Hoofdstuk 2 Een song spelen
Spelen met zelf
geselecteerde forms
U kan een song spelen met behulp van forms die u zelf hebt
geselecteerd.
* De volgorde van forms die voor de song is ingesteld, wordt
inactief wanneer men van forms verwisselt. Wanneer men op
[RESET] drukt, herstelt men de forms-volgorde die voor die
song is ingesteld.
1. Druk op [FORM] ([INTRO] tot [ENDING]) om de form
te selecteren die eerst moet worden gespeeld.
Als u een form selecteert die verschilt van de huidig
geselecteerde form (waarvoor het lampje brandt), dan
zal het knoplampje gaan flikkeren en zal het afspelen op
pauze gezet worden.
2. Druk op [START] en het afspelen begint met de form
die op dit moment geselecteerd is.
Wanneer het spelen van de geselecteerde form stopt,
schakelt het afspelen over op de form die gepauzeerd
werd. Het knoplichtje stopt met flikkeren (gepauzeerd)
en gaat branden (spelen).
3. Druk op [FORM] (INTROÐENDING) om de form te
verwisselen.
De form verandert in de maat die volgt op het punt
waarop u op de knop drukte en het knoplampje stopt
met flikkeren en gaat branden.
In het geval van VERSE 1 en VERSE 2 zal de
uitvoering voortdurend herhaald worden tot het
afspelen naar de volgende form overschakelt.
Als u op FILL 1, FILL 2, BREAK 1 of BREAK 2
overschakelt, zal het afspelen bij het eindigen van de
uitvoering automatisch overspringen op de voordien
geselecteerde VERSE 1 of VERSE 2.
In het geval van ENDING keert u terug naar het begin
van de song wanneer het afspelen stopt.
* Wanneer het afspelen het aantal maten heeft bereikt die voor de
song gespecifieerd zijn, dan zal het afspelen stoppen en zal u
terugkeren naar het begin van de song.
62
Spelen met zelf ingevoerde
akkoorden
U kan een song spelen met akkoorden die u zelf hebt
ingevoerd.
* Wanneer u een akkoord invoert, worden alle ingestelde
akkoorden in de song inactief gemaakt. Druk op [RESET] om
het akkoordenschema van de song opnieuw actief te maken.
Als de uitvoering gestopt is
* Druk op [RESET] om terug te keren naar de eerste maat; druk
op [RWD] of [FWD] om naar de vorige of volgende maat te
gaan.
1. Druk op [CHORD] waardoor het lampje van de knop
gaat branden.
2. Gebruik de volgende knoppen om een akkoord in te
voeren.
Gebruik [C] tot [B] en [#/ b] om de grondtoon van het
akkoord aan te geven.
Als u meermaals op [#/b] drukt, loopt u door de
selecties vanÒ#Ó, ÒbÓ en Ònone.Ó
* Afhankelijk van de grondtoon van het akkoord kunnen de te
selecteren symbolen vari'ren.
Gebruik [Maj] tot [9th] om het soort akkoord aan te
duiden.
Wanneer u een akkoord selecteert dat niet tot [Maj] tot
[9th] behoort, moet u op [CURSOR] drukken waardoor
de display gaat flikkeren en daarna aan [VALUE]
draaien om het soort akkoord te selecteren.
fig.RE02-30
- -
Maj
(N.C)
7
7b5
7#9
6
m69
9
mM9
m
m7b5
m9
7sus4
aug
Om een On-Bass akkoord te specifiëren, moet u
[SHIFT] ingedrukt houden en [C] tot [B] en [#/ b]
gebruiken om de bastoon te bepalen.
fig.RE02-10
Songnummer
3. Wanneer [START] wordt ingedrukt, begint de
uitvoering bij het ingevoerde akkoord.
4. Voer de akkoorden in.
* Men kan geen ander soort akkoord dan [Maj] tot [9th]
selecteren terwijl de song aan het spelen is.
M7
M9
7(13)
7b9
69
m6
add9
madd9
mM7
m7
dim
sus4
aug7
On-Bass akkoord
Grondtoon
Akkoordtype