Maart 2015
Flensbouten
NB
Draai nooit de bouten aan één kant tegelijk vast. Haal beide kanten gelijktijdig aan.
Bijvoorbeeld:
1. Inlaat nauwsluitend.
2. Uitlaat nauwsluitend.
3. Inlaat aanhalen.
4. Uitlaat aanhalen.
Dus niet eerst vóór de meter aandraaien en meteen aanhalen en vervolgens achter de meter
aandraaien en meteen aanhalen. Als u bij het aanhalen van de bouten niet afwisselt tussen
beide kanten, kan de bekleding beschadigd raken.
De aanbevolen momentwaarden voor elke maat sensor en elk type bekleding staan
in
Tabel 4
voor ASME B16.5-flenzen,
voor AWWA en EN-flenzen voor leidingmaten van 750 mm (30 in) tot 1300 mm
(48 in). Raadpleeg uw plaatselijke vertegenwoordiger van Emerson als de
flensclassificatie van de sensor in de tabellen ontbreekt. Haal de flensbouten
vóór de sensor aan in de volgorde aangegeven in
aanbevolen aanhaalmoment. Herhaal deze procedure aan de kant achter de
sensor. Haal bij sensoren met meer of minder flensbouten de bouten aan in een
soortgelijke kruisgewijze volgorde. Herhaal deze aanhaalprocedure stapsgewijs
met achtereenvolgens 40%, 60%, 80% en 100% van de aanbevolen momentwaarde.
Als er lekkage optreedt bij de aanbevolen momentwaarde, kunnen de bouten in
stappen van 10% verder worden aangehaald totdat de verbindingen niet meer
lekken of totdat de gemeten momentwaarde de maximale aanhaalspecificatie
van de bouten bereikt. De bescherming van de bekleding in overweging
nemende komt de gebruiker vaak tot een ander aanhaalmoment waarbij het
lekken ophoudt, afhankelijk van de specifieke combinatie van flenzen, bouten,
pakkingen en het bekledingsmateriaal van de sensor.
Controleer op lekkage bij de flenzen nadat u de bouten hebt aangehaald.
Als u niet de juiste aanhaalmethode gebruikt, kan dat tot ernstige schade leiden.
De sensormaterialen onder druk kunnen na enige tijd vervormd raken en moeten
daarom 24 uur na de eerste installatie nogmaals worden aangehaald.
Figuur 9. Aanhaalvolgorde flensbouten
8 bouten
Bepaal vóór installatie waarmee de flowsensor is bekleed om er zeker van te zijn
dat de juiste momentwaarden worden gebruikt.
Tabel 5
voor EN-flenzen, en
Afbeelding 9
Snelstartgids
Tabel 6
en
Tabel 7
tot 20% van het
11