloopblokkering (optioneel) Let op het symbool in de bouwvormafbeeldingen, zie Inbouwposities (Pagina 89): Ontluchting Procedure 1. Draai de ontluchtingsschroef eruit. 2. Sluit de transmissie met het be- en ontluchtingsfilter of de drukontluchtingsventiel zonder borglipje. U hebt de be- / ontluchtingsfilter of het drukontluchtingsventiel zonder borglipje door de ontluchtingsschroef vervangen.
Bedrijf Transmissie in ATEX-uitvoering De temperatuur van het huis mag een verschilwaarde van 70 K ten opzichte van de omgevingstemperatuur van max. +40 °C niet overschrijden. Meet de temperatuur op het diepste punt van het huis (oliecarter) en / of op het montagevlak bij uitgaande groepen met een geschikte temperatuursensor.
Pagina 54
Bedrijf BA 2010 Bedieningshandleiding, 08/2015...
Storingen, oorzaken en verhelpen Opmerking Tijdens de garantieperiode optredende storingen waarvoor een reparatie van de transmissie noodzakelijk is, mogen alleen door de Technical Support worden verholpen. Wij raden onze klanten aan om ook na het verstrijken van de garantieperiode bij optredende storingen waarvan de oorzaken niet duidelijk kunnen worden bepaald, contact op te nemen met onze Technical Support.
Pagina 56
Storingen, oorzaken en verhelpen Storingen Oorzaken Verhelpen ongebruikelijk geluid op de Lager van de aandrijfeenheid Lager nasmeren, zie aandrijfeenheid niet gesmeerd (vanaf Wentellagervet verversen motorbouwgrootte 160) (Pagina 71) Lagerspeling vergroot en / of Lager controleren, indien nodig lager defect vervangen Bevestigingsbouten los Schroeven / moeren aantrekken, zie Controleren of...
Pagina 57
Storingen, oorzaken en verhelpen Storingen Oorzaken Verhelpen Olie loopt bij de ontluchting van Onjuist oliepeil voor toegepaste Positie ontluchting en bouwvorm de transmissie uit bouwvorm en / of controleren, zie Inbouwposities ontluchtingspositie niet correct (Pagina 89). Oliepeil controleren, zie Smeerstoffen controleren en vervangen (Pagina 61) Vaak koud starten waarbij de...
Pagina 58
Storingen, oorzaken en verhelpen Storingen Oorzaken Verhelpen Transmissiemotor start niet of Onjuist oliepeil voor toegepaste Bouwvorm controleren, zie moeilijk bouwvorm Inbouwposities (Pagina 89). Oliepeil controleren, zie Smeerstoffen controleren en vervangen (Pagina 61) Verkeerde olie gevuld (bijv. aanwezige olie controleren, zie verkeerde viscositeit) Oliekwaliteit controleren (Pagina 66)
Materiële schade als gevolg van onvakkundig onderhoud Het onderhoud en de reparatie mogen uitsluitend door geautoriseerd deskundig personeel worden uitgevoerd. Voor de reparatie mogen uitsluitend originele onderdelen van Siemens AG worden gemonteerd. Alle inspectie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moeten zorgvuldig en door geschoold personeel worden uitgevoerd.
Pagina 60
Instandhouding en onderhoud 8.1 Algemene onderhoudsgegevens Maatregel Tijdsinterval Beschrijving van de werkzaamheden Oliepeilsensor controleren Regelmatig en na het verversen zie Oliestandsensor controleren van de olie (optioneel) (Pagina 78) Oliekwaliteit controleren Elke 6 maanden zie Oliekwaliteit controleren (Pagina 66) Eerste keer olie verversen na Na ca.
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen Smeerstoffen controleren en vervangen 8.2.1 Algemene veiligheidsinfo voor het controleren en verversen van smeerstoffen WAARSCHUWING Door hete uitlopende olie bestaat er gevaar voor verbrandingen Vóór alle werkzaamheden wachten, tot de olie tot onder +30 °C is afgekoeld. WAARSCHUWING Ondeskundige verwijdering van afgewerkte olie is een gevaar voor het milieu en de gezondheid...
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen Opmerking Bij dubbele transmissies is iedere transmissie apart te beschouwen. Transmissies van de bouwgrootten 28 en 38 van de 2de transmissie zijn levenslang gesmeerd. Een olieverversing is niet noodzakelijk. 8.2.2 Oliepeil controleren LET OP Het volume van transmissieolie verandert met de temperatuur Bij stijgende temperatuur wordt het volume groter.
