NOODOPROEP (1/3)
Als de auto hiermee is uitgerust, worden de
hulpdiensten via de noodoproepfunctie au-
tomatisch of handmatig verwittigd (koste-
loos) bij een ongeval of als u onwel wordt,
zodat ze zo snel mogelijk kunnen komen.
Opmerking: de noodoproep werkt:
– in landen die beschikken over de bijbe-
horende telematica voor hulpdiensten en
een infrastructuur die geschikt is voor het
systeem;
– afhankelijk van de netwerkdekking in
de geografische regio waar het voertuig
wordt bestuurd.
Als u de functie voor noodoproep gebruikt
om te melden dat u een ongeval hebt
gezien, houdt dit in dat u stopt zodra de ver-
keersomstandigheden dit toestaan, zodat
de hulpdiensten uw auto kunnen vinden en
daarmee de locatie van het gemelde onge-
val.
Houd u altijd aan de ter plaatse geldende
wetgeving.
1
1 Waarschuwingslampje werking systeem:
– groen: in werking
(netwerk beschikbaar);
– uit: niet in werking
(netwerk niet beschikbaar);
– rood: in werking
storing;
– groen knipperend: bellen.
2 Knop SOS;
3 Microfoon;
4 Luidspreker.
2
4
3
Gebruik de noodoproep alleen in een
noodgeval, als u betrokken bent bij een
ongeval of als u getuige bent van een
ongeval of in fysieke nood bent.
In geval van een ongeluk blijft
u, als de plaats en het verkeer
dit toestaan, dicht bij de auto
om eventuele oproepen van
het callcenter snel te kunnen beantwoor-
den.
2.77