Buiten de unit
■
Neem de volgende limieten in acht. Als de kabels
tussen de units langer zijn kan er een storing optreden
in de transmissie.
-
Maximale draadlengte:
-
Totale draadlengte:
-
Maximale lengte inter-unit-bedrading
tussen buitenunits:
-
Transmissiebedrading naar schakelaar
koelen/verwarmen:
-
Maximum aantal aftakkingen:
■
Maximum aantal onafhankelijke onderling verbindbare
systemen
(TO OUT/D UNIT F1-F2)
■
Bij bedrading tussen units mogen er tot 16 aftak-
kingen worden gemonteerd. Het plaatsen van een
aftakking na een aftakking is echter niet toegestaan.
(Zie afbeelding 20)
1
Buitenunit
2
Binnenunit
3
Hoofdleiding
4
BP-unit
5
Aftakkingsleiding
6
Het plaatsen van een aftakking na een aftakking
is niet toegestaan
7
Centrale afstandsbediening (enz...)
A
Transmissiebedrading tussen buitenunit en
BP-unit(s)
■
Sluit de voeding nooit aan op de klemmenstrook van
de transmissiebedrading. Anders kan het hele
systeem uitvallen
■
Sluit geen draden van 400 V aan op de klemmen-
strook van de onderlinge verbindingsdraden. Anders
wordt het hele systeem beschadigd.
-
De bedrading van de BP-units moet worden
aangesloten op de klemmen F1/F2 (In-Out) op de
printplaat in de buitenunit.
-
Omwikkel de onderlinge verbindingsdraden, na
hun montage in de unit, samen met de lokale
koelmiddelleiding met behulp van afwerkings-
kleefband, zoals aangegeven in
1
Vloeistofleiding
2
Gasleiding
3
Isolatie
4
Onderlinge verbindingsdraden
5
Afwerkingstape
Gebruik voor de bedrading hierboven altijd vinyl-
draden van 0,75-1,25 mm
(2-aderig). (3-aderige kabels zijn alleen toegestaan
voor de afstandsbediening van de keuzeschakelaar
voor koelen/verwarmen.)
RXYQ8~18P7W1BR1
VRVIII-systeem airconditioner
4PW44039-1E – 07.2010
1000 m
2000 m
30 m
500 m
16
: 10.
afbeelding
13.
2
met een mantel of kabels
■
Zorg ervoor dat de voedingskabel en de transmissie-
kabel van elkaar gescheiden blijven.
■
Houd rekening met de polariteit van de transmissie-
kabel.
■
Zorg ervoor dat de transmissieleiding is vastgeklemd
zoals afgebeeld in
■
Ga na of de kabelleidingen de koelleidingen niet
raken.
■
Sluit het deksel stevig en schik de elektrische draden
zodanig dat het deksel of andere onderdelen niet
loskomen.
■
Bescherm de kabels met plastic buizen e.d. om te
voorkomen dat de rand van het uitbreekgat in de
kabels snijdt wanneer u geen mantelbuis gebruikt.
Opeenvolgende start
De printplaat van de buitenunit (A1P) is in de fabriek ingesteld op
"Sequential start available" (Opeenvolgende start mogelijk).
Basis leggen van de werking koelen/verwarmen
1
Instellen van koelen/verwarmen met behulp van de afstands-
bediening aangesloten op de binnenunit.
De keuzeschakelaar voor koelen/verwarmen (DS1) op de print-
plaat van de buitenunit moet in de fabrieksinstelling IN/D UNIT
blijven staan.
(Zie afbeelding 23)
1
Buitenunit
2
BP-unit
3
Binnenunit
4
Afstandsbediening
2
Instellen
van
koelen/verwarmen
keuzeschakelaar voor koelen/verwarmen.
Sluit de keuzeschakelaar voor koelen/verwarmen vanop afstand
(optie) aan op de A/B/C-klemmen en stel de keuzeschakelaar
voor koelen/verwarmen (DS1) op de printplaat van de buitenunit
(A1P) in op OUT/D UNIT.
1
Keuzeschakelaar voor koelen/verwarmen
8.8.
Lokale kabelaansluitingen: voedingsbedrading
Klem het stroomsnoer vast op de plastic beugel met behulp van
lokaal te voorziene klemmen.
De groen en geel gestreepte en opgewikkelde draden dienen voor de
aarding.
(Zie afbeelding 16)
1
Voeding (400 V, 3N~ 50 Hz)
2
Zekering
3
Aardlekschakelaar
4
Aardingsdraad
5
Voedingsklemmenstrook
6
Sluit elke stroomdraad aan
RED op L1, WHT op L2, BLK op L3 en BLU op N
7
Aardingsdraad (GRN/YLW)
8
Klem de stroomdraad op de plastic beugel met een lokaal te
voorzien klem om te voorkomen dat er externe krachten op de
klem worden uitgeoefend.
9
Klem (lokale levering)
10
Sluitring
11
Draai de aardingsdraad rond de klem wanneer u hem aansluit.
afbeelding
22.
met
behulp
(Zie afbeelding 21)
Montagehandleiding
van
de
14