6.1.
Installatiegereedschap
Gebruik
uitsluitend
installatiegereedschap
verdeelstukken, vulslangen, enz.) dat voor installaties met R410A
bestemd is, tegen hogere druk bestand is en verontreiniging van het
systeem (met vocht en minerale oliën zoals SUNISO) voorkomt.
(De schroefspecificaties verschillen voor R410A en R407C.)
Gebruik een 2-traps vacuümpomp met terugslagklep die tot
–100,7 kPa (5 Torr, –755 mm Hg) kan vacumeren.
LET OP
Zorg dat de olie in de pomp niet in het systeem
terugstroomt als de pomp buiten werking is.
6.2.
Keuze van het leidingmateriaal
1.
Zorg dat de concentratie verontreinigingen in de leidingen
(waaronder oliën die tijdens de fabricage worden gebruikt)
maximaal 30 mg/10 m bedraagt.
2.
Gebruik voor koelmiddelleidingen materiaal met de volgende
specificaties:
■ Diameter: bepaal de gewenste maat aan de hand van het
hoofdstuk
"6.6. Voorbeeld van aansluiting" op pagina
■ Constructiemateriaal: met fosforzuur gedeoxideerde, naad-
loze koperen buis voor koelmiddel.
■ Getemperde kwaliteit: gebruik leidingen van getemperd staal
in functie van de leidingdiameter zoals aangegeven in de
tabel hieronder.
Leidingdiameter
≤15,9
≥19,1
O = Gegloeid
1/2H = Halfhard
■ De wanddikte van de koelmiddelleidingen moet voldoen aan
de geldende plaatselijke en nationale voorschriften. De
minimale leidingdikte voor leidingen voor R410A moet
overeenstemmen met de waarden in de tabel hieronder.
Leiding-
Minimale dikte
diameter
(mm)
6,4
0,80
9,5
0,80
12,7
0,80
15,9
0,99
3.
Gebruik uitsluitend de specifieke leidingaftakkingen die aan de
hand van het hoofdstuk
pagina 8
zijn geselecteerd.
4.
Wanneer de vereiste leidingdiameters (inch-maten) niet
verkrijgbaar zijn, mag u ook andere diameters (mm-maten)
gebruiken; houd hierbij rekening met de volgende punten:
■ neem de leidingdiameter die het dichtst bij de gevraagde
diameter ligt.
■ gebruik de gepaste adapterstukken voor de overgang van
leidingen met inch-maten naar leidingen met mm-maten
(lokale levering).
Montagehandleiding
5
(meetinstrumenten,
8.
Getemperde kwaliteit van het
leidingmateriaal
O
1/2H
Leiding-
Minimale dikte
diameter
(mm)
19,1
0,80
22,2
0,80
28,6
0,99
"6.6. Voorbeeld van aansluiting" op
6.3.
Leidingen verbinden
Blaas stikstof in de leiding bij het solderen en lees eerst het hoofd-
stuk
"Voorzorgsmaatregelen
koelmiddelleidingen" op pagina
LET OP
De drukregelaar voor het vrijgekomen stikstof bij het
solderen moet op 0,02 MPa of minder worden gezet.
(Zie afbeelding 11)
1
Koelmiddelleiding
2
Te solderen plaats
3
Stikstof
4
Tape
5
Handklep
6
Regelaar
Gebruik geen anti-oxidanten bij het solderen van de
leidingverbindingen.
Residu's kunnen de leidingen blokkeren en de unit
beschadigen.
6.4.
Aansluiten van de koelleidingen
1
Aansluiting vooraan of opzij
De koelleidingen kunnen aan de voor- of zijkant worden
aangesloten (wanneer ze er langs onder worden uitgehaald)
zoals aangegeven op de afbeelding.
1
2
1
Aansluiting links
2
Aansluiting aan de voorkant
3
Aansluiting rechts
LET OP
Voorzorgsmaatregelen bij het uitslaan van de
breekplaten
■
Let op dat u de behuizing niet beschadigt
■
Na het uitslaan van de uitbreekopeningen, ver-
wijdert u best de bramen en brengt u reparatieverf
aan op de randen en omgeving om roestvorming
te voorkomen.
■
Omwikkel de bedrading met beschermtape om
beschadiging
uitbreekopeningen te voorkomen.
bij
het
hardsolderen
4.
3
bij
het
doorvoeren
door
RXYQ8~18P7W1BR1
VRVIII-systeem airconditioner
4PW44039-1E – 07.2010
van
de