Pagina 63
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen Procedure 1. Schakel het aandrijfaggregaat spanningsloos. 2. Draai de ontluchtingsschroef eruit, zie Inbouwposities (Pagina 89). Wanneer het maximale vulniveau hoger ligt dan de vulopening, treedt olie uit. 3. Controleer het oliepeil. Neem het vulniveau x in acht. 4.
Pagina 64
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen Procedure 1. Schakel de aandrijving spanningsloos. 2. Demonteer de transmissiemotor en stel deze zoals in de afbeelding op. De sluitschroef ③ moet zich aan de bovenliggende zijde bevinden. ③ 3. Draai de sluitschroef eruit.
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen 8.2.5 Oliekwaliteit controleren Door het vanbuiten bekijken kunnen tekenen van invloeden op de olie worden herkend. De nog ongebruikte olie is visueel helder, heeft een typische geur en een voor het product specifieke kleur.
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen 8.2.6 Oliestand vervangen 8.2.6.1 Algemene veiligheidsinstructies voor de olieverversing LET OP Niet toegestane menging van oliën veroorzaakt vertroebelingen, afzettingen, schuimvormingen, wijziging van de viscositeit of tast de bescherming tegen corrosie en slijtage aan Tijdens het olie verversen met dezelfde oliesoort moeten de resthoeveelheden in de transmissie zo gering mogelijk worden gehouden.
Pagina 68
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen Procedure 1. Schakel de aandrijving spanningsloos. 2. Draai de ontluchtingsschroef eruit. 3. Draai de oliepeilschroef eruit. 4. Plaats een geschikte opvangbak die groot genoeg is, onder de olieaftapschroef. 5. Schroef de olieaftapschroef eraf en laat de olie volledig in de opvangbak lopen. 6.
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen 8.2.6.3 Transmissie spoelen bij olievervanging met onderling oncompatibele oliën WAARSCHUWING Resten van oude olie hebben een negatieve invloed op de nieuwe olie Bij biologisch afbreekbare en fysiologisch ongevaarlijke oliën is een spoelproces noodzakelijk.
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen 6. Schroef de olieaftapschroef eraf en laat de olie volledig in de opvangbak lopen. 7. Sluit de transmissie met de afsluitelelementen af. 8. Herhaal deze stappen voor de tweede spoeling. U hebt de transmissie twee keer gespoeld en kunt de nieuwe olie in de transmissie vullen. 8.2.6.4 Olie bijvullen LET OP...
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen 8.2.7 Olie bijvullen Wanneer de inbouwpositie van de transmissie wordt gewijzigd of olie verloren gaat als gevolg van lekkage, moet het oliepeil worden gecontroleerd. Bij olielekkage moet u de plaats van de lek opsporen en het lek dichten. Corrigeer het oliepeil indien nodig en controleer het dan nogmaals.
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen 8.2.9 Olie bij teruglooprem in kegeltransmissie met rechte tanden verversen De tussentijd tussen de olieverversingen is hetzelfde als die van de intervallen van de transmissie. Tabel 8- 4 Oliehoeveelheden voor teruglooprem Bouwgrootte K.88 K.108 K.128...
"Richtwaarden voor de intervallen voor de olieverversing". Bij een temperatuur van +80 °C van de oliecarter wordt de volgende gebruiksduur met inachtneming van de door Siemens AG geëiste eigenschappen verwacht: Tabel 8- 5 Gebruiksduur van de oliën...
Pagina 74
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen ① Minerale olie ② Synthetische olie Permanente temperatuur van het oliebad [°C] Olieverversingsinterval in bedrijfsuren [h] Beeld 8-6 Richtwaarden voor olieverversingsintervallen Inzetduur bij wentellagervetten De wentellagers en de vrije ruimte ervoor zijn voldoende met vet gevuld. Bij de toegelaten bedrijfsomstandigheden en omgevingstemperaturen is nasmeren niet noodzakelijk.
Instandhouding en onderhoud 8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen 8.2.11 Aanbevolen smeermiddel GEVAAR De gebruikelijke smeermiddelen hebben geen toelating volgens USDA -H1/-H2 (Ministerie van Landbouw van de Verenigde Staten). Ze zijn niet of slechts beperkt voor de levensmiddelenindustrie of farmaceutische industrie goedgekeurd Gebruik bij toepassingen in de levensmiddelenindustrie of farmaceutische industrie uitsluitend de in de lijst met vrijgegeven en aanbevolen transmissiesmeermiddelen T 7300 genoemde smeermiddelen met USDA -H1/-H2 goedkeuring.
