a
Binnenunit
b
Verlichting (op de afbeelding ziet u plafondverlichting,
maar verzonken verlichting is ook toegestaan)
c
Luchtventilator
d
Statisch volume (bijvoorbeeld: tafel)
▪ A:
Minimumafstand
tot
luchtuitblaasrichtingen in de richting van de muur.
a
≥1500
≥500
A
A
a
Luchtuitblaas en hoeken open
b
Luchtuitblaas gesloten, hoeken open (optionele
afsluitplaatkit vereist)
c
Luchtuitblaas en hoeken gesloten (optionele
afsluitplaatkit vereist)
▪ B: Minimum- en maximumafstand tot de vloer:
▪ Minimum: 2,7 m om onopzettelijk aanraken te voorkomen.
▪ Maximum: Afhankelijk van de luchtuitblaasrichtingen en de
capaciteitsklasse. Zie
"16.1 Lokale
INFORMATIE
Maximum afstand tot de vloer voor de 3-wegs en 4-wegs
luchtuitblaas (waarvoor een optionele afsluitplaatkit vereist
is) kan verschillen. Zie de montagehandleiding van de
optionele afsluitplaatkit.
INFORMATIE
Voor sommige opties kan extra serviceruimte vereist zijn.
Raadpleeg de montagehandleiding van de gebruikte optie
vóór de installatie.
12.1.2
Bijkomende vereisten voor de
installatieplaats voor CO₂-koelmiddel
WAARSCHUWING
Bij mechanische ventilatie moet de geventileerde lucht
naar buiten worden afgevoerd, en NIET naar een andere
afgesloten ruimte.
Basiskenmerken koelmiddel
Koelmiddel
RCL (concentratielimiet koelmiddel)
QLMV (hoeveelheidslimiet met minimale ventilatie) 0,074 kg/m
QLAV (hoeveelheidslimiet met extra ventilatie)
Toxiciteitslimiet
Veiligheidsklasse
INFORMATIE
Voor meer informatie over de toegelaten hoeveelheid
koelmiddel
en
ruimtevolumeberekeningen,
uitgebreide handleiding van de binnenunit.
Gepaste maatregelen
INFORMATIE
Gepaste maatregelen zijn lokaal te voorzien. Kies en
installeer
alle
vereiste
overeenstemming met EN 378-3:2016.
▪ (natuurlijke of mechanische) ventilatie
▪ veiligheidsafsluiters
FXFN50~112A2VEB
CO₂ Conveni-Pack: binnenunit
3P672850-1A – 2021.07
de
muur.
Afhankelijk
van
b
c
≥200
A
instelling" [ 4 23].
R744
3
0,072 kg/m
3
3
0,18 kg/m
3
0,1 kg/m
A1
zie
gepaste
maatregelen
▪ veiligheidsalarm,
koelmiddellekdetector (een veiligheidsalarm alleen wordt NIET als
een gepaste maatregel beschouwd waar aanwezigen beperkt
worden in hun verplaatsingen)
▪ CO
-koelmiddellekdetector
de
2
WAARSCHUWING
Installeer de unit ALLEEN op een plaats waar de deuren
van de ruimte NIET volledig afsluiten.
WAARSCHUWING
Bij
het
gebruik
maatregelen
drukveiligheidsklep (van vloeistofleiding naar gasleiding)
worden voorzien. Wanneer de veiligheidsafsluiters sluiten
en
er
geen
vloeistofleiding schade oplopen door de hogere druk.
Voorbeeld:
Installeer
drukveiligheidsklep (g) van de vloeistofleiding tussen de binnenunit
en de afsluiter (c2) naar de gasleiding tussen de buitenunit en de
afsluiter (d1).
a
12‒1 Voorbeeld lay-out installatie
a
Buitenunit
b
Afsluiter op buitenunit
c1
Vloeistofleiding tussen buitenunit en afsluiter
c2
Vloeistofleiding tussen binnenunit en afsluiter
d1
Gasleiding tussen buitenunit en afsluiter
d2
Gasleiding tussen binnenunit en afsluiter
e
Omloopleiding
f
Veiligheidsafsluiter
g
Drukveiligheidsklep
h
Binnenunit
Minimum aantal gepaste maatregelen bepalen
Voor bezettingen niet op de laagste ondergrondse verdieping
van het gebouw
Als de totale hoeveelheid
koelmiddel (kg) gedeeld door
(a)
het kamervolume
(m
<QLMV
de
>QLMV en <QLAV
>QLAV
(a)
Voor ruimten met mensen met een vloeroppervlakte van meer
2
dan 250 m
, neem 250 m
kamervolume te bepalen (Voorbeeld: zelfs als de
vloeroppervlakte 300 m
2
250 m
×2,5 m=625 m
in
Voorbeeld: Totale hoeveelheid koelmiddel in het systeem is 45 kg
en kamervolume is 300 m
<QLAV (0,18) is; installeer dus minstens 1 gepaste maatregel in de
kamer.
12 Installatie van de unit
in
combinatie
met
van
veiligheidsafsluiters
zoals
een
omloopleiding
maatregelen
zijn
voorzien,
de
omloopleiding
(e)
b
c1
c1
g
e e
e e
f
b
d1
d1
Ø12.7 mm
d2
d2
h
...moet het aantal gepaste
maatregelen minstens...
3
) ... is
bedragen
0
1
2
2
als vloeroppervlakte om het
2
is en de kamerhoogte 2,5 m, neem dan
3
als kamervolume)
3
. 45/300=0,15, wat >QLMV (0,074) en
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
een
CO
-
2
moeten
met
een
kan
de
met
een
f
Ø9.52 mm
c2
c2
15