Elektrische installatie
4.8.4 Mechanische rembesturing
Bij hijs-/daaltoepassingen moet een elektromechanische rem kunnen worden bestuurd.
•
De rem wordt bediend met behulp van een relaisuitgang of een digitale uitgang (klem 27).
•
De uitgang moet gesloten blijven (spanningsvrij) gedurende de periode dat de frequentieregelaar de motor niet in
stilstand kan houden, bijvoorbeeld wanneer de belasting te groot is.
•
Selecteer [32] Mech. rembesturing in parametergroep 5-4* Relais voor toepassingen met een elektromechanische
rem.
•
De rem wordt vrijgegeven als de motorstroom hoger wordt dan de in parameter 2-20 Release Brake Current
ingestelde waarde.
•
De rem wordt ingeschakeld wanneer de uitgangsfrequentie lager is dan de ingestelde waarde in
parameter 2-22 Activate Brake Speed [Hz], en alleen als de frequentieregelaar een stopcommando uitvoert.
Als de frequentieregelaar zich in 1 van de volgende situaties bevindt, wordt de mechanische rem onmiddellijk gesloten.
•
In de alarmmodus.
•
In een overspanningssituatie.
•
STO is geactiveerd.
•
Er is een vrijloopcommando gegeven.
Start Command
Off
Start Delay
Start Speed
MAV
0
Output Current
0
Active Brake Delay
/
Relay
DO Status
Activated
.
Mech
Brake Status
1) DC injection current during "Active Brake Delay" after MAV reduced to "0" . Only support in some products.
Note:
2)
Only support in some products.
Afbeelding 4.11 Mechanische rem
MG07A510
Bedieningshandleiding
On
Start Current
Off
Reaction time of
.
mech
brake
Danfoss A/S © 08/2018 Alle rechten voorbehouden.
Release Brake Current
On
Reaction time of
.
mech
brake
Released
Off
Active Brake Speed
t
1)
DC Injection Current
t
2)
Active Brake Delay
Off
Activated
21
4
4