De kwaliteit van de gebruikte olie moet voldoen aan de eisen volgens bedieningshandleiding BA 7300, anders vervalt de door de Siemens verstrekte garantie. Wij raden met klem aan, een van de in de lijst met vrijgegeven en aanbevolen transmissiesmeermiddelen T 7300 (http://support.automation.siemens.com/WW/view/en/44231658) vermelde oliesoorten te...
Instandhouding en onderhoud 8.4 Transmissie op dichtheid controleren Transmissie op dichtheid controleren Opmerking Uit een ontluchtingsventiel of een labyrintafdichting kan functionele olienevel vrijkomen. Op de asafdichtingsring in geringe hoeveelheden uittredend(e) olie / vet moet in de inloopfase van 24 uur als normaal worden beschouwd. Bij grotere gelekte hoeveelheden of voor zover de lekkage ook na de inloopfase niet stopt, moet de asafdichtingsring worden vervangen om gevolgschade te voorkomen.
Instandhouding en onderhoud 8.5 Be- / ontluchtingsfilter reinigen Be- / ontluchtingsfilter reinigen De be- /ontluchtingsfilter volgens de mate van vervuiling, minimaal om de 6 maanden reinigen. Procedure 1. Schroef de be- / ontluchtingsfilter eruit. 2. Was de be- / ontluchtingsfilter met wasbenzine of een dergelijk schoonmaakmiddel uit. 3.
Instandhouding en onderhoud 8.8 Transmissie reinigen Transmissie reinigen LET OP Stofafzettingen verhinderen de warmtestraling en leiden tot hogere temperaturen van de behuizing Houd de transmissie vrij van vuil en stof etc. LET OP Bij het reinigen met een hogedrukreiniger kan water in de transmissie dringen. De dichtingen kunnen beschadigd raken Reinig de aandrijving niet met een hogedrukreiniger.
Instandhouding en onderhoud 8.10 Doorzicht van de transmissie resp. de transmissiemotor De algemene tolerantie voor het aanhaalmoment in NM bedraagt 10%. Het aanhaalmoment is bepaald met een wrijvingswaarde van μ = 0,14. Tabel 8- 7 Aanhaalmoment voor bevestigingsbout Schroefdraadgrootte Aanhaalmoment voor sterkteklasse 10.9 12.9 [Nm]...
Verwijdering WAARSCHUWING Ondeskundige verwijdering van afgewerkte olie is een gevaar voor het milieu en de gezondheid De olie moet na gebruik naar een inzamelpunt voor afgewerkte olie worden gebracht. Elke bijmenging van andere stoffen zoals oplosmiddelen, rem- en koelvloeistoffen is verboden. Vermijd langdurig huidcontact.
Pagina 82
Verwijdering BA 2010 Bedieningshandleiding, 08/2015...
Technische gegevens 10.2 Algemene technische gegevens 10.2 Algemene technische gegevens Het kenplaatje van de transmissies en/of transmissiemotoren bevat de belangrijkste technische gegevens. Deze gegevens en de contractuele overeengekomen gegevens voor de transmissiemotoren leggen de grenzen van het bedoelde gebruik vast. Bij transmissiemotoren wordt normaal gesproken een op de motor aangebracht kenplaatje voor de gehele aandrijving gebruikt.
Pagina 86
Technische gegevens 10.2 Algemene technische gegevens Frequentie 2 Bemetingsfrequentie f [Hz] Toerental aan de aangedreven kant n [min Toerental aan de aangedreven kant T [Nm] Bedrijfsfactor f Motorgegevens Aantal fasen en stroomsoort van de motor Warmteklasse Th.Cl. Motorbescherming (TP) Symbolen (IEC 60617-2): = Rem Remmoment T [Nm]...
Technische gegevens 10.3 Gewicht Typeplaatje voor transmissie in ATEX-uitvoering CE-aanduiding of indien nodig andere aanduiding Aan de basis liggende norm Type - bouwtype - bouwgrootte Bestelnr. Fabriek nr.: Gewicht m [kg] Beschermingsklasse volgens IEC 60034-5 resp. IEC 60529 Inbouwpositie Oliehoeveelheid [l] Hoofdtransmissie / voorzettransmissie + extruderflens Soort olie Olieviscositeit ISO VG-klasse volgens DIN 51519 / ISO 3448 Totale transmissie i...
Als bij nametingen op de plaats van gebruik meettechnisch geen duidelijk omstandigheden kunnen worden gecreëerd, geldt de meting op de proefstanden van Siemens AG. Vreemde geluiden Met geluiden die niet door de transmissie worden opgewekt, maar door de transmissie worden afgestraald, is hier geen rekening gehouden.
Technische gegevens 10.5 Inbouwposities 10.5 Inbouwposities De bouwvormbenamingen komen overeen met IEC 60034-7 (Code I). De transmissies mogen uitsluitend in de op het kenplaatje genoemde bouwvorm worden gebruikt. Zodoende wordt gewaarborgd dat de juiste hoeveelheid smeerstof aanwezig is. Opmerking Transmissies van de bouwgrootten 18 en 28 zijn levenslang gesmeerd. Hiervoor zijn geen sluitschroeven aanwezig.
Technische gegevens 10.5 Inbouwposities 10.5.3 Platte transmissie Opmerking Bij bouwvormen V3-00/H-06 voor de controle van de oliestand de opening met de kentekening "F" gebruiken. Beeld 10-12 Bouwvormen voor F. 28, F. bouwgrootten 38B - 188B Beeld 10-13 Bouwvormen voor F.208 BA 2010 Bedieningshandleiding, 08/2015...
Technische gegevens 10.5 Inbouwposities 10.5.4 Kegeltransmissie met rechte tandwielen Beeld 10-14 Bouwvormen voor B. bouwgrootten 28 - 38 zonder bijkomende sluitschroef Beeld 10-15 Bouwvormen voor B.38 met bijkomende sluitschroef BA 2010 Bedieningshandleiding, 08/2015...
Pagina 96
Technische gegevens 10.5 Inbouwposities De afgebeelde bouwvormen gelden ook voor voet/flenshuis bouwgrootte 188. Beeld 10-16 Afbeelding van voet-/flenshuis K.188 Opmerking Bij bouwvormen B3-00/H-01 voor de controle van de oliestand de opening met de kentekening "K" gebruiken. Beeld 10-17 Bouwvormen voor K, KA, KAS, KAT bouwgrootten 38 - 188 Beeld 10-18 Bouwvormen voor KZ, KF, KM, KAD, KAZ, KAF, KAM, KADS, KAZS, KAFS, KADT, KAZT, KAFT bouwgrootten 38 - 188 BA 2010...
Technische gegevens 10.6 Hoeveelheden olie 10.5.6 Dubbele transmissie - voorgeschakelde transmissie met rechte tandwielen Opmerking In horizontale bedrijfspositie wijst de uitronding van de behuizing van de 2e transmissie altijd verticaal naar beneden. Opmerking Bij dubbele transmissies is iedere transmissie apart te beschouwen. Transmissies van de bouwgrootten 28 en 38 van de 2de transmissie zijn levenslang gesmeerd.
Voor beschadigingen die door gebruik van niet originele onderdelen en accessoires ontstaan, is Siemens AG gevrijwaard van elke aansprakelijkheid en garantie. Alleen op de door ons geleverde originele reserveonderdelen geven wij garantie. Let erop, dat voor afzonderlijke componenten vaak bijzondere fabricage- en leveringsspecificaties bestaan en dat wij u steeds onderdelen in overeenstemming met de nieuwste technische stand en volgens de laatste wettelijke voorschriften aanbieden.
Verklaring van de fabrikant, Verklaring van overeenstemming 12.1 Inbouwverklaring Inbouwverklaring volgens richtlijn 2006/42/EG Bijlage II 1 B. Producent: Siemens AG Adres: Bahnhofstraße 40-44, 72072 Tübingen, Duitsland Productbenaming: MOTOX • Een-trapstransmissie met rechte tandwielen E.38, E.48, E.68, E.88, E.108, E.128, E.148 •...
Pagina 124
Verklaring van de fabrikant, Verklaring van overeenstemming 12.1 Inbouwverklaring De verantwoordelijke persoon voor het opstellen van de technische documentatie: Georg Böing, Head of Research and Development Gears. Voordat het eindproduct in de hier beschreven incomplete machine ingebouwd resp. met de machine(s) waarmee deze wordt gemonteerd, in bedrijf kan worden genomen, moet worden gewaarborgd dat deze voldoet aan Richtlijn 2006/42/EG.
Verklaring van de fabrikant, Verklaring van overeenstemming 12.2 EG-verklaring van overeenstemming 12.2 EG-verklaring van overeenstemming Document-nr. D87.1 12.12 Apparatenaanduiding: Transmissieserie MOTOX Transmissietypes: E, Z, D, F, K, C Bouwgrootten: 38 tot 208 Transmissiegroepen: A, K, P De aangeduide apparaten voldoen aan de bepalingen van de richtlijn inzake explosiebeveiliging 94/9/EG ATEX 95.
Pagina 126
Verklaring van de fabrikant, Verklaring van overeenstemming 12.2 EG-verklaring van overeenstemming BA 2010 Bedieningshandleiding, 08/2015...